Pagina's

maandag 21 maart 2016

Aan lager wal.



Hij stapte met lood in zijn schoenen door de straten.de regen pletste onophoudelijk door de verlaten stad. De rolluiken van de winkels waren dicht en hier en daar zag je door de gordijnen wat vaal licht branden.Er klonk muziek uit een café dat nog open was, het was het soor melige schlagermuziek die je verwacht in een café dat zich voorbereid op de sluitingstijd. En waar de gasten zodanig beschonken zijn dat ze maar half beseffen hoe idioot ze zich wel gedragen met hun gelal en gebral, hun omhelzingen en hun over emotionele gedoe.Hij wandelde erlangs, net op het moment dat de waard de gordijnen sloot, en hem bekeek met een blik van "sorry jongen maar we gaan sluiten, zuip maar op een ander".En zo wandelde de man verder, in gedachten verzonken.Peinzend en tobbend over wat er zoal misgelopen was in zijn leven. En dat was heel wat.
En dat had vooral te maken met zijn tomeloze geslachtsdriften en zijn onvermogen om het begrip echtelijke trouw in daden om te zetten.Hij passeerde langs de rosse buurt, vooral veel donkere meisjes probeerden hem met hun schalkse poses en met veel geklop op de ramen te verleiden om bij hen aan te kloppen voor een snelle wip.Hij voelde hoe zijn lid stijf en hard werd bij de gedachte om toch eens even langs te gaan bij Ella, of Patty, of Gonza. In gedachte voelde hij hun vingers over zijn geslachtsorgaan glijden...Maar al even snel schudde hij die gedachten weer van zich af."
Hoe kon ik toch zo stom zijn"? Vroeg hij zich af."Waarom heb ik mijn leven verkloot enkel en alleen door achter mijn pik aan te lopen?"Met zijn donkere jas, zijn slobbertrui en zijn versleten jeans vol vlekken en hier en daar een gat. Zijn warrige grijzende haar, vaal gezicht en wallen onder de ogen, leek hij in niets op de fiere man die hij ooit was.
Strak in het pak, netjes gekamde haren en scherpe blik. Zo kende men hem in de stad als zaakvoerder van een goeddraaiend restaurant waar voornamelijk de gegoede klasse van een gastronomische maaltijd kwam genieten.
Zelfs de burgemeester en schepenen en zelfs parlementsleden en een minister kwamen er regelmatig over de vloer.
Hij kende hun verlangens en hun favoriete gerechten. Sprak met hen over werk en privéleven. Werd regelmatig uitgenodigd op feestjes, recepties, banketten, etc.
Dronk regelmatig met hen een glaasje mee en ja af en toe stond er ook een bezoekje aan de meisjes van plezier op het programma.
Niet naar die ordinaire hoerenbuurt waar hij doorliep hé. Neen naar de sjieke clubs en stripteasetenten waar bij het drinken van sloten champagne de meisjes werden gekeurd en gekeerd.
Dat zijn echtgenote de zaak moest sluiten, de administratie en de personeelszaken moest regelen, lange dagen en korte nachten had en daar bovenop vaak alleen in een veel te groot bed moest slapen, dat deerde hem geen zier.

Alleen zijn pleziertjes telden.
En daarbij gaf hij meer geld uit dan gezond was.
Daar bovenop kwamen nog de veroordelingen voor rijden onder invloed, plus de zware boetes die daarbij hoorden. De kosten van een ongeval waarbij hij zijn dure wagen in de prak reed, etc.
En ook het feit dat zijn macht zo erotiserend werkte dat de vrouwen aan zijn voeten hingen.
Naast het gescharrel met één van zijn dienstertjes die zich al te makkelijk liet verleiden tot een affaire met haar baas, had hij ook nog eens een verhouding met de vrouw van een rijke bedrijfsleider. Een knappe jonge dame die veel tekort kwam omdat manlief veel van huis was. En kwam hij regelmatig 'op de koffie' bij een rijke en zeer mooie weduwe van een Afrikaanse diplomaat.
En zij was het die hem pluimde. Die hem chanteerde en ermee dreigde de video opnames van hun hitsige vrijpartijen naar zijn vrouw te sturen, als hij niet met veel geld over de brug kwam.
Wist hij veel dat madame al het geld van haar rijke echtgenoot erdoor had gedraaid en op zoek was naar een domme Belg met een broek vol goesting die ze naar hartelust pluimen kon.

En zo!!!
Duurde het niet lang voor hij aan lager wal zat.
De schulden stapelden zich op en een deurwaarder kwam de inboedel opnemen en al gauw ging het restaurant failliet, ging het voor de buitenwereld o zo perfecte zelfstandigenkoppel uitéén.
En daar woont hij nu in een zolderkamertje met enkel een lavabo om zich te wassen, een lekkend dak, een hele hoop schulden en een knagend geweten.
Om de schuldgevoelens te verdrijven dronk hij meer dan goed voor hem was.
En meermaals ging hij dan met een glas teveel op naar de rosse buurt om er met een Afrikaans of Oost-Europees meisje van bil te gaan voor 50 euro.
Of hij regelde een date met een huisvrouw op zoek naar een bijverdienste en liet hij zijn broek zakken in de slaapkamer van een verkavelingsfermette met een veel te hoge hypotheek.
Om dan 's avonds met een knagend geweten door de stad te dwalen. Er niet in slagend om al die donkere gedachten en schuldgevoelens, die zelfhaat en die twijfels van zich af te zetten.
Meermaals dacht hij "ik spring in het water, dan is alle ellende voorbij. Mij zijn ze toch liever kwijt dan rijk".
Maar het ontbrak hem aan lef om het te doen.
Hij moest beseffen dat hij een zwakkeling was. Een man zonder karakter of principes.
Te vlug verleidt door genot, door drank, door vrouwen.
De zonde van het vlees en de verleidingen van het leven hadden hem in de macht. En zijn gezin en personeel werden daarvan de dupe.
Maar hij dacht alleen aan zijn eigen miserie, aan zijn eigen gekrenkte ego.
Hij lulde zich eruit, stelde zich aan als een verongelijkte puber die door pa en ma naar z'n kamer gestuurd werd na een luide discussie over het uur van thuiskomst.
Hij was een egoïst en een narcist. En bovendien slecht met geld, daarover kon zijn boekhouder een stevig boompje opzetten.

Uiteindelijk.
Zocht hij verpozing in een kroeg waar hij als late klant nog welkom was.
Er galmde Blues uit de boxen. De bassen waren veel te sterk en de zang was dan weer te stil. Maar het waren kniesoren die daarop letten.
Hij zette zich aan de toog op een kruk en bestelde een whisky.
Twee stoelen verder zat een vrouw. Ze was eind in de dertig, droeg een leren jekker en een zwarte leren broek. Op haar armen waren tattoo's zichbaar, maar hij kon nauwelijks onderscheiden wat ze voorstelden moesten?
Ze was tamelijk groot, struis gebouwd en had lang ravenzwart haar.
Haar gezicht vertoonde beginnende rimpels en kraaienpootjes, maar ondanks dit alles mocht ze best gezien worden. En ze zat nog strak in haar vel, het leek duidelijk dat ze regelmatig aan sport deed om haar conditie te onderhouden.
De vrouw zette zich naast hem.
"Hey lekkere vent, ook nog zo laat op wandel?"
"Euh ja, had nog zin in een borrel", antwoordde hij.
"Alleen in een borrel? Of in iets meer"?
"Gewoon... Een borrel" zei hij schuchter.
Ze ritste haar jekker open. Daaronder droeg ze een strak, rood topje. Haar borsten staken er uit, ze had best wel een grote cup.
"Ik woon hier boven, zin om te neuken?
Ik heb zin in een lekkere dikke paal vanavond".
Ze bekeek hem met zaadvragende ogen, en sloeg haar haar achterover.
In haar navel zat een flinke piercing en de blokjes op haar buik maakten duidelijk dat ze er alles aan deed om zo strak en slank mogelijk te blijven.
Hij stak zijn hand uit, ze legde hem op haar borst.
"Lekker stevig hé, niet slecht hé voor een dame van 39 jaar oud."
Ze rekende af, "zet dat van meneer ook maar op mijn rekening" zei ze.
Ze stond recht.
"Kom mee spetterrrr" kreunde ze.
Hij volgde gedwee.
Op haar kamer boven het café was hij niet meer te houden.
Hij maakte zijn gulp los terwijl hij haar bewonderde hoe ze haar topje uitdeed en wellustig over haar borsten wreef.
Ze deed haar BH uit, en wandelde traag naar hem.
Hij keek haar kwijlend aan terwijl hij zijn stijve paal in zijn handen hield.

Toen greep ze hem bij zijn ballen!!!!!!
En keek hem nijdig aan.
Eindelijk heb ik je te pakken jij miezerige vieze klootzak!!!!!
Ge moet uw eigen hier eens zien staan jij vorte zielige vetzak.
Dacht je nu echt dat je ongestraft zou wegkomen met datgene wat je twintig jaar geleden hebt gedaan?
Dacht je nu echt dat je me ongestraft kon bepotelen, vernederen, misbruiken, etc... SMEERLAP!!!!
"Laat me met rust rotwijf!" probeerde hij zich te verweren.
Maar dat werd beantwoordt met een welgemikte rechtse op z'n gezicht.
Hij viel naast het bed op de grond.
"Een beweging en ik stamp met de hak van mijn laars uw kloten in gruzelementen, verstaan stuk crapuul!"
Hij tastte naar zijn broek, die hij wilde optrekken.
"En laat uw broek maar waar hij is, daar heb je die toch zo graag hé obsedé"...
"Maar wat heb ik je misdaan? Ik ken je niet eens" vroeg hij al smekend.
"Natuurlijk dat je me niet meer kent, selectief geheugen hé. Zal ik het even opfrissen?"
"Jij als maitre in de zaak van je rijke nonkel, het omhooggevallen ventje dat denkt dat hij meer mag dan een ander omdat hij familie van de baas is. En ik arm en blut. Stond er aan de afwas. Heelder dagen te travakken. En sliep boven op een miezerig zolderkamertje van dat sjieke restaurant waar jij de grote man uithing en het ideale schoonzoontje speelde voor al die hoge ome's die er kwamen vreten.
En ik jong, naief. Hunkerend naar liefde, naar een knuffel en wat tederheid, na een moeilijke jeugd, liefdeloze ouders die me meer slaag dan eten gaven, en een vader die niet zijn poten van mij kon blijven. Een broer die mij als zijn sekssslaafje behandelde. Dan van de ene instelling naar het andere pleeggezin. Weglopen, kraakpanden. En dan toch de moed gevonden om mijn leven op het juiste spoor te krijgen.
Werk gezocht bij je oom. Maar daar liep ik met open ogen in je mooipraterijen.
Je beloofde me de hemel op aarde. Maar je geilde alleen maar op mijn lijf jij godverdomse vetzak!
En als dat dan nog alles was? Nee je dwong me dan nog om voor hoer te spelen. Zonder dat ik er erg in had lag ik naakt op tafel met mijn benen wijdt. Terwijl een stel fils-a-papa's zich aan me vergrepen.

Vies!!!!

Hoor je me?
Vies!!!! Zo voel ik me nu nog altijd na die ene nacht waarop je me dronken voerde en me dan naakt presenteerde aan die vieze vettige vriendjes van je.
Later hoorde ik wat je je gezin en alle mensen rondom jou hebt aangedaan.
Hoe je ieders geluk op het spel zette enkel en alleen omdat je je pik achterna loopt.
Jij, jij geeft alleen om jezelf. Jij bent een gemene, achterbakse, smerige, rotte egoïst!!!!!
Bij die woorden plantte ze de hak van haar laars in zijn gezicht.
Hij kermde het uit van de pijn.
"Sukkelaar, grote, domme, egoïstische sukkelaar!!!!!
Hoe laag kunt ge als mens eigenlijk nog vallen?
Stinkend naar het zweet en de drank doolt ge hier rond in de stad. Uw geld opdoen aan drank en hoeren. Terwijl ge beter uw schulden zoudt afbetalen aan uw vrouw en kinderen die je al zoveel miserie hebt aangedaan.
Ik zat hier alle dagen aan de toog, hopend dat ge op een dag zoudt binnenkomen op zoek naar de roes van drank of die van een snelle nachtelijke wip.
En ik wist dat ik maar mijn borsten vooruit hoefde te steken om u goesting te doen krijgen.
En eindelijk!!!! EINDELIJK!!!!!
Eindelijk heb ik u waar ik u hebben wil.
Ik ben een wijf van de straat weet je wel.
Zo eentje dat als kind graag met jongens optrok, in bomen klom en al eens graag een robbertje durfde te vechten.
Kickboxen en krachttraining hielpen me om de duistere gedachten van me af te zetten. Alsook de liefde van Nancy, mijn maatje, mijn steun en toeverlaat, mijn grote liefde. Tot de dag dat ze in mijn armen stierf na een lang ziekbed, moge ze in vrede rusten...
Ik had u voor het gerecht kunnen dagen, maar daarin heb ik mijn geloof allang verloren.
Ik reken met u af op mijn eigen manier.
Ik heb niets meer te verliezen. Mijn ouweheer ligt al in zijn graf.
En die geilzak van een broer zit in de gevangenis, en daar mag hij voor mijn part nog lang blijven.
Dus blijft er nog maar één iemand over om wraak te nemen. Om eens eindelijk mijn woede te koelen op jullie venten die mij en zoveel andere vrouwen zien als lustobjecten. Goedkope speeltjes waar ze denken hun lusten op te kunnen botvieren.
En dat ben...

JIJ!!!!!!

Bij die woorden toonde ze een scalpel, en bewoog die langzaam tot bij zijn kruis....
NEEEEEEEEEEEEEEEE !!!!!!!!!!!!!!
Hoorden ze hem beneden in de gelagzaal nog schreeuwen.
Toen de cafébaas en de laatste klanten erin slaagden de gebarricadeerde deur te openen troffen ze hem aan met ingeslagen schedel en een grote plas bloed ter hoogte van zijn kruis.
Op het nachtkastje lag een leeg ampul, cyaankali zo bleek later.
Zijzelf lag naakt op bed, haar lange haren warrig over haar gezicht en met een glimlach op haar lippen, alsof ze opgelucht was dat alles eindelijk voorbij was.
Op de afscheidsbrief stond in grote letters...

Had hij zijn broek maar wat vaker aangehouden!

woensdag 2 maart 2016

Duistere idealen (slot)


Een week later.

Het was koud.
Echt koud.
Een scherpe wind waaide recht uit het noorden.
Fijne vlokken sneeuw vielen naar beneden.
Op de sobere bruine kist die de kerk werd binnengedragen.
Sheila droeg een zwart kleed met rouwsluier.
Uit respect.
Diep respect.
Hoezeer haar afkeer voor Graziella Cappolli ook was.
Vooral dan toen ze haar beste vriendin bedreigde, vandaliseerde en bestookte met regelrechte haat en dreigmails.
De tragische dood van het jonge meisje raakte haar diep in het hart.
Het gaf Sheila enige gemoedsrust dat ze vlak voor Graziella tragisch aan haar einde kwam nog de spons over alles kon vegen.
Dat ze het meisje nog vergiffenis kon schenken.
"Graziella is met een gerust gemoed gestorven." Zei Sheila achteraf.
"Dat troost me toch een heel klein beetje"
Sheila stapte de kerk binnen.
Achter de ouders en familie van Graziella.
Die als één blok achter de kist aanliepen.
Zoals het een echte Italiaanse familie betaamd.
Het werd een sobere en ingetogen plechtigheid, zonder al teveel franjes.
Maar met respect voor de rituelen die horen bij een katholieke uitvaart.
Want de familie Cappolli is zeer katholiek.
Grootvader Guiseppe kwam 50 jaar geleden als jonge knaap helemaal vauit Sicilië naar Maasmechelen, waar Graziella opgroeide.
En waar ze vandaag ten grave werd gedragen.
De oude man staarde wezenloos naar de kist van zijn oudste kleindochter.
Alsook haar ouders die al tien jaar geleden uit elkaar gingen.
Maar nu verenigd waren rond de kist van hun enige kind.

Ook Jurgen was aanwezig.
Hij mocht plaatsnemen bij de familie.
Zijn naam stond op het overlijdensbericht.
De jongen had een flinke klop gekregen.
Hij zag bleek, en leek vermagerd.
Hij liep met gebogen hoofd.
Het raakte Sheila.
Een jongen zo brutaal in het hart geraakt.
Zijn vriendinnetje, bruusk van hem ontnomen.
Graziella en Jurgen.
Hun liefde begon langzaam open te bloeien.
Tot iets serieus uit te groeien.
En dan.
Werden ze net als Sheila door de bende niets ontziende rechts extremisten ontvoerd, bedreigd, gemarteld.
En Graziella tenslotte neergeschoten.
Jurgen moest machteloos toezien hoe zijn vriendinnetje langzaam stikte in haar eigen bloed dat haar longen langzaam vulde.

Sheila luisterde met een half oor naar de zalvende woorden van de priester.
Hield vooral Jurgen in de gaten die elk moment leek te breken.
Na de dienst volgde ze de familie naar het kerkhof.
Waar Graziella voorgoed aan de aarde werd toevertrouwd.
Voor Jurgen werd het teveel.
Huilend trok hij zich terug.
Met gebogen hoofd liep hij tussen de graven die intussen bedekt waren met een ragfijn laagje poedersneeuw dat maar bleef in fijne vlokken uit de lucht vallen.
Sheila liep achter hem.
Sloeg haar arm om zijn schouder.
"Gaat het maatje?" Vroeg ze moederlijk.
Jurgen keek haar aan.
Sheila omhelsde hem en drukte zijn hoofd tegen haar schouder.
Woelde door zijn haren.
Jurgen begon hartverscheurend te huilen.
"Huil maar even uit jongen." Zei ze met zachte stem.
"Laat je verdriet maar de vrije loop."
"Ik zag haar graag." Snikte hij.
"Het is net of er een stuk uit mijn hart is gescheurd.
De dag ervoor waren we nog samen.
Hebben we heerlijk lang gevreeën.
Heb haar een heel schoon cadeau gegeven.
Een ring met diamant.
En dure lingerie.
Ze zag er zo beeldig uit.
Ik kreeg er zo'n goesting van.
Niet veel later lagen we in bed.
Tot die telefoon ging.
Was ik maar niet gegaan.
Was ik maar niet met die onzin begonnen.
Ze wilde het niet.
Ze zocht liever zelf werk.
Nu weet ik waarom."
Hij zweeg even.
"Ik had in dat graf moeten liggen.
Niet zij...
NIET ZIJ!!!

Het is allemaal MIJN EIGEN STOMME SCHULD!"

Sheila keek hem aan.
Schudde hem door elkaar.
"Zeg dat nooit meer Jurgen." Zei ze met aandrang.
"De enige die schuld hebben aan de dood van Graziella.
Is die extremistische smeerlap Rutger Schimmeling.
En zijn bende criminele extremisten.
En niemand anders.
Hoor je me Jurgen...
NIEMAND ANDERS!
En ik zal getuigen.
En jij ook.
We praten die mannen voor lange tijd de cel in.
Jij en ik.
We doen het voor Graziella.
Kom jongen.
We gaan een hapje eten.
En een beetje praten, gij en ik."
Samen verlieten ze het kerkhof.
Voor een goede maaltijd.
En een lang gesprek.

Het nieuws rond De Soldaten Van Anders Breivik domineerde meer dan een week lang alle krantenkoppen.
Ze beraamden aanslagen op de politieke kopstukken en zelfs de koningshuizen van Nederland en België.
En waren dit alles heel punctueel aan het voorbereiden.
Karel Platteeuw voelde weinig voor dit soort acties en wilde de geldkraan dichtdraaien.
Hij moest dit met zijn leven bekopen.
Zijn vennoot Armand Wydood was diep geschokt te vernemen dat zijn zakenpartner die tevens zijn vriend was al van in zijn studententijd, zich met dergelijke zaken leek in te laten vlak onder zijn neus.
Hij kocht alle aandelen van Karel Platteeuw en zijn familie en trok het laken naar zich toe.
Hij wilde niks meer met die bende zwartzakken te maken hebben.
Karel en Graziella betaalden de hoogste prijs.
Karel voor zich te willen terugtrekken uit de hele affaire.
Graziella door die ene USB-stick met gevoelige informatie naar de politie te brengen.
De wraak van de bende was niets ontziend.
Al meteen bleek Rutger Schimmeling het brein was achter de hele gang van zaken.
De meeste andere zogenaamde Soldaten Van Anders Breivik waren niets meer dan meelopers die zich voor zijn kar lieten spannen.
Op een paar gevaarlijke medestanders na.
Die net als Rutger doordrongen waren van een gevaarlijk gedachtegoed en over lijken gingen om dat in de praktijk te zetten.
Maar Rutger was net dat ietsje erger.
Een niets ontziende psychopaat die de juiste mensen wist te kiezen voor zijn duistere plannen.
En die iedereen liquideerde die hem in de weg durfde te staan.

Het was waar.
Sheila haatte Graziella.
Maar haar dood trof haar diep in het hart.
Sheila is nu eenmaal wie ze is.
Rechtvaardig.
Vergevingsgezind voor wie oprecht spijt betuigt.
Dat deed Graziella.
In haar laatste uren.
Toen de angst voor wat haar te wachten stond haar frêle lichaam beheerste.
Na de begrafenis nam ze afscheid van de nabestaanden van Graziella en van Jurgen.
Die avond zat ze samen met Pieter Slembrouck aan tafel.
"Wat een triest verloop." Zei hij.
"Vooral voor dat meisje."
Sheila knikte en roerde in haar kom soep.
"Ja." Zei ze.
Meer kon ze niet uitbrengen.
Pieter begreep.
Zag de traan die over haar wang bengelde.
"Je hebt dat goed gedaan." Zei ze.
"Ik ben blij dat ik je in dienst genomen heb.
Ik ga aan deze zaak helaas niets verdienen.
Toch geen geld.
Maar in de plaats kreeg ik iets veel waardevoller.
Een goede kracht waarop ik vertrouwen kan."
Hij keek Sheila aan.
Ze glimlachte even.
Hij streelde haar hand.
Keek in haar ogen.
Haar mooie helder blauwe ogen... "

Duistere idealen 5



Een leegstaande fabriek.
Waar?
Sheila had er geen idee van.
Ze werd uit de auto gesleurd.
Ze moest de hele tijd op haar knieën zitten met haar gezicht van de grond tussen de bestuurderszetel en de achterbank ik.
Eén van die skinheads zette zijn voet op haar rug om haar in bedwang te houden.
De rit duurde zeker twee uur.
En de mannen in de auto zeiden geen woord.
Ergens in een hoek stond een stuk van een machine die waarschijnlijk werd gebruikt voor de productie.
Ooit.
Toen de fabriek nog draaide en er bedrijvigheid was.
Sheila moest mee, door de leegstaande hal.
Dan door een deur.
De trappen af.
In de kelders.
Lange gangen.
Een deuropening.
Een donkere ruimte.
Eén van de skinheads stak een zaklamp aan.
Een deur.
Die ging open.
Een kleine opening gaf licht door.
Een zuil.
Daaraan was iemand vastgebonden, een jonge vrouw.
Haar gezicht naar de grond gericht, Sheila kon haar niet herkennen.
Ze werd naast de jonge vrouw vastgebonden.
"Gij hier." Zei ze.
Sheila draaide haar hoofd.
De jonge vrouw was niemand minder dan Graziella Cappolli.
Ze had alleen haar kamerjas aan en rilde van de kou.
"Hoe kom jij hier?" Vroeg Sheila.
"Ich weet het niet." Zei het meisje met een bange stem.
"Deze voormiddag belden ze aan de deur.
Zeiden dat het de post was.
Aangetekende zending, of ik even naar beneden wilde komen.
Ik was alleen thuis.
Ma en haar vriend waren gaan werken.
Ik opende de deur.
Er stonden twee ongure types, die grepen me vast en sleurden me in een auto.
Ik was bang.
Echt bang."
Graziella huilde.
Met lange diepe snikken.
"Ge moet me helpen Sheila." Zei ze snikkend.
"Ik wil niet sterven.
Oh verdomme ik ben zo bang.
Toen we aankwamen bonden ze me vast.
Een half uur later ging de deur weer open.
Ze brachten Jurgen binnen.
En bonden hem hier ook vast.
Daarstraks kwamen ze hem halen.
Ik ben zo bang.
Wat gaan ze met hem doen?
Wat gaan ze met mij... Met ons doen?
Wat willen ze van ons?"
Sheila keek Graziella aan.
"Ik wou dat ik het wist meisje.
Allez ja.
Ik weet wat ze van mij willen.
Maar niet wat ze van jou willen.
Tenzij... Jurgen aan het praten krijgen."

Graziella werd bang.
"Oh my God.
Ze gaan me toch niks aandoen?
Ik ben zo bang.
Kunnen we niet samen ontsnappen of zo?"
"Hoe dat?
We zitten vast aan ijzeren ketens.
Die krijg ik niet los hoor.
Zo sterk ben ik nu ook weer niet."
Graziella slaakte een wanhopige jammerkreet.
"We zijn verloren." Snikte ze.
"Net nu het leven me toelachte.
Die dag toen je binnenviel.
Jurgen belde.
Hij wilde dat ik zo rap mogelijk naar Knokke kwam.
Want hij had een verrassing.
Toen ik daar aankwam, had hij een ring bij zich.
Een verlovingsring."
"En jullie zijn nog maar zes maanden samen." Reageerde Sheila cynisch.
"En dan?" Vroeg Graziella.
"Het was zo superromantisch van hem.
Hij had een ring bij zich, en een duur  maar o zo schoon lingeriesetje.
Ik heb het aangetrokken.
Weet je wat hij zei?
"Gij zijt de schoonste prinses die ik ooit gezien heb."
Dan kuste hij mij.
Sheila.
Ik weet wat gij van me denkt.
Wat iedereen van me denkt.
Dat ik hem genomen heb omdat hij een rijke papa heeft.
Da was zo ja.
In 't begin.
Maar ben hem almaar beter leren kennen.
En ik dacht.... Met die jonge wil ik verder.
Ja da is echt Sheila.
Ik wil verder met die 'jong'.
Ik zie die graag."

Toen weerklonk er een korte maar rauwe kreet.
"Jurgen." Riep Graziella vol ontzetting.
"Ze zijn hem aan 't folteren.
Wie weet hebben ze hem al... "
Weer begon ze jammerend te huilen.
Tranen liepen van haar wangen.
"Je houdt echt van hem hé." Zei Sheila.
"Ja." Zei Graziella.
"Weet je dat ik vast werk heb gevonden?
Volgende week mag ik beginnen.
Toen we met elkaar in de clinch gingen kwam ik eigenlijk van een sollicitatiegesprek.
Vanmorgen belden ze.
Ik wil echt iets aanvangen met mijn leven.
Ik heb domme dingen gedaan ja.
Ik was onvolwassen.
Ik dacht dat het leven één groot feest was.
Had geen benul van de waarden van geld.
Papa was de wanhoop nabij.
Wist ik veel dat dat was omdat hij bezorgd om me was.
Ik wilde bij ma gaan wonen.
Omdat die veel toegeeflijker is."
Ineens werd het stil.
Graziella huilde.
Sheila luisterde ernaar.
Maar wist niet wat zeggen.
Het meisje rilde van de kou.
Logisch, ze had alleen haar kamerjas aan.
Het licht uit haar levendige donkere ogen was verdwenen.
"Graziella." Zei Sheila.
"Ik vergeef je alles meisje.
En ik zal je helpen.
Als we hieruit komen, dan geef ik je mijn telefoonnummer.
Als er iets is, je kan me altijd bellen. Ook 's nachts.
Want ik geloof in jou Graziella."
Graziella hield op met huilen.
Draaide haar hoofd en probeerde oogcontact te maken met Sheila.
"Merci." Prevelde ze zachtjes.
Daarna keek ze weer naar de grond.
Slaakte een diepe zucht van opluchting.

Dan ging de deur open.
Twee mannen kwamen binnen.
Het waren andere mannen dan diegenen die samen met die Rutger Sheila hierheen brachten.
Maar ook zij waren kaal en hadden allerhande tatouages in hun nek.
Eén had zelfs een keltisch kruis van achter op zijn schedel.
Ruig volk.
Ze maakten Sheila en Graziella los.
Weer begon Graziella luidkeels te jammeren.
"Nee! Nee! NEE!!!
Ik heb niets gedaan, laat me gaan! Ik heb niets gedaan, LAAT ME GAAN!!!" Jammerde ze.
Terwijl ze heftig met haar benen spartelde.
De man die haar losmaakte sleepte haar mee.
Ook Sheila moest mee.
Het gejammer van Graziella echode door de gangen.
Sheila boog het hoofd.
Ze begreep dat Graziella nu echt reden had om een drama te maken.
in een ruimte die ooit dienst deed als omkleedruimte voor de arbeiders.
Er stonden nog oude kleerkastjes, één ervan nog met een slot erop.
In het midden zat Jurgen Wydood vastgebonden op een stoel.
Zijn gezicht onder het bloed, half versuft.
Graziella slaakte een wanhopige kreet.
"Jurgen!!!" Schreeuwde ze.
"Wat hebben jullie met hem gedaan? Klojo's!"
Rutger lachte.
Ging voor Graziella staan en keek haar strak in de ogen.
Hij spuwde in haar gezicht.
"Nihilistich kutwijf!" siste hij.
"Jij bent toch verloren voor de maatschappij.
Zeker voor de maatschappij die wij voor ogen hebben.
Dus hou maar op met jammeren moppie. Het zal je toch geen stap verderhelpen." Zei Rutger.
"Nou vooruit. bindt die twee wijven vast." Beval hij.
Sheila en Graziella werden op de stoel gezet en hun handen vastgebonden met stevige ductape.
Niet voordat Rutger eerst Graziella's kamerjas wegnam.
"Die heb je toch niet meer nodig moppie!"
Hij gooide haar roze kamerjas achteloos in een hoek waar een smerige waterplas lag.
Sheila huiverde toen ze zag hoe Graziella haar laatste restje waardigheid werd weggenomen.
"Klootzakken!" Riep ze.
Rutger stond naast haar, maar gaf geen krimp.
Toen ze vastgebonden waren begon hij zijn betoog.
"Welkom dames.
Laat mij ons even voorstellen wie wij zijn.
Wij noemen onszelf 'DE SOLDATEN VAN ANDERS BREIVIK'!
Wij streven net zoals ons grote voorbeeld naar de omverwerping van de door en door corrupte en cultureel marxistische regering, en haar opiniemakers.
In tegenstelling tot de meeste rechtse denkers geloven wij niet of beter gezegd niet meer in de kracht van een vastberaden massa om dingen te veranderen.
Omdat het voor ons duidelijk is dat de grote massa gewoon verstard, gehersenspoeld en in slaap gewiegd werd door de corrupte en verdorven massamedia. Kijk maar naar dat moppie hier naast me". voegde hij eraan toe terwijl hij naar Graziella keek.
"Het enige wat de mensen doen is hun gal spuwen op sociale media.
Wiens enige nut dat nog heeft de echte idealisten eruit te filteren en hen van achter hun scherm weg te halen.
En hen op te leiden tot hetgeen de maatschappij zoals wij die voor ogen heeft zo hard nodig heeft.
Vastberaden, masculine MANNEN die in staat zijn om de leiding te nemen in het omvormen van de hedendaagse verrotte maatschappij naar een waardig nationalistisch model gebaseerd op EIGEN VOLK EERST!"

Met een kleine maar vastberaden groep hadden we een heel goed plan op poten gezet om op één dag komaf te maken met de corrupte leiders van Nederland en Vlaanderen.
Ze zouden tijdens goed georkestreerde acties voorgoed uitgeschakeld worden.
Andere mannen op de juiste plaats zouden meteen ingezet worden om de door ons zo hard gewenste machtsovername in gang te zetten.
Dit plan was in zijn laatste fase.
Tot jullie roet in het eten begonnen te gooien.
Eigenlijk begon het met de plotse weigering van één van de mannen op wie wij het hardst rekenden voor onze acties, temeer omdat deze een heleboel geld kosten.
Wij dachten dat Karel Platteeuw een waardig nationalist was.
Maar die naïeve dwaas bleef maar geloven in het domme idee van de kracht van de massa.
Toen wij ons alternatief op tafel legden wilde hij ineens niet meer meewerken.
Draaide hij de geldkraan dicht.
Wierf hij het verwende rijkeluiszoontje hier aan om bij hem op zijn bureau te werken.
Meneertje hier, kreeg het in zijn weke hersens om bedrijfsgeheimen te stelen.
Of zo leek het wel.
Ons werd snel duidelijk dat meneertje hier in opdracht voor Karel Platteeuw de plannen moest ontvreemden, waarvan we dachten dat ze bij hem veilig waren.
Maar al snel kwamen wij er achter dat ze zich in een kluis in een bank in Sluis bevonden, waarvan meneertje het rijke snobistische nihilistje het bestaan niet van kon afweten.
Zelfs zijn papa, Karel Platteeuws vennoot wist niets van die kluis die op naam van het bedrijf werd gehuurd af.
We gingen kijken in Sluis en stelden vast dat de kluis leeg was.
Wisten Tim en Guus veel dat de blonde dame die even tevoren buiten kwam dezelfde was die de avond ervoor van Jurgen vernam dat ze in die kluis moest gaan zoeken?
Dus hebben we Jurgen en zijn lieve vriendinnetje Graziella maar komen ophalen.
Wat later trof onze kameraad John Dhondt mejuffrouw Sheila Verdoolaeghe aan sluipend rond het woonhuis van de Platteeuwhoeve.
En ze bekende meteen dat de USB-sticks in haar auto lagen.
Case close zou je denken?
Niet dus.
Er zaten zes USB's in het zakje van haar laptop draagtas.
De belangrijkste, met daarop de details betreffende onze acties die wij deze week hier gingen bespreken.
Ontbreken."
Dan zweeg Rutger.
Keek Jurgen grijnzend aan.
"Zijn smoeltje ziet er leuk uit hé.
Tja.
Wilde niet meewerken.
Niet slim.
Geldt ook voor jullie dames.
Niet meewerken is niet slim.
Echt niet."
Rutger knipte in zijn vingers.
"De voorhamer."
Sheila slikte.
Jurgen hapte naar adem.
Graziella gilde het uit.
Zeker toen één van de andere mannen haar rechtervoet vasthield terwijl John een joekel van een voorhamer binnenbracht.
"Wat zie julder van plan? Bende sadisten."
Rutger grijnsde.
"De vraag is simpel.
Waar is de zevende USB-Stick."
"Laat Graziella met rust!" Riep Jurgen.
"Zeg het dan." Antwoordde Rutger.
"Of weet jij het moppie?" Richtte hij zich nu tot Graziella.
"Zeg het dan maar snel.
Want we gaan je pijn doen... "
Angst stond in de ogen van Graziella te lezen.
Sheila moest walgen.
"Geen antwoord.
Wat dom... "
Hij knikte.
John verbrijzelde Graziella's rechterknie.
Het meisje brulde het uit van de pijn.
Sheila kon haar walging niet onderdrukken.
Ongemerkt probeerde Sheila de ductape rond haar polsen losser te maken.
Dat viel niet mee.
Ze was goed vastgemaakt aan het ijzer dat de leuning van de stoel met het zitstuk verbond.
"Ik ben de enige die Graziella en Jurgen kan redden." Dacht ze.
"Ek meugen nie falen, 't mag nie! 't mag nie!" Zei ze.
Telkens opnieuw.
Ze hoorde de rauwe kreten van Graziella.
Die door merg en been gingen.
"Wel hoe zit het?"
"Wie zegt dat wij het gedaan hebben?" Vroeg Sheila.
"Wie weet heeft Karel Platteeuw die stick wel weggenomen, aangezien het zijn kluis was."
Weer knikte Rutger.
Ditmaal moest Graziella haar linkerknie eraan geloven.
Meedogenloos waren ze.
"Fout antwoord Sheila... Wat doe je Graziella toch aan moppie?
We hebben zijn hele huis uitgekamd, en ook zijn kantoor.
Het moet één van jullie geweest zijn."
Toen ging er een GSM af.
Rutger nam op.
"Ja, ja... OK.
Bedankt moppie."
Hij drukte af, stak zijn GSM weer in zijn broekzak.

"Graziella... " Vroeg hij cynisch.
"Waar was je gisteren zo rond 10u in de voormiddag?
Voor je naar je vriendje in Knokke ging."
"Ja ik was het." Zei Graziella.
"Ik ben gisteren in Sluis geweest.
En die ene stick, ik wist welke, die met het rode fijne plaklint erop...
Gaan halen.
Met een vals volmacht, zijn handtekening nagebootst
Jurgen wist er niks van.
Hij wilde dat houden, die Karel Platteeuw ermee chanteren.
Ik vond dat dat naar de politie  moest gebracht worden.
Want ik wilde het vele kwaads dat jullie van plan waren verhinderen."
"Wat zei je daar moppie?" Vroeg Rutger ineens.
Zijn ogen schoten vuur.
Zijn stem klonk heel gemeen?
"Veel... KWAADS!"
Hij trok zijn pistool en richtte het op haar.
"Jij verdomd nihilistisch kutwijf!" Foeterde hij.
Hij sloeg de kolf van zijn revolver tegen haar hoofd.
"Wij waren net veel goeds van plan.
Maar dat zie je niet.
Verdwaasd gecorrumpeerd hoerejong!"
Hjj schoot.
Een kogel raakte haar in haar longen.
Graziella hapte naar adem.
"NEEEEEEEEEEE!!!!!" Riep Jurgen.
Ze viel om met stoel en al.
Haar gereutel ging door merg en been.
Sheila kreeg kippenvel.
"Jij bent de volgende smerig rijkeluiszoontje.
Jij bent net zo'n vijandig element voor onze samenleving."
Dan gebeurde het.
Sheila rukte haar handen los en greep de arm van John die haar onder schot hield.
Ze rukte zijn pistool uit de hand en overmeesterde hem.
Ze hield het wapen tegen zijn slaap en begon te roepen.
"WAPENS NERE GHODVERDOMS CRAPUUL DA JULDER ZIET!!!!" Schreeuwde ze.
De mannen lieten hun wapens vallen.
Uitgezonderd Rutger.
Die draaide zich om en grijnsde.
"Nou...
Wat ga je doen... moppie!"
Sheila schoot.
Een kogel verbrijzelde zijn knieschijf.
Brullend van pijn viel Rutger Schimmeling op de grond.
"Voila, smeerlap.
Nu weet je ook ekeje hoe dat dat voelt!
En ghie marginale kletskop. Ga Jurgen losmaken!" Brulde ze in John D'hondt zijn oor.
"En e betje rap ghodverdomme!"
Jurgen liep meteen naar Graziella.
Wiens longen zich langzaam vulden met bloed.
Ze keek Jurgen aan.
Happend naar adem.
Hij probeerde om haar handen los te maken, maar het touw was heel strak vastgebonden.
"Woar zitten wiender?" Vroeg ze aan John.
"Komaan zeg het.
Of 'k sla je domme froete in tweeën".
Sheila hief haar vuist op.
"In een loods in de haven van Rotterdam." Zei hij.
Meteen belde Sheila naar de 112.
Waarna ze de hele bende skinheads naar beneden dreef en hen opsloot in het hok waar ze samen met Graziella opgesloten zat.
Toen ze terugkwam hoorde ze Jurgen hartverscheurend schreeuwen.
Ze wist... Het was voorbij.
Graziella stierf langzaam en pijnlijk.
Stikkend in haar eigen bloed.
Samen met Jurgen maakte ze het ongelukkige meisje haar handen los.
Ze legde Graziella op haar rug en sloot voorgoed haar ogen.
Veegde het bloed op dat uit haar mond kwam toen ze werd neergelegd.
en bedekte haar lichaam met haar kamerjas die nog altijd in die vieze plas lag.
Het was het enige wat ze nog voor haar konden doen.
Sheila woelde even door haar lange zwarte haren.
"Slaapwel meisje." Zei ze met een snik in haar stem.

Sheila sloeg haar arm om Jurgen.
Woelde door zijn haren.
Maar kon geen woord uitbrengen.
Tranen liepen over haar wangen.
De politie kwam.
Alsook ambulance en spoedartsen.
Rutger Schimmeling werd geboeid in een ambulance gedragen.
Ook Jurgen werd door dokters weggebracht.
Sheila werd ondervraagd, ze vertelde alles van naaldje tot draadje.
Met tranen in de ogen.
In het politiebureau wachtte een man in maatpak op haar.
Het was een hooggeplaatst persoon van de Nederlandse politie.
"Mevrouw." Zei hij.
"We hebben begrepen dat onder andere door jou onderzoek in opdracht van ene Karel Platteeuw op heel wat bezwarende dingen gestoten bent.
De USB-sticks die u onder dwang moest afgeven bevatten voor ons zeer waardevolle informatie over een groots opgezet complot van een gevaarlijke bende extremisten.
Maar, ere wie ere toekomt.
Het was de melding gisterenavond bij een lokaal politiebureau in Vlaanderen omtrent bezwarende informatie op een USB-stick die de bal aan het rollen bracht.
Een melding door Graziella Cappolli die zopas laffelijk om het leven werd gebracht.
In Vlaanderen werden al verscheidene mensen opgepakt en ook onze mensen zijn nu op pad om de nodige arrestaties te verrichten.
Dit zal zeker worden opgevolgd.
Wij hopen dat u bereid bent om te getuigen en mee te werken aan het onderzoek."
"Met alle plezier." Zei Sheila.
Ik wil gerechtigheid.
Voor Karel en Graziella.
Hoe fout Karel ook was.
Hij was evengoed slachtoffer."

Duistere idealen 4


Jurgen bekende alles.
Veel keuze had hij niet.
Zeker niet nadat Sheila nogmaals dreigde met de straffen die hem te wachten stonden.
En met het feit dat hij nergens nog aan de bak zou geraken.
Jurgen drong 's nachts stiekem het kantoor binnen van zijn overste Karel Platteeuw onder wiens gezag hij door zijn vader geplaatst werd.
Hij vond er niet alleen bedrijfsgeheimen en nuttige info over op stapel zijnde projecten die hij aan concurrerende bedrijven verkocht voor grof geld.
Maar ook zeer bezwarende feiten over Karel Platteeuw zijn verleden.
Karel Platteeuw was in zijn jeugd een beruchte neonazi.
Leider van een groepering genaamd De Schildknapen van Vlaanderen.
Deze ondergrondse groepering infiltreerde tot in de de hoogste kringen van de nationale politiek.
Ze legden een lijst aan van zogezegde vijanden van Vlaanderen.
Met de nodige uitleg waarom zij vijanden van Vlaanderen waren.
Op die lijst stonden politici, journalisten, mediafiguren en zelfs zangers, schrijvers en acteurs.
Er werd van hen onder andere beweerd dat ze spioneerden en propaganda activiteiten uitvoerden in opdracht van de Sovjet-Unie.

"Laat me raden.
Je wil je baas chanteren met zijn onfrisse verleden.
Wat denk je daarmee te bereiken.
Die man geeft je een kans.
Misschien wel dik tegen zijn zin.
Maar het is een kans.
Dommekloot!
Je was verdomme niet eens geboren toen Karel Platteeuw zich met die activiteiten inliet.
Waarom doe je dat?"
Jurgen zuchtte.
"Omdat Karel Platteeuw een verrekte fascistische klootzak is.
Een afjakkeraar in wiens ogen ik niets goed kan doen.
Ik werk me te pletter van 's ochtends tot 's avonds.
Zelfs in de weekends.
Maar nog is het niet goed genoeg.
Elke dag zit hij mij te verwijten dat ik een verwend stuk onbenul ben.
Elke godverdomse dag."
"Is 't geen waar misschien?" Vroeg Sheila cynisch.
Ben je dan geen verwend stuk onbenul?
Die denkt slim te zijn met zaken te verduisteren.
Die niet weet dat easy money een illusie is waar alleen dommekloten in geloven.
Die niet snapt dat alleen in het woordenboek succes voor werken komt.
Weet je wat het probleem is met kereltjes zoals jij?
Jullie kunnen niet DOORBIJTEN!
Bijt toch eens door godverdomme.
Beetje motivatie.
Hij verwijt je dat je een verwend stuk onbenul bent.
Ewel.
Bewijs het tegendeel.
Door nog harder te werken.
Door initiatief te nemen.
Maar nee.
Beetje je frustraties te gaan uitwerken door diegene die je de laatste kans geeft een beetje te gaan saboteren en dwarsbomen."
"Dus ik moet mij elke dag laten uitschijten door die bullebak?" Vroeg Jurgen verontwaardigd.
"Weet je." Zei Sheila.
"Ik was ook geen brave.
Beetje rebels.
Ik vond dat mijn ouders ook een serieus stiksje konden zagen.
Ik haatte het dat mijn moeder me altijd achter de veren zat om die vreselijke rotklusjes te doen.
Dat mijn vader elke zondagavond mijn agenda opvroeg en me bij elke nota, zelfs de kleinste trakteerde op een enorme preek.
Ik ging er tegenin.
Door nog meer er mijn klak naar te gooien.
Door nog meer mijn voeten eraan te vegen.
Tot groot verdriet van mijn ouders die het beste met me voor hadden.
Want ze zagen toen al dat er in de boerenstiel geen toekomst meer zat.
En wilde dat ik ging studeren.
Ik had dokter kunnen worden.
Of advocate.
Of misschien zelfs CEO van een groot bedrijf.
Ja echt.
Want het was niet dat ik het niet kon.
Het was niet dat ik dom was.
Ik had gewoon geen goesting.
Meer was het niet.
Geen goesting.
Ik zat liever op het veld.
Of rondhangen met de maten.
Ik begon in het Algemeen Secundair Onderwijs.
Maar ik haalde met veel moeite een diploma van beroeps.
Toen ging ik solliciteren.
"Geen werk juffrouw.
We hebben al iemand.
Te weinig ervaring juffrouw.
U past niet in het profiel juffrouw."
Om de zoveel keer naar de VDAB.
Uiteindelijk toch aan een job geraakt.
In een fabriek.
Dozen inpakken.
Ik.
Die in het secundair nog een hele verhandeling maakte over de abortuskwestie.
Waarvan zelfs de directeur zei dit het begin zou kunnen worden van een heuse thesis voor de universiteit.
Na een jaar had ik het daar gezien.
Dan maar serveren in een tearoom op de dijk van Oostduinkerke.
Al dat gezeik van die klanten.
Al die klachten voor een prulleke van niks.
Die jengelende kinderen.
Vooral als het regende en ze niet naar het strand konden.
Uiteindelijk ben ik bij de para's terechtgekomen.
Daar brachten ze mij datgene bij dat ervoor zorgde dat ik sta waar ik nu sta.
Discipline Jurgen.
Leren doorbijten.
Leren jezelf in vraag stellen.
Je ego leren in toom houden.
Jezelf leren beheersen, hoe erbarmelijk de omstandigheden ook zijn."
Het was stil.
Jurgen begreep wat Sheila bedoelde.
"Je hebt gelijk.
Ik heb me als een etter gedragen.
Me aangesteld."
Sheila sloeg haar arm om Jurgen's schouder.
"Ik ben blij jongen, dat je het toch beseft.
Ik Sheila Verdoolaeghe ben de kwaadste nog niet.
Kijk.
Ik moet verslag uitbrengen bij Karel Platteeuw.
En hem uitleggen hoe de vork in de steel zit.
Het is beter.
Dat je nu naar je vader gaat.
En alles bekend.
Als je dat spontaan doet.
En spijt betuigt.
En nu al zoveel mogelijk terugbetaalt.
Dan behoud je misschien nog een beetje krediet.
Ga nu naar je vader Jurgen.
Morgen ga ik naar Karel Platteeuw.
Met het eindrapport.
En ik zal hem vragen om niet te hard voor je te zijn.
Meer zal ik voor jou niet kunnen doen.
Maar het is iets.
Het is een kans.
Snap je Jurgen.
EEN KANS!"

Jurgen keek Sheila aan.
"Sheila." Zei hij.
"Ik heb nog meer informatie.
Opgeslagen op USB-sticks
Maar niet hier.
In een kluis in het filiaal van ABN-Amro in Sluis.
Ik kan een volmacht geven zodat je er aan kan.
Maar doe me een lol.
En bekijk de informatie die op die sticks staan.
Ze bevatten informatie over de activiteiten van Karel Platteeuw.
Die nu nog steeds met neonazi praktijken bezig is.
En ze financiert via allerhande constructies met geld van zijn bedrijf.
Voor de buitenwereld lijkt hij een gerespecteerd zakenman.
Zelfs mijn pa weet niks van zijn praktijken.
Ik wel.
Ik hield zijn hoeve in de gaten, nam foto's.
Van wie er kwam en ging.
En volgde hem.
Naar allerhande vergaderingen.
Ik zag jou buitenkomen uit de Platteeuwhoeve.
Ik wilde weten wie je was?
Of jij ook niet iemand van die bende was?
Ze zijn iets van plan Sheila.
Ik wist mezelf geen raad.
Ik vond ze in zijn brandkast.
Die heb ik opengekregen.
En vond er een schat van informatie.
Veelal op USB-sticks.
Je moet ze bekijken Sheila.
Want wat er op staat.
Is echt wel heftig."

De volgende dag.

Sheila had net de USB-sticks uit de kluis gehaald, en de sleutel terug aan de bankier overhandigd.
Toen ze naar buiten ging zag ze een duister figuur rondhangen bij het bankgebouw.
"Verdomme." Dacht ze.
"Dat zien die twee obscure figuren die ik eergisteren in de hoofdkantoor van Platteeuw Constructs zag.
En ja... 't zien skinheads.
'k Ben curieus wat er op die USB-lezers stoat."
Ze liep de straat op.
De mannen namen geen nota van haar.
Eens in haar auto keek ze rond, om te zien of niemand haar volgde.
Dat deed ze ook toen ze het oude stadje uitreed.
Pas op de autosnelweg voelde ze zich veilig.
Eens thuis liep ze naar binnen.
Begroette Oscar haar oude dikke kater.
"Jaa 'k weet het.
't Vrouwke is niet thuisgekomen.
En geen eten meer.
Mo Gheit er ekeje deugt van.
Dikzak.
Allez ghow, 't is goed.
Kghoan e bliksje opendoen."
Ze opende een blikje kattenvoer, welks dikke Oscar met smaak opat.
Daarna startte ze haar laptop op, schudde haar laarzen uit en ging languit op de zetel zitten.
"Dat nachtje op hotel in Knokke deed deugt.
Maar nergens kan het beter zijn dan in mijn eigen stekje.
In mijnen eigen zetel.
Met uzzen Oscar die zo gezellig komt vleien.
He moatje..."
"Miauw." Mauwde hij klaaglijk met zijn krasse stem.
Intussen had Sheila haar computer opgestart en plaatste ze de USB-stick in de gleuf.
En nam een slok van haar hete thee.
Buiten regende het.
Dit was zo'n dag waarop ze eigenlijk liever gezellig binnen bleef.
Met de laptop op schoot.
Of een goed boek.
TV had ze niet.
Daar komt toch alleen maar onzin uit, vond ze.
Lezen dat deed ze zoveel liever.
Fictie, detectives, misdaadromans, avonturenverhalen.
Maar ook non-fictie.
Boeken over misdaad, over psychologie, over economie, over politiek.
Sheila was zo iemand die alles wilde weten.
Die als ze geïnteresseerd was in een onderwerp, daar dan ook alles over wilde weten.
Maar hoe graag ze nu ook thuis had willen zijn op deze dag.
Ze besefte dat de plicht riep.
Zeker na hetgeen ze zag op de USB's.
"Meinschelief." Dacht Sheila.
"Als dat ollemolle woar es... "

Sheila dacht diep na.
Ineens ging de telefoon.
Het was Karel Platteeuw.
Die meteen vroeg hoe het met het onderzoek gesteld is.
"De zoon van mijn vennoot bekende dat hij bedrijfsgeheimen stal en doorverkocht.
Hebt u soms iets met die spontane bekentenis te maken?" Vroeg hij.
"Ja." Zei Sheila.
"Jazeker, ik ben rond met mijn onderzoek en ben bezig met het eindrapport." Voegde ze er meteen aan toe, hem eigenlijk in de rede vallend toen hij vragen wilde of ze al klaar was met het onderzoek.
"OK, ik kom zo meteen naar u toe meneer Platteeuw."
Sheila dacht na.
Misschien maar eerst die zaak afronden.
En later beslissen wat ik met die informatie doe.
Hoewel er verdorie haast bij is.
Want ze zijn iets van plan.
Ineens had ze het.
Ze stopte haar laptop in de tas.
En de USB-sticks in het zakje opzij.
Ze liep naar beneden en stopte dit alles in haar auto.
En ze reed weg.
Een uur later reed ze het erf van de Platteeuwhoeve op.
Er stond een andere auto.
Een Volkswagen Touareg.
"De ouwe heeft bezoek." Dacht Sheila.
Ze belde aan.
Geen antwoord.
"Misschien langs achter gaan." Dacht ze.
Ze opende het poortje en liep weer langs de moestuin.
Dan het tweede poortje.
Ineens deinsde ze achteruit.
Hield even de adem in, en keek dan langs het muurtje naar de veranda.
Ze zag hoe Karel Platteeuw  op een stoel vastgebonden zat en hardhandig werd ongevraagd door twee mannen.
Eén van hen was één van de twee skinheads die ze tot tweemaal toe zag.
Die ochtend in Sluis en eerder in het hoofdkantoor van Platteeuw Construct.
De andere was de magere man met de bril die in datzelfde hoofdkantoor op de twee skinheads afstapte.
De skinhead sloeg Karel keihard met zijn vuist in het gezicht.
"Schoften." Dacht ze.
Ze ging plat op haar buik en sloop naar de veranda toe.
Haar opleiding bij de paracommando's kwam dan toch nog van pas.
Ze ging op haar hurken zitten en probeerde het gesprek op te vangen.
"Dus.
Jij dacht dat je ons zomaar kon laten vallen.
Dat je ons zomaar een mes in de rug kon steken?
Dat je ons zomaar kon verraden.
We hebben je spelletje door Karel Platteeuw zei de jonge man met het brilletje.
Heel doorzichtig, doen alsof de USB-sticks gestolen waren samen met de andere bedrijfsgeheimen door het zoontje van je vennoot.
Het kereltje dat je niet kon luchten wegens te verwend, maar die je zogezegd om je vennoot een plezier te doen een baantje gaf.
En die dan 'zogezegd' met je bedrijfsgegevens ervandoor ging.
Zo doorzichtig allemaal.
Zo doorzichtig.
Maar daar trappen wij niet in."
"Maar." Zei Karel.
"Jurgen Wydood is er met mijn bedrijfsgegevens vandoor gegaan.
Dat heb ik zelf kunnen constateren door de geluidsopnames te beluisteren die afkomstig zijn van de opnameapparatuur die zijn eigen vader in zijn appartement in Knokke liet installeren, en die ik vanmorgen beluisterde.
Hij bekende alles.
En straks komt Sheila met het bewijsmateriaal dat ik tegen die arrogante vlegel ga gebruiken."
De jongeman grijnsde.
"Wij hebben die geluidsopnames ook gehoord.
Onze mannetjes hier hebben vannacht een kopie gemaakt van de opnames van de laatste week.
En we weten meer dan genoeg.
We weten dat Sheila Verdoolaeghe door de loslippigheid van Jurgen Wydood op de hoogte is van het bestaan van onze USB-sticks waarop alle informatie staat van onze plannen.
Handig gespeeld.
Alleen was je vergeten dat wij ook met computers kunnen omgaan.
Niet slim van jou... VERRADER"!
"Godverdomme." Dacht Sheila.
"Die gasten zijn op de hoogte van mijn komst."
Net op dat moment voelde Sheila iets kouds op haar slaap.
"Geen beweging maske." Zei een man met zwaar Antwerps accent.
"Of ik knal aauve kop eraf."
Sheila kreeg het koud.
"Allez vooruit, stoa recht.
En een beke rap!"
Sheila deed wat de man haar opdroeg.
Het was de tweede van het stel skinheads.
Onder dwang ging ze met hem mee naar de veranda.
"John, Rutger... Kaakt nekier ier. W'emme bezoek."
"Wel, wel, wel." Zei de jongeman met de bril die blijkbaar Rutger heette.
"Dus u bent Sheila Verdoolaeghe."
Hij bekeer haar van top tot teen.
Met een blik vol minachting.
"Dus u kreeg de opdracht van onze goede vriend om het zoontje van zijn vennoot te bespioneren om zo zijn bedrijfsgegevens terug te krijgen."
"Nee." Zei Sheila beslist.
Ik kreeg uit te zoeken wie er achter die diefstal zou zitten.
Ik dacht dat het een lang proces van infiltratie en onderzoek zou worden.
Tot de dader, Jurgen Wydood dus.
Mij schaduwde.
Maar ik had hem door en gaf merk van auto en nummerplaat door aan Karel Platteeuw.
Die wist mij te vertellen dat het de auto was van zijn vennoot die regelmatig, bijna constant. Gebruikt wordt door zijn zoon."

"Mooi gespeeld Karel." Zei Rutger cynisch.
"Kom op dan. Waar zijn de USB-sticks."
"Hier." Zei Sheila.
"Hier zijn alle sticks waarop ik de bewijzen van Jurgens laptop heb opgeslagen.
Bewijzen over het ontvreemden en verkopen van de bedrijfsgeheimen van Platteeuw Construct."
Ze overhandigde ze aan Rutger.
Maar hij gooide ze minachtend op de grond.
"Hou je niet van de domme." Beet hij haar toe.
"Waar zijn de sticks die je vanmorgen bent gaan ophalen in het filiaal van de ABN-Amro bank in Sluis?
Of ontken je dat je daar geweest bent?
We hebben je daar anders wel gezien."
"Waarom volgden jullie me dan niet?"
"Omdat we al wisten waar je woonde.
En door het beluisteren van de opnames van het appartement in Knokke... dat je gestuurd bent door deze meneer hier." Zei Rutger die met een opvallend Hollands accent sprak.
"Nou komop moppie.
Waar zijn die USB-Sticks."
Sheila zuchtte.
Ze besefte dat ze geen kant meer uit kon.
"In mijn auto.
In de tas van mijn laptop die op de achterbank ligt.
Hier zijn de sleutels."
"Prima." Zei Rutger.
"Weet je.
Jij zou een goede nationaliste zijn.
Dat hadden we al door toen we naar de opnames luisterden.
Hoe je dat nihilistische stel jongelui aanpakte daar op dat appartement.
Waren onze leraars en opvoeders ook maar zoals jij.
Dan zaten we nu niet opgescheept met zo'n stel leeghoofdige, oppervlakkige narcisten."
Nou jongens.
Neem mevrouw alvast mee naar de auto.
Ik reken ondertussen af met deze smerige VOLKSVERRADER!"

Rutger trok zijn revolver en richtte op Karel Platteeuw.
"NEEEEEEEE!!!!" Schreeuwde hij.
Maar het mocht niet maken.
Er klonk een schot.
Bloed spatte op.
En Karel Platteeuw viel met stoel en al achterover, en bleef roerloos liggen.
Zijn opengesperde ogen staarden naar het plafond.
Het was voorbij.
Sheila werd weggebracht.
Misselijk van het brute schouwspel.

dinsdag 1 maart 2016

Duistere Idealen 3


Het was stil op de zeedijk van Knokke Zoute.
Er stond een strakke wind en witte wolken joegen boven de witgekalkte appartementsgebouwen schrijlings landinwaarts.
De wind kwam uit het noorden en dat was goed te voelen.
Het was zo'n schrale koude winterdag.
Zo'n dag waarop de wind door merg en been snijdt als je ook maar één voet buiten zet.
Voor de die hard fans was dit nu de ideale locatie voor een gezonde strandwandeling.
Maar het was weekdag.
Begin februari.
Voor velen werkdag.
Behalve voor Jurgen Wydood.
Die bevond zich op het appartement van zijn ouders op de zeedijk van Knokke Zoute.
Hij verbleef er eigenlijk meer dan zijn ouders.
Jurgen is het toonbeeld van de verwende fils-a-papa die overal zijn voeten aan veegt.
Aan hard werken heeft hij een broertje dood.
Hij hangt liever rond in de surfclub Surfers Paradise. Of in één van de vele hippe bars en discotheken van de badstad.
En hij had geen gat maar een krater in zijn hand.
Maakte schulden dat het niet meer schoon was.
Daarom hield hij op met studeren en ging hij in het bedrijf van zijn vader en zijn vennoot Karel Platteeuw werken.
Dik tegen de zin van Karel, die het niet zo heeft voor de verwende, praatzieke en oppervlakkige Jurgen Wydood.
Maar nu was hij op het appartement van zijn ouders in Knokke.
Dat wist Sheila zeker.
Want de BMW die hij in bruikleen had van zijn papa stond op de parking.
En ze had hem heel even aan het raam gezien van het appartement op de tweede verdieping.
Ze hield het appartement met haar verrekijker in de gaten.
Discreet weggedoken zoals het een goede detective betaamd.
Ze voelde hoe de gure wind door de spleet van de deur binnendrong.
Ze stond zijdelings geparkeerd en had zo een goede uitkijk op het appartementsgebouw waarvan de inkom in zijstraat stond.

Ineens reed er een kleine roadster de straat in.
En parkeerde op een vrije plaats tegenover de ingang.
Sheila herkende die roadster.
En prees zich gelukkig dat het hier eenrichtingsverker is.
Het was de auto van Graziella Cappolli.
Sheila zag hoe ze uitstapte en meteen naar de inkom wandelde.
"Dat is echt iets voor haar." Dacht Sheila.
"Aanpappen met een rijke fils-a-papa, veel cadeautjes van hem krijgen.
Snoepreisjes, weekend doorbrengen in het appartement in Knokke.
Gaan shoppen in de dure winkels hier vlakbij.
Het prinsesje uithangen.
Eigenlijk wordt het me allemaal duidelijk.
Jurgen Wydood, die al eerder drugs dealde en ander domme dingen deed voor geld, en voor zijn schulden af te betalen, wat papatje al niet meer wil doen. Gaat een beetje spioneren in het bedrijf dat zijn papaatje samen met Karel Platteeuw runt, en speelt die informatie door aan de concurrentie.
Voor veel geld.
Ah ja.
Want van werken wordt Jurgentje zooo moe hé.
Oh fuck. Wat hein 'k toch zo'n hekel aan verwende fils-a-papa's gelijk diene Jurgen of oppervlakkige modepuptjes (modepoppetjes) gelijk Graziella.
Ksoen ze ezo e draoi roend ulder oren verkopen."
Sheila nam opnieuw haar verrekijker en ging verder met het observeren van het appartement van Armand Wydood.
Ze zag Jurgen en Graziella in een innige omhelzing in de slaapkamer.
Jurgen kuste Graziella met veel gretigheid. Ze droeg dure lingerie.
Hij wilde haar bovenstukje uitdoen maar bedacht zich.
Hij liep naar het raam en trok de zonwering naar omlaag.
"Triestigaard." Zei ze.
"Steekt zijn eigen in de miserie, riskeert om 't vertrouwen van zijn eigen vader te verliezen als dat allemaal uitkomt.
En waarom?
Om ekeje van groend te kunnen goan met Graziellatje.
Straks komt heel den boel uit.
En wat dan?
En wat ga je dan doen Jurgentje?
Wie gaat er zo'n verwende parvenue zonder noemenswaardig diploma, en zo wereldvreemd gelijk de pest willen aannemen?
En dat 'ollemolle' omdat ie zijne steirt in Graziella eur pruume wil steken.

Een uur ging voorbij.
Ineens kwam Jurgen terug buiten.
Hij stapte in zijn BMW en scheurde weg.
Sheila wilde haar auto starten en hem achterna rijden.
Om te weten waar hij naartoe reed.
Maar ze bedacht zich.
"Graziellatje is alleen thuis.
Waarschijnlijk moet Jurgentje ergens naartoe."
Sheila stapte uit.
Liep naar de inkom.
Duwde op de bel met de naam Wydood.
Geen reactie.
Ze duwde nogmaals.
Meerdere malen.
"Voor wa ist?" Klonk het ineens via de intercom.
"Ik heb hier een pakje voor ene Jurgen Wydood, een bestelling.
Op dit adres."
Prrrt! Ging het.
Sheila opende de deur en liep langs de trappen naar de tweede verdieping.
Ze stapte door de gangen.
De deur van appartement 0204 ging op een kier.
Maar voor Graziella kon kijken wie er aankwam duwde Sheila hem helemaal open en greep Graziella vast.
Ze duwde het meisje ongenadig tegen de muur.
"Wiender moeten ekeje heel serieus klappen Graziella Cappolli!" Zei Sheila met een nijdige ondertoon in haar stem.
Ze trok het meisje bij da haren, sloot met haar voet de deur en nam haar mee naar de woonkamer.
Daar gooide ze Graziella in een eenzit zetel.
"Zet je neere!" Gebood Sheila.
"Hey trut! Wa wilt gij van mij? Vroeg Graziella.
En hoe weet gij dat ik hier zit?"
Sheila gaf het meisje een geduchte klap in het gezicht.
"Zet je rechte! Je rug tegen de leuning, je voeten tegen de zetel, en kijkt in mijn ogen!
Leert voor een keer in je leven een beetje RESPECT!"
Weer hief Sheila haar hand op.
Knoopt eerste ekeje je badjas deftig toe.
'k Ben nie ezo aan bloot vlees.
En zeker niet van dat mager derderangsvlees gelijk dat van joen!" Sneerde Sheila.
Sheila plaatste haar handen op de leuningen van de zetel waarin Graziella zat, en keek haar strak in de ogen.
"Bon meisje, ik ga joen een paar vragen stellen.
Als 't antwoord mij niet bevalt.
Meisje 'k zweer het je.
Mijn hand gaat uitschieten, en 't gaat zeer doen
Veel zeer.".
"Maar ich heb niks misdaan?" Zei Graziella huilend.
Weer kreeg ze een klap.
"STOPT MET BLEITEN!" Schreeuwde Sheila in haar oor.
"Graziellatje doe nooit niks.
Graziellatje is altijd onschuldig.
Heeft voor altijd alles een excuusje klaar.
Sourtout om eur verantwoordelijkheid te ontlopen.
Fouten toegeven gaat ze nooit doen.
Daar voelt ze zich veel te fier voor.
Maar eigenlijk moet Graziellatje het vooral hebben van eur schoon lichaamtje.
Nu ja.
't Es maar wat da je schoon noemt hé.
Veels te mager, niks van vorm.
Eet je ghie eigenlijk voldoende?
Op blaadjes salade en rijstwafels kan je toch niet overleven?
Onnozele trutte.
Kom nu terzake.
Waar is Jurgentje naartoe?
Voor wie heeft ie zijn romantische téte a téte met joen onderbroken?
Dat moet toch heel belangrijk zien hé.
Iets dat vele geld opbrengt.
Geld daje ghie sebiet weer gaat uitgeven aan die smakeloze kuilten (vodden, vormloze kleren) dat je altijd draagt.
En waarvoor ze veel te veel geld vragen.
Allez kom, zeg het maar een keer."
"Kweenie." Zei Graziella.
"Allez ja. Hij moest naar Brussel.
Dringende afspraak.
En hij was weg."

"We gaan het anders doen." Zei Sheila.
Ze nam de laptop die op tafel stond.
"Dat is de laptop van Jurgen zeker hé.
Jurgen is zo'n jongen waar alle meisjes voor vallen hé.
Dat weet je gij ook wel.
Ze weten dat ie vele geld heeft, dat ie van rijke komaf is.
En hij heeft zo'n Justin Bieber babyface die zo in trek is bij onnozele truttemiekes gelijk gij.
Stel je voor, dat hij met een ander meisje aan de zwier gaat.
Dan zit Graziellatje weer op droog zaad hé.
Allez kom. Typ het paswoord maar in.
Of kijk je niet naar zijn e-mails."
Weer hief Sheila haar hand op.
Graziella typte het paswoord van Jurgen zijn laptop in.
"Weet hij dat gij aan zijn computer zit?
Moest ik een partner hebben die ongevraagd op mijn PC zit.
Ik schopte die persoon in coma, dat je dat maar weet.
Ik ben zo geen lulletje rozewater gelijk Jurgentje wi."
Ze sleurde de laptop uit Graziella haar handen.
En begon die te doorzoeken.

Ondertussen schakelde ze de TV aan en zette Villa Politica op.
Trok haar schoenen uit en ging languit in de grote zetel liggen, met de zapper in de hand.
"Mag dat niet ergens anders opstaan?" Vroeg Graziella?
Sheila schudde het hoofd.
"Wat scheelt er prinsesje?
Te veel moeilijke woorden?
Of valt het je te zwaar om je te concentreren op een debat dat langer dan vijftien minuten over hetzelfde onderwerp gaat?"
"Dat is gewoon retesaai jong." Zei Graziella terwijl ze met haar haar speelde.
Sheila grijnsde in haar gezicht.
"Nee Graziella.
Als dit achter de rug is mag je zoveel naar je oppervlakkige soaps, reality serie's en talentenshows kijken zoveel je wil.
Maar ik ben niet voor die onzin.
Ik heb HERSENEN weet je wel?
En ik hou die graag in vorm.
Daarbij, dit soort debatten gaan over zaken die ons allemaal aangaan.
Maar ja, mamzeltje blijft liever ignorant hé.
Stom wuuf.
Daarbij... ik deel hier nu de lakens uit.
Pakt gij maar al uw GSM en belt Jurgentje eens op.
En zeg hem dat hij direct naar hier moet komen.
Niets meer en niets minder.
Gewoon zeggen dat hij dringend naar hier moet komen
Gaat dat lukken prinsesje?"
Graziella zuchtte, maar deed toch wat Sheila haar opdroeg.
"Hij gaat direct komen." Zei ze terwijl ze inhaakte.
"Prima." Zei Sheila.
Ga maar je kleren aan doen.
Je meugt je kloten scheuren."
"Pardon?" Vroeg Graziella.
Sheila grijnsde naar haar.
"Da 'k joen hier niemeer nodig hein trutje!
Ik heb een heleboel te bespreken met Jurgen.
En als het even kan... ONDER VIER OGEN!
Je hebt precies tien minuten de tijd om te maken dat je hier weg zijt.
Dus zet er maar een beetje spoed achter."

Graziella kleedde zich aan, kwam terug om haar handtas te halen.
"Bon, dan ga ik maar." Zei ze met een piepstemmetje."
"Salu en de kost en de wind langs achter." Antwoordde Sheila zonder om te kijken.
De deur sloeg dicht, en Sheila hoorde haar wegtrippelen op haar hoge hakjes.
"Eindelijk rust." Zei Sheila.
"Wat een achterlijk wuuf joengen, amai.
Bon, nu terug concentreren op de belangrijke zaken.
Wat dat er hier allemaal op staat.
En vooral op die USB-sticks die nevenst die laptop op tafel liggen.
Hoe komt die snotneus daaraan?
Dit is echt wel shocking stuff.
De uren gingen voorbij en ineens hoorde Sheila gestommel op de gang.
Haastig ging er een sleutel in het slot.
Sheila stond recht.
Jurgen kwam binnen, blond, slank, zonnebril op het voorhoofd, jas van Jack Wolfskin, broek en hemd van Lacoste.
"Wat is dat hier voor cinema.
En waar is Graziella."
Sheila nam een dominerende houding aan.
"Doe je jas en schoenen uit en zet u in de zetel.
Dan zal alles zo meteen duidelijk worden.
Enneeuh Graziellatje heb ik weggestuurd.
Dat kind loopt hier nu toch maar in de weg."
Jurgen deed zijn jas en schoenen uit terwijl hij Sheila wantrouwig bekeek.
En ging dan in de zetel zitten.
Sheila plaatste meteen de laptop op zijn schoot.
"Met wat zijt gij bezig kameraad?
Beetje vertrouwelijke informatie van je de vennoot van je vader ontvreemden en verkopen.
Weet je hoe moeilijk het is om aan een job te geraken als je voor zo iets een veroordeling oploopt.
En papaatje zal je niet veel zin meer hebben om je te helpen hoor, als hij verneemt dat je zo schromelijk zijn vertrouwen in jou hebt geschaad. zeker niet na die ene kans die je van hem gekregen hebt nadat je hem zo vaak hebt teleurgesteld met dat liederlijke leven van je.
Onvolwassen sukkeltje daje daar staat."
"Waar moei jij je mee?" Vroeg Jurgen verontwaardigd, terwijl Sheila de laptop op de salontafel zette.
Sheila stond recht en gaf hem een geduchte klap tegen het achterhoofd.
"Ik stel hier de vragen snotaap!" Zei ze met boze stem.

"Laat me even mezelf voorstellen.
Sheila Verdoolaeghe detective.
Mijn kersverse werkgever werd door de vennoot van jou papaatje ingehuurd om er achter te komen wie er gevoelige informatie doorspeelt aan de concurrentie.
Toen ik na het bespreken van deze zaak wegreed werd ik achtervolgd door een grijze BMW met nummerplaat 1-HDI-156."
Nu ging ze voor Jurgen staan.
"Ja die grijze Passat die je zag wegrijden van de hoeve van je vaders vennoot en die je dan achtervolgde.
Dat was ik.
Je dacht waarschijnlijk om door mij te achtervolgen nog meer te weten te komen over het doen en laten van je vaders vennoot.
Ben je van plan om hem een beetje te chanteren of wat?
Hé... "
Ze sloeg hem keihard in het gezicht.
"Hé????
ONNOZELOARE!
Een kleine navraag bij je vaders vennoot over van die die auto zou kunnen zijn was voldoende.
En ik zag een melkmuiltje achter het stuur dus het kon dus geen man van vooraan in de vijftig zijn die mij achtervolgde.
En hij vertelde me dat jij al eens graag rondreed met papaatjes auto.
Dus ik wist meteen wie ik moest viseren.
Ook kwam ik te weten dat jij voor het grootste deel hier verblijft.
Toen je wegreed en Graziellaatje hier liet achterblijven zag ik mijn kans schoon.
Met een list raakte ik hier binnen.
God wat deed het me deugd om dat verwend snotjoenk waar jij een crush op hebt eens in bedwang te kunnen houden.
Ik had al langer een eitje te pellen met die omhooggevallen feeks. Maar daar heb jij eigenlijk geen zaken mee.
En zie... Alles wat ik wilde weten, dat weet ik nu.
Jurgentje Wydood, verwend fils-a-papaatje van mijn kloten was diegene die informatie stal en doorverkocht om zo zijn luxeleventje te kunnen financieren nu hij niet meer beroep kon doen op de centjes van papaatje.
Die Graziella is een kostelijk grietje hé.
Zou je die niet beter dumpen?
Visjes genoeg in de zee hoor."
"Ge weet niet waarover ge praat." Zei Jurgen.
"Graziella en ik kennen elkaar nu al zes maanden, en we zien elkaar graag.
Ze is een schat van een meisje.
Beetje koppig en weerbarstig.
Maar we hebben veel gemeen."
"DOMMEKLOOT!!!!" Schreeuwde Sheila luid in zijn oor.
"Ge zijt een grote dommekloot Jurgen Wydood. Weet ge dat?
Binnen hier en een maand dumpt ze u en zoekt ze een snul die nog rijker en nog naïever is dan gij.
Zoals ze tevoren al meermaals deed.
Al die tijd en al dat geld dat je aan die griet besteedde. Daar had je zoveel nuttige dingen mee kunnen doen.
Je studie betalen bijvoorbeeld.
Goede boeken kopen.
En ze eens LEZEN!
Maar ja.
Dat is te moeilijk hé.
Om te fuiven, de onnozelaar uit te hangen en oppervlakkige trutjes te neuken heb je geen hersenen nodig hé.
Maar nu ter zake.
Hoe ben je aan al die informatie gekomen.
Ik kan me niet voorstellen dat die allemaal zo éénvoudig voor het grijpen lag."

Duistere idealen 2



11u30.
-
Sheila reed de snelweg op.
Achter haar reed een grijze BMW F10.
Die reed al achter haar toen ze het doodlopende landweggetje dat naar de  Platteeuwhoeve leidde uitreed en dan over een al even smal landweggetje naar de grote baan reed.
Op de snelweg reed ze eerst gewoon aan 120 km/u.
Maar in haar achteruitkijkspiegel had ze meteen door dat hij haar op discrete afstand bleef volgen.
Ze wierp in de zijspiegel een blik op de linkerrijstrook.
Er kwam geen verkeer aan.
Ze reed de linkerrijstrook op.
En gaf een flinke scheut gas.
Ze zag hoe de BMW meteen naar de linkerrijstrook ging.
Hij zat achter haar.
Maar nog steeds op een veilige afstand.
"Mor toen kenn'n ze Sheilatje nog nie wi." Dacht ze bij zichzelf.
Sheila dreef de snelheid op.
140, 150, 160 km/u.
De teller bleef hangen op 170.
De auto bleef achter haar.
Ze probeerde de nummerplaat te lezen.
Dat viel niet mee.
1-HDI-156. Of wat het een zeven?
Die I kon ook een J zijn natuurlijk.
Auto's en vrachtwagens schoven voorbij op de rijstroken langs haar.
Ze schakelde de handsfree functie in en toetste het nummer van Karel Platteeuw in.
Hij nam meteen op.
"Karel, Sheila hier. Werkt er iemand die rijdt met een grijze BMW F10 met nummerplaat 1-HDI-156?"
Het was stil aan de andere kant van de lijn.
"Armand... " Zei hij.
"Armand Wydood, mijn vennoot en zakenpartner.
En tevens mijn beste vriend al van in mijn studententijd."
Weer werd het stil.
"Dit had ik nooit van hem verwacht."
"Nee." Zei Sheila. "Het is een jonge kerel die aan het stuur zit."
"Dan is het zijn zoon, Jurgen.
Armand leent zijn auto wel vaker uit aan Jurgen.
Ach, Armand heeft meerdere auto's, daar niet van.
Maar nu moet ik ophangen, sorry."
Sheila schakelde de handsfree uit.
-
Een kleine Peugeot 108 ging op de linkerrijstrook gaan rijden.
"Komaan keirel, go were op je vak.
D'er zien ghin otto's niemeje wuk doeje ghie op dat linkervak ghie simpele kloot?
GHOAT IP JE VAK!!!!"
Sheila flikkerde een paar keer met haar lichten en begon te bumperkleven.
Dan ging de Peugeot op de middenrijstrook rijden.
Sheila wierp de bestuurder een nijdige blik toe.
"Eikel joengen"! Foeterde ze.
Dan gaf ze weer gas.
Ze naderde haar afrit.
Er reed een grote vrachtwagen op de rechterrijstrook.
Sheila had een plan.
Best gevaarlijk.
Maar dat deerde haar niet.
Ze remde af.
Ging voorsorteren op de midden rijstrook.
Om dan voor de vrachtwagen op de rechterrijstrook te gaan rijden.
Meteen begon de chauffeur met zijn lichten te flikkeren en te  claxonneren.
"Sorry." Zei Sheila tegen zichzelf.
Een stuk voor de afrit ging ze op de pechstrook rijden.
De Poolse vrachtwagen gaf gas bij, net wat ze nodig had.
Ze reed nu even snel als de vrachtwagen op het moment dat de pechstrook overging in de afrit.
De bijrijder van de Poolse vrachtwagen stak het hoofd uit zijn raam en stak zijn vuist omhoog.
"Glukia Suko!!!" Brulde hij. Wat zoveel betekend als stom wijf.
Sheila duwde op het knopje om het raam te openen en wierp een kushandje.
En zwaaide dan even.
"Sorry guys!" Riep ze.
"Have a safe trip."
Op het moment dat ze de afrit opreed zag ze de grijze BMW van achter de vrachtwagen uitkomen.
"Dien hein 'k schone liggen ghad." Zei ze tegen zichzelf.
-
Voldaan reed ze de stad in.
Ze hield halt op het marktplein, vond een parkeerplaats en plaatste er haar auto.
Toen ze uitstapte kwam een jonge vrouw op haar afgestormd.
"Hey fucking marginaal kutwijf, ik wilde hier parkeren?" Zei ze met een hoorbaar Limburgs accent.
"En dan?" Vroeg Sheila terwijl ze nonchalant haar schouders ophaalde.
"Gij rijdt voor mijn neus op die parking, het scheelde niet veel of ik zat tegen uwen auto jong.
Wat zijn dat voor manieren? Fucking mongolewijf!"
"Tja... Volgende keer misschien uw 'clingateurs' opzetten hé meisje." Reageerde Sheila droogjes.
"Dan zie ik tenminste waar je heen wil.
Of staan ze ook in optie bij dat vehikel van u? Zoals bij zoveel auto's tegenwoordig."
De jonge vrouw begon Sheila te duwen.
"Smerige teef!" Riep ze.
"Gij weet zeker niet tegen wie gij bezig zijt.
Ik doe wel Taekwondo hé.
Ik sla u zo de kliniek in als ik da wil.
Dus maak maar dat ge hier rap weg zijt vies takkewijf!"
Sheila lachte hartelijk.
"Ik weet dat wel dat gij Tae-Kwondo doet hoor.
Peins je da 'k joen nie ken misschien?
Graziella Cappolli: 'Grote mulle', 'stroenteverwend', en nog geen schop onder eur gat weird.
Heb je nu eindelijk al vast werk gevonden? Enfin, vast werk waar dat je langer dan een week mag blijven bedoel ik?
Of ga je blijven de mannen rond je vinger winden om ervan te profiteren?
Bij de VDAB lachen ze ook niet met jou gebrek aan medewerking.
En dat weet ik uit zeer goede bron.
En maak nu maar dat je weg bent trutje.
Want ik heb nu geen tijd voor kinderpraat."
Graziella ging over de rooie.
"KLOTEWIJF!!!" Schreeuwde ze.
"Ik maak u godverdomme kapot jong.
Ik sla u in de kliniek ja."
Ze schopte, sloeg, krabte en beet.
Maar Sheila gaf geen krimp.
Ook niet toen Graziella venijnig tegen haar benen schopte.
En een heel scheldwoordenvocabulair naar haar hoofd slingerde.
Dan greep Sheila haar bij haar schouder.
"Genoeg kindje. 't Es nu aan mien."
Sheila gaf Graziella een schop in haar buik.
Het meisje vloog letterlijk de lucht in.
En belandde op haar rug vlak voor de ingang van Brasserie 't Marktplein, waar Pieter Slembrouck op haar zat te wachten om samen te lunchen, en waar ze dan verslag zou uitbrengen over het gesprek met Karel Platteeuw.
Mensen stonden recht, sommigen gingen in het deurgat staan.
Ook enkele omstaanders hielden halt.
Graziella kuchte en vloekte. Ze wilde overeind krabbelen, maar Sheila plantte haar voet op haar buik.
"Niet te rap kindje." Zei Sheila.
"Eerst wil 'k e paar dingsjes duidelijk maken.
Gij doet Taekwondo?
Ik doen aan kickboksen. Twee keers kampioen van België geweest in de categorie -20 jaar.
Tien jaar bij de paracommando's gezeten, gewerkt als buitenwipper, en in mijn vrije tijd actief als trainer hier bij de plaatselijke jeugd.
Waar zijt gij met uwe Taekwondo... Kindje?
Gij moet nog veel, heel veel 'stutjes' eten tegen daje ghie ook maar iets ga kunnen beginnen.
Oh ja, waag het niet om nogmaals mijn beste vriendin VDAB consulente Cathy Weylandts te bedreigen. Want toen kom je der zo goedkoop niemeer van af.
En maak nu maar daje  van onder mijn ogen weg zijt onnozel crapulewuuf daje ziet.
Ik wil je domme 'mulle' NOOIT NIEMEER ZIEN!!!!"
Graziella krabbelde overeind en droop vernederd af.
-
Dan stapte Sheila naar binnen.
"Wat was dat allemaal?" Vroeg Pieter.
"Ach... Klein meningsverschilletje.
Mamzeltje doet moeilijk omdat ik rapper parkeerde dan zij.
Maar ja.
De eerlijkheid gebied me dat ik al langer een eitje te pellen had met mamzeltje Graziella Cappolli.
Een lui en strontverwend wicht dat te lomp is om te helpen donderen, maar die een verdomd grote bek heeft voor een werkloos rotjong dat er amper in slaagt om een job langer dan een week te houden.
En als je er dan over aanspreekt dan gaat ze dreigen.
Ze heeft afgelopen week nog mijn beste vriendin die consulente is bij de VDAB bedreigd.
En haar autobanden plat gestoken.
Meerdere dreigmails, ik heb ze allemaal in mijn bezit.
En net zij komt me fysiek bedreigen en zelfs aanvallen.
Ja...
Dan vraag je er om hé.
Ze is begonnen, er zijn getuigen genoeg me dunkt."
"Ah kom." Zei Pieter.
"Windt je niet zo op en drink een aperitiefje mee."
"Ik denk dat ik hiervoor bedank." Zei Sheila.
"Nooit tijdens het werk."
"Je bent nu niet aan het werk.
Zie dit als een informeel gesprekje.
In een gemoedelijke sfeer.
Daarbij, ik heb ook nog één en ander te doen hoor straks.
Maar de boog kan niet altijd gespannen staan.
Kom, ik betaal alles. Wat wil je hebben."
"Bon... Een gin-tonic dan." Zei ze.
"Zo hoor ik het graag." Glimlachte Pieter.
-
Tijdens het aperitief vertelde Sheila over haar ontmoeting met Karel Platteeuw, maar ook over de achtervolging daarnet op de snelweg.
"Die achtervolger heb je goed van je afgeschud Sheila. Mijn complimenten.
Heb je meneer Platteeuw al gecontacteerd hierover?"
"Tuurlijk wel, hij herkende den nummerplaat als zijnde die van de auto van zijn zakenpartner.
Maar het was een jonge kerel achter het stuur, en meneer Armand Wydood heeft een zoon... Jurgen.
Maar meer wilde hij niet kwijt, hij moest ophangen zei hij."
Pieter lachte.
"We gaan het kort maken." Zei hij.
"Jij handelt die zaak af.
Helemaal.
Ik weet zeker dat je dat kan.
Bij deze Sheila Verdoolaeghe.
Ben je aangenomen.
En is dit je eerste opdracht.
Als je klaar bent neem je gewoon contact met me op.
Maar laten we nu klinken op onze toekomstige samenwerking."
Sheila en Pieter klonken het glas.
Hij keek haar verrukt aan.
Zijn ogen straalde.
En Sheila, die vond dat eigenlijk wel best zo.

Duistere idealen.



Maandagmorgen 8:45

Pieter Slembrouck was pas gearriveerd op zijn kantoor en had zijn computer opgestart.
Hij nam de kan van de koffiezet en schonk zichzelf een mok dampende koffie in.
Daarna zette hij zich achter zijn bureau en bekeek zijn e-mails.
Hij nam een slok dampende koffie, zwart zonder suiker.
Hij zat languit achter zijn bureau, en luisterde naar het geroezemoes op straat dat lichtjes hoorbaar was van achter het gesloten venster.
Pieter Slembrouck, een man van 45 jaar, groot, slank en kort donker haar dat hier en daar al wat grijs werd.
Grijze levendige ogen, smalle ietwat gebogen neus en tanden die wat bruin waren van de vele koffie en nicotine.
Hij droeg een smetteloos grijs pak en eronder een wit hemd.
En gelakte zwarte schoenen.
Een herinnering van zijn agenda kwam tevoorschijn op zijn scherm.
"Sollicitatiegesprek 9:00", las hij.
Hij keek in zijn mailbox en vond het bewuste e-mail van de dame die hij afgelopen vrijdag opbelde met de vraag of ze maandagmorgen eens kon langskomen voor een gesprek.
Ze had zo zag hij goede competenties.
Hij klikte op het bestand, een curriculum vitae met foto.
"Geen misse dame." Dacht Pieter.
Hij begon te fantaseren.
Over hoe hij haar innig kuste op een hotelkamer, fles champagne in de ijsemmer.
Zij deed haar geruite hemd dat ze aan had op de foto uit en toonde haar prachtige lichaam.
Hij nam haar borsten vast en streelde ze zachtjes.
Die gedachten bezorgden Pieter een lichte erectie.
Maar die gedachte schudde hij even snel weer van zich af.
Pieter werkte jaren bij een gerenommeerd detectivebureau.
Maar besloot zowat enkele maanden geleden dat de tijd rijp was om op zichzelf te beginnen.
En dat liep al meteen heel goed.
Zo goed dat hij besloot om wat versterking in te roepen.
Ineens hoorde hij het gedokker van een zware motor.
Die leek halt te houden.
Hij stond recht.
Hij zag een Harley Davidson geparkeerd staan op de parking vlak voor de deur. Net achter zijn auto.
De bestuurder stapte af, het was een dame dat zag hij zo.
Ze deed haar helm af en hing die op het stuur en daarna liep ze naar de deur.
"Zou dit mijn sollicitante zijn?" Vroeg Pieter zich af.
De bel ging.
Er was geen twijfel meer mogelijk.
Hij nam de hoorn van de intercom af en zei zijn naam.
"Pieter Slembrouck, detective." Zei hij.
"Het is voor het sollicitatiegesprek." Hoorde hij.
Hij duwde op de knop.
Hij hoorde het scherpe 'prrrt' signaal en daarna het slot dat opensprong.
Een knappe dame, achterin de dertig kwam naar boven.
Lang blond haar, heldere blauwe ogen.
Groot en struis gebouwd.
Ze droeg een geruit hemd waarvan het bovenste knopje open stond. En daarover een bruine gilet.
Een blauwe jeans en zwarte cowboylaarzen.
Haar leren vest die over haar bovenkleding droeg hing ze aan de kapstok.

Ze stapte met stevige tred op Pieter af en gaf hem een stevige handdruk.
"Goeiendag, 't Es voor de sollicitatie." Zei ze met een zwaar West-Vlaams accent.
"Komt u binnen mevrouw en zet u.
U bent Sheila Verdoolaeghe?"
"Dat klopt." Zei Sheila.
Ze ging zitten en keek Pieter aan.
"Goed." Zei Pieter.
"Hebt u al ervaring in het vak?" Vroeg hij.
"Tzalwelzien." Zei Sheila.
"K werken al tien jaar bij detectivebureau Legein&T'jaeckx." Zei ze.
"Waarom wil je daar weg? Dat is toch een heel goed detectivebureau.
Yves Legein is trouwens een goede vriend van me.
We hebben nog samen dienst gedaan in het leger."
"En woarom zoen 'k daar nie weggaan?
Ik wil ervaring opdoen?
Mijn horizon verruimen.
Snap je?"
"Ik begrijp het zeker mevrouw Verdoolaeghe."
"Het is eigenlijk juffrouw, 'k ben vrijgezel.
't Werk voor alles hé meneer Slembrouck."
"Ok... Bon.
Goed.
U vermelde in uw sollicitatiemail het telefoonnummer van Yves Legein.
En die is zo ik van hem vernam heel enthousiast over uw werk."
Maar, ik vrees dat u wel eens wat aan uw accent zal mogen doen.
Discretie, ook in taalgebruik is een vereiste in de job dat hoort u toch te weten."
"Mijn excuses." Zei Sheila.
"Ik kom net van mijn ouders in Bulskamp.
Heb daar zowat een week doorgebracht.
Helpen op de boerderij en zo.
Normaal spreek ik bijna accentloos ABN.
Maar thuis is het dialect de voertaal en dan moet ik altijd weer die klik zetten.
Kwestie van acclimatiseren ziet u?"
-
Kijk Sheila.
Ik wil je even testen.
Ik heb een opdracht.
Een bedrijf dat te kampen heeft met bedrijfsspionage en dubieuze praktijken van het personeel.
Ik wil dat u er heen gaat voor een verkennend gesprek met de zaakvoerder.
Daarna komt u terug en vertelt u me van naaldje tot draadje wat het probleem is en vooral...
Hoe u denkt de problemen van dit bedrijf te kunnen oplossen?"
"Als 't maar dat is." Zei Sheila zelfverzekerd.
"Oh nog even dit? U gaat daar toch niet heen met die motor hoop ik?
U hebt toch nog ander vervoer dan dit?"
"Vaneigens... Ik bedoel zeer zeker meneer Slembrouck." Zei Sheila.
Ik kom eigenlijk rechtstreeks van Bulskamp naar hier.
Vanmorgen vroeg nog de koeien gemolken ziet u.
Vader is veertien dagen geleden van de ladder gevallen en moest rusten.
Daarom heb ik wat bijgesprongen.
Deze motor is mijn privé voertuig.
Heerlijk om met daarmee door de Westhoek te cruisen.
Maar voor het werk heb ik een degelijke en discrete Volkswagen Passat.
Ik ga voor ik naar dat bedrijf ga dan ook mijn Harley in de garage zetten en me omkleden.
U hoort nog voor de middag van me".
"Prima." Zei Pieter terwijl hij knikte.
"Tot straks." Zei Sheila terwijl ze haar leren vest terug aantrok.
"Tot straks." zei Pieter.
En weg was ze.
Pieter had er vertrouwen in.
In deze zelfzekere, en meer dan knappe West-Vlaamse boerendochter.
Sheila reed naar huis.
Nam een vlugge douche, en trok een wit hemd, grijze gilet en broek aan.
Alsook stevige degelijke schoenen.
Daarna sprong ze in haar auto en reed naar 'Platteeuw&Wydood constructing solutions'. Een gekende bouwonderneming gespecialiseerd in industriebouw en grootschalige bouwprojecten.
Sheila parkeerde haar auto op de parking en liep naar binnen.
De inkomhal was bekleed met marmer en straalde een zekere chique uit.
Mannen in maatpak liepen af en aan.
Alsook dames in grijze mantelpakjes.
Ingenieurs, managers, kaderleden, bedienden.
Allen moesten ze zich aan de strikte dresscode houden die hier in dit bedrijf gold.
Twee mannen stapten uit de lift en liepen Sheila voorbij.
Ze waren kaal, en zagen er behoorlijk grimmig uit.
Het leken wel skinheads, maar dan in maatpak.
Sheila keek in het rond.
Ze zag hoe een jonge ietwat magere man met bril en afgeborsteld kostuum op hen afkwam.
Hij leek voor Sheila op een rechts intellectueeltje dat ze ooit eens op een publiek debat de mantel uitveegde.
Alleen was dat al tien jaar geleden, dat ventje dat hier rondliep kon destijds amper ouder dan tien tot twaalf jaar geweest zijn.
"Kan ik iets voor u betekenen?" Vroeg de receptioniste ineens.
Sheila schrok op en draaide zich om.
"Jazeker." Zei ze.
"Ik zou meneer meneer Karel Platteeuw willen spreken."
"Die is er niet." Zei de receptioniste.
"Had u een afspraak."
"Ja. Ik vertegenwoordig meneer Pieter Slembrouck."
"Ah... Momentje."
Ze belde. Het duurde een tijdje.
Dan haakte ze in.
"Meneer Platteeuw wil u ontvangen op zijn privé adres.
Ik zal het even voor u opschrijven."
De receptioniste duwde Sheila een kaartje in de hand met daarop het adres.
"Het is wel niet makkelijk te vinden, meneer Platteeuw woont op het platteland."
"Ik ben een plattelandsdochter mevrouw. Dus dat zal voor mij zeker geen probleem zijn.

Drie kwartier later reed Sheila langs een rustig landweggetje.
Aan het einde van het weggetje lag een hoeve verscholen tussen de bomen.
Het asfalt ging over in kinderkopjes die liepen tot aan het woonhuis.
Naast het woonhuis was er een een bijgebouw die waarschijnlijk ooit dienst deed als varkenskot.
Wat verder waren er nog stallingen en een schuur.
De deur van de schuur stond half open.
Er stond pick up truck in.
Een Dodge Ram, Sheila herkende het model meteen.
Sheila parkeerde haar auto voor de deur, achter een kakigroene Land Rover. En stapte uit.
Het was stil.
Tot ineens ze een enorme knal hoorde.
Sheila opende het poortje dat de moestuin scheidde van het erf.
Er stond wat prei en wat groene kool.
De rest van de grond was omgespit en wachtte op nieuwe gewassen.
Eens voorbij het woonhuis ging de moestuin over in gazon met prachtige buxussen en een mooie treurwilg in het midden.
Achter de tuin waar de kippenren was stond Karel Platteeuw.
Hij had zijn jachtgeweer in de aanslag en duwde op een pedaal van een toestel dat voor hem stond.
Wat verder schoot een kleiduif de lucht in.
Karel richtte, schoot.
"Dedjieje! Weer der neffe."
"Je had hem bijna." Zei Sheila.
Karel draaide zich om, legde zijn geweer in het gras.
"Ha, dag mevrouw. U bent gestuurd door Pieter Slembrouck neem ik aan."
Karel draaide zich om en schudde Sheila de hand.
Hij had grote vlezige handen en haar op de rug van zijn vingers.
Karel Platteeuw voldeed niet aan de verwachtingen van hoe Sheila verwachtte hoe een zaakvoerder van een grote bouwfirma die zich specialiseerde in grootschalige bouwprojecten er uitzag.
En zoals hij er bijliep kon ze zich al helemaal niet voorstellen dat hij daar in dat grote gebouw bekleed met marmer en tropisch hardhout op haar af zou komen en zich voorstellen als zijnde de zaakvoerder.
Karel droeg een grijze stofjas een oude bruine floeren broek die onder de vlekken zat, een grijze pet die Sheila zou omschrijven als een 'petteklakke'.
En hij liep warempel op klompen.
Hij had een kogelrond gezicht, voorhoofdskaalheid en het weinige haar opzij dat hij nog had was bijna overal grijs, behalve zo achter zijn oren had zijn haar nog de originele zwarte kleur.
Het enige aan hem die verraadden dat hij een man van stand en aanzien was waren zijn dure brilmontuur en zijn Rolex horloge.
"Welkom op de 'Platteeuwhoeve'. Generaties lang in het bezit van mijn familie tot mijn vader ze wegens omstandigheden moest verkopen begin jaren vijftig.
Tien jaar geleden had ik de kans om ze terug te kopen.
Tot grote vreugde van mijn vader die dit heuglijke nieuws helaas op zijn sterfbed moest horen.
Maar soit. Het is nu eenmaal zo.
Zin om ook eens te schieten?" Vroeg Karel uitnodigend.
"Graag." Zei Sheila.
Ze nam het geweer.
Karel plaatste zijn voet boven de pedaal.
"Klaar."
"Ja, doe maar." Zei Sheila.
Hij duwde, de kleiduif schoot de lucht in.
Sheila richtte.
Ze was één en al concentratie.
En dan... PANG!!!
De kleiduif spatte in stukken uiteen.
-

"Amai... Goed schot." Prees Karel.
"Nog eens?" Vroeg Sheila.
Weer duwde Karel.
En weer spatte de kleiduif in stukjes uiteen.
"Nog?" Vroeg Karel.
"Sheila knikte."
En ja hoor.
Weer raak.
"U bent een natuurtalent mevrouw." Zei hij.
"Juffrouw." Verbeterde Sheila.
"Het is juffrouw, geen mevrouw."
Karel bekeek haar van top tot teen.
Ze voelde hoe hij haar bekeek met zijn kleine varkensoogjes.
Hoe hij haar letterlijk leek uit te kleden met zijn ogen.
"Zin in een kopje koffie?" Vroeg hij.
"Graag." Zei Sheila.
Ze gingen naar het woonhuis.
Karel opende de deur van de veranda die ingericht was als kantoor.
"Zet u." Zei hij.
"Ik ga direct een goei 'zjat'  koffie halen."
Sheila zette zich op de stoel voor het bureau.
Wat verder was er een laag tafeltje met diep zittende rieten stoeltjes.
Aan de muren van de veranda die was aangebracht aan het woongedeelte en de schuur die aan het woongedeelte grensde maar die een stukje uitliep in de tuin hingen geweren.
Ook in de woonkamer waarop Sheila een blik kon werpen hingen de muren vol met geweren van allerlei soorten.
Er stond ook een glazen kast met allerlei wapentuig in.
Aan de zijmuur van de veranda, omgeven door twee long rifles stond een grote ingelijste foto met daarop een twintig jaar jongere Karel Platteeuw die poseerde naast Charlton Heston, gekend vanwege zijn voorzitterschap van de NRA (National Rifle Association).
Het was voor Sheila duidelijk dat Karel Platteeuw rechtse sympathieën had.
Dan kwam Karel terug.
"Laat ons aan de tafel zitten, dat praat makkelijker." Stelde hij voor.
Sheila stond recht en nam plaats in één van de rieten stoeltjes.
Terwijl Karel twee koppen dampende koffie  op tafel zette.
"Schoon zicht hé.
Ja... U begrijpt vast wel dat ik nog het liefst van al werk van thuis uit.
Als de omstandigheden het toelaten natuurlijk.
Zicht op mijn tuin en mijn paarden.
En op Gust, mijn ezeltje.
Kijk daar is hij, achter het varkenskot".
Karel stak zijn hand op, en Gust leek met zijn kop te knikken.
"Toffe beesten zijn dat, Ezels.
Heel communicatief ook.
Veel meer dan sommige mensen."
Karel nam de fles cognac van het schap en nam terstond twee glazen mee.
"Ook een hartversterkertje bij de koffie?"
"Nee dank je." Zei Sheila zelfverzekerd.
"Nooit tijdens het werk.
Erna al wat je wil. Maar werk is werk."
"Zozo... " Zei Karel.
"Beetje een prinzipenreiter jij hé.
Jij je zin hoor, dan drink ik er gewoon twee.
Maar nu... terzake."
-
Karel stak van wal.
"Kijk, mijn bedrijf staat eenzaam aan de top in dit land wat betreft gespecialiseerde industriebouw.
We werken met de beste ingenieurs en de bekwaamste vaklui.
Naast ons eigen land lopen er ook meer en meer projecten in Nederland en Noord Frankrijk.
Maar.
We willen hogerop en vooral verderop.
We concentreren ons nu op Duitsland, waar de concurrentie veel harder is.
We moeten blijven innoveren en op dat vlak onze concurrenten voor zijn.
Nu blijkt dat onze grootste concurrent in Duitsland wel heel erg snel mee is met de technieken die wij ontwikkelen.
En u begrijpt.
Ik vind dat helemaal niet leuk."
"Hebt u enig idee wie het is?
Nieuw aangeworven personeel?"
"Ik heb al enige maanden niemand meer aangeworven.
We zouden eigenlijk moeten saneren, maar dat komt me ook slecht uit.
Daarom houden we het nu al meer dan een half jaar op een aanwervingsstop."
Sheila dacht na.
Nam notities.
"Bon... " Zei ze.
"We houden het op een infiltratie, we checken iedereen na ook bezoekers."
"Ik vermoed, maar kan niets met zekerheid zeggen.
Dat de 'mol' in mijn directe entourage zit.
Maar ik moet kunnen bewijzen.
Ik kan de mensen met wie ik dagdagelijks samenwerk toch niet zomaar gaan beschuldigen, ziet u?"
"Ik begrijp het.
Kijk ik ga nu overleggen met mijn overste en we nemen zeker vandaag nog contact met u op."
"Dat hoop ik dan maar ten zeerste." Zei Karel.
Sheila gaf de man een stevige handdruk en negeerde zijn geile blik in haar decolleté.
"Zal ik u even uitlaten, langs voren? Vroeg Karel.
"Nee dank u." Zei Sheila.
Ik neem dezelfde route wel terug"
Daarna opende ze de poort van de veranda, liep naar buiten en snoof de lichte vrieslucht en stapte naar haar auto.