Pagina's

maandag 30 november 2015

Winter in Vuurland.



De luchthaven van Zaventem.
Drukte in de vertrekhal.
Een man, een vrouw en een jong meisje liepen naar de incheckbalies.
"Bon", zei de man.
"Hier zijn we dan".
Zijn stem stokte, ook al hield hij zich sterk.
De vrouw had het veel moeilijker.
"Sarah, meiske", zei ze.
"Ge gaat toch wel voorzichtig zijn daar hé.
We willen u nog niet kwijt hoor".
"Ma", zei het blonde meisje.
"Ik ga niet naar een oorlogsgebied hé.
Ik ga bij nonkel Ronny werken in zijn hotel in Argentinië.
Dat gaat me helpen bij mijn studies vertaler tolk.
Mijn Spaans kan er maar beter van worden".
"Ik weet het meiske", zei de vrouw.
Ze sloot het meisje in de armen en snikte zacht.
"Goede reis, en laat iets weten als ge aangekomen zijt, belooft ge dat"?
"Dat doe ik zeker mams, erewoord".
"Dag meiske", zei haar vader.
"Doet de groeten aan Nonkel Ronny", zei hij.
"Zeg dat ik hem mis".
Dan vertrok Sarah.
Het grote avontuur begon.
Een werkvakantie van drie maanden in Argentinië.
In het hotel van haar nonkel Ronny Albrechts.

Sarah ging aan boord van een toestel van SN-Airlines met bestemming Madrid.
Ze zat bij het raam.
Buiten scheen de zon, het was een warme zomerdag.
Het voelde raar aan.
Het was het begin van de zomer.
Vele mensen  stonden aan te schuiven om naar de zonnige stranden van de Middelandse Zee te vertrekken.
Al haar vrienden en vriendinnen trokken naar festivals, naar zee, naar de Ardennen.
Genoten van het mooie zomerweer.
En Sarah.
Die vertrok naar de andere kant van de wereld.
Naar het zuidelijk halfrond.
Waar het nu, begin Juli...
Winter was.
Sarah bekeek nog even haar GSM voor ze die zou uitzetten.
SMS'jes, berichten op haar Facebook profiel.
Foto's, veel foto's.
Van haar vrienden en vriendinnen in bikini, met een cocktail of fris pintje.
Op terrasjes, op het strand.
Met de nodige spottende commentaren.
"Vries niet dood ginder".
Sarah moest erom lachen.
Ze kende haar vrienden, hun grappen en grollen.
Ze sloot haar GSM af, net op het moment dat daarop via de intercom werd opgeroepen.
Dan zette het vliegtuig zich in beweging.
Nu was er geen weg meer terug.

Met een razende vaart scheerde het toestel over de startbaan.
Sarah zag hoe de huizen steeds kleiner werden.
Ze zag de auto's op de Brusselse ring.
Het leken wel speelgoedautootjes.
Er scheerde een wolk langs het toestel.
Die deed haar beseffen hoe snel het vliegtuig door de lucht scheerde.
Naast Sarah zat een oudere man in een deftig kostuum.
Hij las The Wall-Street Journal.En bestudeerde de tabellen met de beurskoersen en obligaties heel zorgvuldig.
Sarah besloot een dutje te doen.
Maar twintig minuten later zat ze nog steeds voor zich uit te staren.
Ze wendde haar blik weer af naar buiten.
Zag het mozaïek van akkers, weiden, bossen met hier en daar kleine dorpjes.
Waar waren ze? Geen idee.
Frankrijk.
In de verte slingerde een rivier, het zonlicht glinsterde in het water dat door het landschap kronkelde.
De Loire?
Sarah stelde zich voor hoe de mensen daar aan de oever proefden van een heerlijk glas witte wijn.
Ergens op een terrasje.
Of tijdens een degustatie in één of ander wijnkasteel daar.
De hele tijd staarde Sarah naar het traag voorbij schuivende landschap onder haar.
Rechts van haar zag ze de rechtervleugel van het vliegtuig.
Ze keek naar de verte.
Probeerde een glimp van de Atlantische Oceaan op te vangen.
Dat lukte niet.
Wel zag ze na een tijdje de Pyreneeën opdoemen.
Hoge bergtoppen, af en toe nog besneeuwd.
Toen dommelde het meisje toch even in.
Sarah Albrechts 19 jaar.
Ze had net haar eerste jaar in de richting 'vertaler-tolk' achter de rug.
Ze koos voor Duits en Spaans.
Ze droomde ervan om ooit te gaan werken in Spanje of Latijns-Amerika.
Sarah wilde de wereld zien, dat stond nu al vast.

Het vliegtuig landde op de luchthaven Madrid-Barajas.
Daar wachtte Sarah op de aansluitende vlucht naar Buenos-Aires.
Ze bekeek opnieuw berichtjes op haar smartphone.
Zond een bericht naar haar ouders, dat ze nu in Madrid was.
Las wat berichtjes op Facebook.
Dan zag ze hoe een man naar de rij zitjes kwam gelopen waar zij zat.
Hij was lang en mager.
Vooraan in de vijftig.
Zijn zwarte grijzende haar netjes gekamd in een scheiding.
Dunne snor.
Zwarte bril, fijn montuur.
Donkerblauw kostuum, goedkoop, confectiemodel.
Gelakte schoenen.
Hij zag Sarah.
Bekeek haar van top tot teen.
Het leek of hij haar uitkleedde met zijn ogen.
Sarah kreeg het koud, toch voelde ze het angstzweet uitbreken.
"Buenos tardes señorita", zei de man.
Terwijl hij ongevraagd naast haar kwam zitten.
Sarah gunde de man geen blik.
"Beleefd is anders", zei hij.
"Wat is jullie generatie toch zo verrekt asociaal hé.
De hele tijd naar dat schermpje te zitten staren, ook al spreekt er een oudere persoon tegen je".
"Cuàl est tu nombre?
Wat is je naam"? Vroeg de man.
"Chica bonita, tu eres una chica bonita", zei hij. Nogmaals proberend contact met Sarah te maken.
"Just tell me what's your name is", probeerde hij nu in het Engels.
"Sarah, Yo llamo Sarah", zei ze.
Nog steeds de man geen blik gunnende.
"Mooie naam", zei de man.
"Waarom wil je geen praatje met me slaan?
Toch veel gezelliger, dan gaat de tijd tenminste sneller vooruit.
Ik heet Manuel.
Manuel Torres.
Ik ben schrijver, ga op studiereis naar Tierra Del Fuego voor mijn volgende boek.
Mooie streek, vooral in de winter.
Ben er vorig jaar eens heen geweest.
Heerlijke plek om de zomerhitte in dit land te ontvluchten".

Weer keek Manuel Sarah aan.
"Wat heb je prachtige borsten Sarah", zei hij.
Sarah keek de man nijdig aan.
"Je moet zo boos niet kijken.
Als jij zo onbeleefd bent om me niet aan te kijken.
Dan ben ik ook maar onbeleefd en zeg ik maar vlakaf wat ik van je denk".
"Ik wist al voor je hier kwam zitten wat je van me denkt, daarom wil ik ook geen woord tegen jou zeggen, vetzak". Siste Sarah.
"Domme Sarah.
Veel vrouwen smeken om de aandacht die ik je geef.
Zeker als ze weten wat ik hen zoal te bieden heb".
Sarah stond recht.
"Pech voor jou, maar zo'n vrouw ben ik niet".
Ze liep weg.
Net op dat moment hoorde ze via de intercom van de luchthaven dat de passagiers verzocht werden om zich naar Gate 14 te begeven om in te schepen voor de vlucht van Iberia naar Buenos-Aires.
Ze mochten inschepen, Sarah was er niet rouwig om.
"Hopelijk zit die klier niet naast me of voor me, of achter me", dacht ze bij zichzelf.
Maar dat was niet zo.
Ze kreeg een zetel in het midden toegewezen.
Dat vond ze niet zo leuk.
"Maar ach", dacht ze.
"Er is toch niks te zien buiten de Atlantische Oceaan.
En we stijgen pas op rond 22u, dus er is zowiezo niet veel te zien buiten.

Sarah ging languit liggen.
Ze zat in de middelste stoel in de middenrij.
Rechts van haar ging een oudere dame zitten.
Ze nam meteen een tijdschrift en begon erin te lezen.
Sarah herkende de karakters als zijnde Hebreeuws.
De laatste passagiers kwamen naar binnen.
Eén van hen was een jonge vrouw.
Lang zwart haar, prachtige donkere ogen.
Ze droeg een blauwe jeansbroek en een rode blouse.
Ze had een elegante stap en ze wiegde lichtjes met haar heupen.
Ze zette zich naast Sarah.
"Hola, hello", zei ze.
"Español? English?"
"Both", zei Sarah.
"My name is Sarah? And yours".
"Farida", zei de jonge vrouw die ongeveer 25 jaar oud was.
Slank, prachtig figuur.
Lange zwarte haren, levendige donkerbruine ogen".
"Ben je Arabische?" Vroeg Sarah nieuwsgierig?
"Half Spaans, half Marokkaans", was het antwoord.
"Ik woon in Ceuta, ken je dat?"
Sarah had er al van gehoord ja.
Spaanse enclave op het Marokkaanse vasteland.
Vader is Marokkaan, geboren en getogen op Ceuta.
Mijn moeder is opgegroeid in Andalusië.
Maar werkt in Ceuta als verkoopster in een parfumwinkel.
Ben mijn ouders gaan opzoeken en nu keer ik terug naar mijn gezin in Argentinië".
"Hoe ben je in Argentinië verzeild geraakt"? Vroeg Sarah.
"In Sevilla waar ik studeerde leerde ik Ramon kennen.
Een Argentijnse student die eigenlijk ook een beetje op zoek was naar zijn roots.
Samen zochten we informatie op over zijn familie, liepen we in menig dorp of stad langs de burgerlijke stand.
Hij ontdekte dat hij afstamde van een zeer gekende familie van paardenfokkers.
Hij was trots om de plaatsen te zien waar de wortels van zijn familie lagen.
Vooral de oude 'haciënda' maakte indruk.
En nog meer de paarden die er nog steeds gefokt worden.
Dat al meer dan 500 jaar lang.

Toen de samen optrokken werd de band tussen Ramon en mezelf sterker en sterker.
En ja.
Ik besloot om hem naar Argentinië te volgen.
We huwden en nu run ik samen met hem de paardenfokkerij in Patagonië.
En ik doe het heel graag.
Paarden zijn prachtige dieren".
Farida vertelde het met veel vuur en passie.
En toonde vol trots de vele foto's op haar tablet.
Prachtige paarden.
Met een machtig berglandschap als achtergrond.
"Je verlangt vast om terug thuis te zijn", zei Sarah.
"Enorm", zei Farida.
Zo raakten twee jonge vrouwen aan de praat terwijl ze de lange oversteek maakten van het noordelijke naar het zuidelijke halfrond.
Hoog boven de nachtelijke Atlantische Oceaan.
Farida bestelde een karafje witte wijn en deelde het met Sarah.
Samen keken ze naar een film.
Zo overbrugden ze twaalf lange uren in de buik van een ijzeren vogel die zijn weg baande naar het zuiden.

Uren later stond Sarah slaapdronken op de luchthaven van Buenos Aires.
Ze nam hartelijk afscheid van Farida die naar een andere gate moest voor de aansluitende vlucht naar
San Carlos De Bariloche een stad in het westen van Argentinië.
Sarah begaf zich naar 'Gate 7' en wachtte daar tot het moment dat ze haar reis kon verder zetten met een binnenlandse vlucht van drie uur.
Ze zette zich neer op één van de oranje stoeltjes.
En ja hoor, daar was hij weer.
Manuel Torres.
Ongevraagd zat hij naast haar.
"Buenos dias chica muy linda", zei hij met een geforceerde glimlach.
Sarah huiverde.
Vooral toen zijn blik naar haar borsten dwaalde.
Sarah had een weelderige boezem ja.
Dat viel elke man direct op.
Dat ergerde haar.
Daarom droeg ze liever hemden en jeansbroeken.
Liefst zo wijdt mogelijk.
Om haar weelderige boezem en haar best wel welgevormde kontje wat voor de begerige blikken van de jongens en mannen verborgen te houden.
En ook omdat ze alles behalve een 'showtrees' was. Zoals ze ze zelf altijd noemde.
Sarah haatte het soort meisjes die het moesten hebben van hun lichaam.
Die denken dat ze meer zijn dan een ander omdat ze er toevallig goed uitzagen.
Sarah wilde niets liever dan dat ze haar beoordeelden op haar intellectuele vermogens.
Ze studeerde hard, las veel boeken.
Nam deel aan discussiegroepen.
Ze is een begenadigde spreker en heeft een heel ruime woordenschat.
Velen zeggen dat ze veel rijper en wijzer is dan de meeste meisjes van haar leeftijd.
En ja.
Eigenlijk was dat ook zo.

"Waarom loop je in zulke boertige kleren Sarah"? Vroeg Manuel.
"Je loopt erbij als een manwijf. Ben je lesbisch of zo".
Sarah keek hem aan met ogen die op elk moment vuur konden schieten.
"Zijn dat uw zaken"? Vroeg ze.
"Ik kleed me verdomme toch wel hoe ik wil zeker."
"Je zult veel verder geraken in het leven moest je eens een prachtig kleed aantrekken.
Een wijde decolleté, die vormen wat laten accentueren.
Meer heb je niet nodig om de aandacht te trekken van een man die ervoor zorgt dat je nooit hard zal moeten werken en je voor de rest van je leven op rozen zit".
"Da's dan pech, zo'n venten interesseren me niet.
Ik zal zelf wel aan mijn weg naar boven timmeren, zonder de hulp van mannen die een poppetje willen om mee te pronken".
Manuel lachte.
Sarah stond recht.
Ging elders zitten.
Wierp Manuel een giftige blik toe.
Hij glimlachte en haalde een exemplaar van El Mundo boven, en begon erin te lezen.

Dan was het tijd om te boarden.
Is het de Wet van Murphy?Of gewoon toeval.
Maar Manuel Torres kreeg de plaats naast Sarah die links bij het raam zat toegewezen.
Het meisje baalde.
Hij grijnsde.
"Muy bonita", zei hij.
"Alleen moet je nog zoveel leren over de echte wereld.
Ik wil je daarbij helpen Sarah.
Echt wel.
Alleen moet je daarom je vooroordelen wat aan de kant zetten lieverd".
Het vliegtuig vertrok
Sarah zag onder haar de ochtendspits in Buenos Aires op gang komen.
En de zon die steeds hoger naar de hemel klom.
De dag begon.
Ze zouden rond de middag in Ushuaia aankomen.
Voor Sarah kon het niet snel genoeg gaan nu.
Elke minuut naast Manuel Torres was er voor haar al één teveel.
Manuel  bleef maar avances maken.
Op haar inpraten.
Tevergeefs.
Ze nam haar smartphone, stak haar 'oortjes' in en zette haar favoriete muziek op, tussendoor wierp ze nog een giftige blik naar Manuel Torres.
Met gekruiste benen keek ze door het raam.
Het vliegtuig liet de Argentijnse kust achter zich om een groot deel van de vlucht boven zee te hangen op zijn weg naar het koude zuiden van Argentinië.
Manuel las weer verder in zijn krant.
Tussendoor keek hij stiekem met een begerige blik naar Sarah.

Na drie uur vliegen begon het vliegtuig te zakken en vloog het door het lage wolkendek.
Even ervoor had de piloot in het Spaans en het Engels de passagiers gevraagd om de gordels aan te doen wegens turbulentie en de slechte weersomstandigheden.
Eens in het grauwe wolkendek begon het toestel te schudden.
Het leek of er iets hardnekkig tegen de ramen tikte.
Sneeuw.
En geen klein beetje ook.
Het vliegtuig vloog door een ware sneeuwstorm in de laatste etappe op weg naar Ushuaïa.
Dan ineens zag Sarah lichten onder de laag van nevel en jachtige sneeuw opdoemen.
Ze herkende contouren van gebouwen.
Een weg.
En dan de verlichting en markeringen van de landingsbaan die met man en macht sneeuwvrij werd gehouden.
Eindelijk zat de lange reis erop.














Geen opmerkingen:

Een reactie posten