Pagina's

zaterdag 31 december 2022

De laatste van dit jaar.


 



Dag lieve mensen.
2022 telt zijn laatste uren af. Nog even en we vallen elkaar in de armen en overladen elkaar met kussen en de beste wensen. De Australiërs zijn terwijl ik dit schrijf daar nu volop mee bezig. Na het verorberen van een stevige kangoeroesteak op de barbecue, doorgespoeld met wijn uit een plastic bag, of een koele Fosters.
En wat kan je je medemens beter wensen dan EEN GOEIE GEZONDHEID!
Als er iets is lieve mensen wat ik het afgelopen jaar wel heb geleerd. Dan is het dat een goede gezondheid echt wel één van de kostbaarste dingen is die een mens kan bezitten.
Tot twee keer toe ben ik om dringende redenen in het ziekenhuis opgenomen. De eerste keer was dat omdat hardnekkige aambeien hebben geleid tot zeer zware bloedarmoede. 
De tweede keer was dat een plots opgekomen en aanhoudende slopende hoofdpijn gewoon het gevolg waren van een zware hersenbloeding. Had mijn lieve schat Christiane niet zo adequaat gereageerd en de ambulance gebeld - anders gezegd - had ik een dag later naar het ziekenhuis gegaan.
IK ZOU HIER NU NIET MEER ZIJN!

Toen ik naderhand op controle ging bij de behandelende arts heeft hij met het tonen van scans uitgelegd wat er precies gebeurd is en heeft hij nogmaals herhaald dat het echt wel kantje boord was.
En ja, die woorden zijn echt wel blijven nazinderen. En spookten vooral tijdens de stille uren van de nacht als iedereen slaapt en ik nog naar het plafond lig te kijken extra door mijn hoofd.
Het leven is verdomme zo fragiel, zo breekbaar en vooral zo kostbaar.
Het idee dat ik mijn geliefde Christiane en mijn lieve hondjes voor goed zou achterlaten geeft mij een ruwe steek in het hart. Kleine Cecieleke heeft mij die dagen dat ik in het ziekenhuis lag al keihard gemist en liep zelfs wat verloren in huis. Het weerzien met die kleine schat was echt heel intens. En toen ze zich tegen mijn lichaam kwam nestelen kreeg ik een brok in mijn keel.
Ook de vele steunbetuigingen van mensen die vernamen wat er gebeurde, zelfs iemand zag hoe ik in de ambulance werd gedragen en dacht 'dit ziet er niet goed uit'. De opluchting nadat ik mij hierdoor heb gesparteld. Dat deed mij iets, echt waar.

Aan alle mensen die mij beterschap hebben gewenst, wens ik nog veel meer het allerbeste toe.
Alle voorspoed en geluk, en vooral een zeer goede gezondheid en gespaard te worden van tegenslagen.
Want zeker na wat er mij dit jaar overkwam ben ik nog veel meer geraakt als ik hoor dat mensen getroffen worden door zware gezondheidsproblemen of ziekenhuisopnames. Nooit heeft het besef dat zo'n dingen in een klein hoekje zitten zo diep gezeten. 
En nooit eerder is het voornemen om mijn gezondheid op de eerste plaats te zetten zo groot als nu.
Een bourgondisch leven met rijkelijke tafels en veel drank is gezellig. Maar het besef dat zo'n levensstijl ervoor kan zorgen dat je zeker drie gezonde levensjaren moet inleveren doet mij dan toch maar kiezen voor een iets soberder leven.
En nee, sober is geen synoniem voor saai.
Ook gezond eten kan lekker zijn, er is inspiratie genoeg te vinden op het internet voor lekkere en toch gezonde hapjes. En ook de chefs op Njam-TV hebben steeds meer aandacht voor het gezonde aspect van het koken. En dat kan ik alleen maar toejuichen.

Maar goed.
Sta me toe aan allen die mijn blog lezen, die mij volgen op Facebook en die mij ook in het echte leven kennen en mij een warm hart toedragen een zeer inspirerend, fascinerend, florerend, gelukkig, genotsvol, erotiserend, warmhartig en vooral GEZOND 2023 toe te wensen!

IK ZIE JULLIE ONGELOOFLIJK GRAAG!!






vrijdag 30 december 2022

Die ene kerstvakantie (slot)

 




Mijn verblijf in Bulskamp zat er op. Vader en moeder konden elk ogenblik aankomen.
Mijn koffers stonden in de gang en ik zat samen met het gezin Verdoolaeghe aan de ontbijttafel.
Moeder Greta had voor mij een extra portie spek met eieren gebakken en dit met het zelfgebakken brood dat Greta elke dag opnieuw maakte en zo heerlijk geurde toen ik mij aan het wassen was.
Jason at zijn spek met eieren met smaak op en vader en moeder maakten een praatje. “Ghie ghoat dat hier missen hé moat,” zei Vader Johnny terwijl hij naar mij knipoogde. “Lekker eten, olles rechte van ’t land. E regelmoatig leven, vrucht hein van je werk.”
“Ik zou wel nog eens een handje willen komen helpen in de zomer,” zei ik. “Lijkt me leuk om te doen voor ik mij in de echte arbeidsmarkt gooi. Of verder studeer. Daar ben ik eigenlijk nog niet uit.”
“Olsang welgekomen vent, mor je ghoat dat toene wel eerst met joen oeders moeten bespreken hé.”
Ik zag Sheila opkijken. Een glimlach op haar bedrukte gezicht.
Maar ze zei niets.
Haar hart zat vol verdriet, dat zag ik zo.
Sinds die vrijpartij zijn we dan ook enorm tot elkaar toe gegroeid. Ze nam me zelfs mee naar Veurne om daar oudejaarsavond te vieren in haar stamcafé met de grappige naam ‘Pietje Pek’.
Het laatste stuk naar huis fietsten we niet maar wandelden we hand in hand en met onze fiets in de andere hand. Sheila keek me aan, haar ogen straalden en ik zag kuiltjes in haar wangen. Ik besefte, dat meisje was niet zomaar gelukkig maar SUPERGELUKKIG!
Ineens liet ze haar fiets vallen en trok ze mij dichter, ook mijn fiets viel op de grond.
Ze kuste me. Vol passie, vol liefde en vol gemeende tederheid kuste ze mij en voelde ik haar tong met lange diepe halen over de mijne wrijven. “Ek zien joen zo geiren schatje!” fluisterde ze in mijn oor. “Ferm schatje van mien!”
“Sheila, ik zie u ook graag liefje,” zei ik.
“Dat weten kik schatje, ventje, keptje. Ek wilde daje me liefde echt voelt. Want ’t zit zo diepe schatje. ’t Zit zo enorm diepe.
’t Heit nog nooit zo diepe gezeten keptje,”
zei Sheila met een diepe snik in haar stem.
Ik besefte, Sheila is een meisje die als ze lief heeft, dat ze dat dan doet van uit het diepste van haar hart, haar ziel en haar lichaam. En ik besefte, dat ik dit maar beter kon respecteren en haar evenveel liefde en passie schenken als zij dat aan mij geeft.
“Wil je vrijen in de schuur lieverd?” vroeg ik.
“’k Zoe wil wiln schietje,” zei ze met hese doorleefde stem.
Mor ‘k hein ghin kapootjes niemeje.”
“Ik wel,” zei ik. “Hey, het is ook aan mij om verantwoordelijkheid te nemen of niet soms?”
“Oh Ruben!” zei Sheila terwijl ze mij opnieuw dichter trok en mij vol passie begon te kussen.”
Ik voelde haar bekken tegen mijn kruis, hoe ze mijn stijve zocht en er met haar intieme delen over schuren terwijl ze mij bleef kussen en ze met haar koude handen onder mijn vest en trui ging, dit terwijl het hard waaide en sneeuwde.

Johnny stond recht en porde zijn zoon. “Kom vent, ’t werk wacht en uzze nieuwe knecht kan d’er ook ieder moment stoan.” Ja er kwam een nieuwe knecht en hoewel de dokter aanraadde om toch tot half januari rust te nemen kon Johnny het niet laten om al opnieuw aan de slag te gaan. Greta was even naar de moestuin achter kolen en rapen voor de hutsepot. Lekkere hutsepot, vorige week maakte ze die ook klaar en die was zo lekker dat de pot al na één dag leeg was. “Ghie ku’t ghoed eten vent,” prees ze mij om mijn eetlust.
Ik stond recht en ging achter Sheila staan en begon zacht haar schouders te masseren.
“Jij hebt verdriet hé liefje.”
Dan stond ze recht en vloog ze me in de armen.
Ze begon te huilen, met diepe snikken: “Ek ghoan joen zo keihard missen schatje!” zei ze terwijl ze huilend haar hoofd tegen mijn borst legde.
“Ek zien jo zo verdomd geiren! En de zomer dat es toch nog zo lange.
Nee schatje,”
zei ze ineens. “Doet dat nie! Komt nie were van de zomer.”
“Waarom niet, ik wil je zo graag terug zien.”
“Ek ook… “ zei Sheila.
Ze keek me aan, haar tranen rolden over haar wangen en druppelden op de grond.
“Mor dat afscheid,” snikte ze.
“’t Es dat afscheid da ‘k nie an kunnen.
‘k Hein nu ol zovele heirtzeer schatje!”

Huilend drukte ze haar lippen tegen de mijne.
“Probeert mien te vergeten Ruben, ek ghoan dat ook doen.
’t Es ’t beste vor uus olle twee, geloof me.
Ghie ghoat joen leven leiden en met joen moaten optrekken. En d’er ghoan meisjes joen pad kruusen.
Loat dat nie schieten voe mien Ruben. Hoe geiren daje mien ook ziet.
En merci!
Merci voe je liefde, joen lichaam, joen seks.
Vor ol die schone momenten da je mien gaf.”

“Nee Sheila. Jij bent bedankt.
Omdat je van mijn ontmaagding… Zo’n mooi moment hebt gemaakt.”
“Es ’t woar schietje,” zei ze terwijl haar gemoed weer vol liep.
“Ghie ghoa mien noois vergeten hé.
En ek joen ook niet!”
zei ze terwijl ze mij een ALLERLAATSTE MAAL KUSTE!

Dan kwam moeder Greta binnen. “Ruben joen oeders zien doar!” riep ze. Ik nam mijn koffers, Sheila hielp me erbij. Vader had de koffer al opengezet en ik legde er alles zo snel mogelijk in.
Dan nam ik afscheid van Johnny, Greta, Jason en vooral… Van Sheila
Ik legde mijn handen op haar schouders en fluisterde zacht: “Hou je goed Sheila.”
Ze glimlachte zacht en raakte even mijn handen aan, dan stapte ik achter in de auto en zwaaide ik naar haar.
Ik ving een laatste glimp op van haar en dan drong het tot mij door…
IK ZIE DAT MEISJE NOOIT MEER TERUG!

Vijventwintig jaar later.
Ik zit achter mijn bureau te staren naar mijn computer. Ik neem een slok koffie en krab mezelf in de haren. Ik weet me geen raad met een hardnekkig probleem en erger me rot.
Ik bekijk voor de zoveelste keer de ingediende onkostennota’s van één van mijn vertegenwoordigers die ik de baan op stuur om nieuwe klanten te ronselen voor het bedrijf dat ik samen met Roel, mijn goede vriend die ik leerde kennen tijdens mijn studies in Leuven en mijn ‘partner in crime’ is geworden.
Roel is een schrandere kerel met een neus voor zaken en een kei in marketing, en netwerken kan hij als de beste. Ik neem vooral het boekhoudkundige en administratieve werk voor mijn rekening, en ook de personeelszaken. En dat lukt me prima, maar ditmaal even niet.
Dan komt Roel het bureau binnen en geeft me een stevige por. “Hey copain hoe gaat het met de papierwinkel?” vroeg hij.
“Ik raak er niet uit. Hier moet eens zien welke onkosten ik hier aangerekend krijg.”
“Van wie zijn die?” vroeg Roel.
“Patrick één van de nieuwe vertegenwoordigers die we onlangs hebben aangeworven.”
“Verdomme, die is serieus met ons voeten aan het rammelen,” zei Roel.
“Ja maar, hoe bewijs je zoiets. Ik zou harde bewijzen moeten hebben, dan kan ik hem van de eerste keer op staande voet ontslaan. Ik moet daar dus echt niet van weten hé. Niemand moet hier denken dat ze met Ruben Baelmans zijn kl… Kleurpotloden kunnen rammelen hé zeg.”
“Huur een detective in,” zei Roel.
“Wacht, ik heb hier nog een kaartje zitten die ik kreeg van één van onze pas verworven klanten. Ha hier heb ik het. Neem contact op met dit detectivebureau, het wordt gerund door twee ambitieuze dames die zeer professioneel te werk gaan.”
Ik bekeek het kaartje: SV Intelligent Investigations, las ik.
Ik besloot om meteen contact op te nemen met dit bureau. Roel had intussen in alle stilte de plaat gepoetst, logisch er is nog een hoop werk te doen.
Ik belde meteen het nummer dat op het kaartje stond, een vriendelijke dame nam op. “SV Intelligent Investigations, met Morgane,” klonk het uit de mond van een dame die met een hoorbare Franse R sprak.
Ik stelde me voor en legde meteen uit wat mijn probleem was.
“Kijk meneer, het is momenteel erg druk. Geef me je gegevens en ik zal een kort verslag opmaken met wat uw probleem is en dit doorgeven aan mijn vennoot, en zij zal zo spoedig mogelijk contact opnemen voor een afspraak.”
“Dat is zeer goed,” zei ik, waarna ik ophing en mijn mails en correspondentie doornam.
Sinds tien jaar runden Roel en ik een klein bedrijf gespecialiseerd in de invoer van Italiaanse koffiemachines voor de horeca. Koffiemachines van een klein maar zeer exclusief familiebedrijf die hoogwaardige kwaliteit afleveren, uiteraard tegen een hoogwaardige prijs.
Om zoveel mogelijk afzet te krijgen is het dus nodig dat we kunnen rekenen op goede vertegenwoordigers die hun vak kennen en niet alleen klanten kunnen ronselen, maar ook met hun klanten een goede relatie kunnen opbouwen.
Een relatie gebaseerd op vertrouwen, en die moet er zijn tussen de bedrijfsleiding – wij dus – en de vertegenwoordigers die bij ons in dienst zijn. En als die er niet is dan moeten wij dan maar radicale middelen inschakelen. Nee, ik had echt gehoopt dat dit nooit nodig zou zijn. Maar één van onze vertegenwoordigers zal op onze vraag door een detective geschaduwd worden. En wee zijn gebeente als blijkt dat hij sjoemelt met onkostennota’s.

Het liep tegen de middag en net terwijl ik wilde rechtstaan om een broodje te gaan eten ging de telefoon, ik nam af en hoorde een dame zich voorstellen als Sheila Verdoolaeghe van SV Intelligent Investigations. Ik stond als aan de grond genageld. “Nee!” dacht ik bij mezelf. “Dit kan niet!”
Ik hoorde tijdens het gesprek een goed hoorbare West-Vlaamse tongval en ze gebruikte hier en daar typische West-Vlaamse woorden. Maar het was vooral haar licht hese doorleefde stem die ik zo goed herkende. Ook al was het zoveel jaren geleden.
Of ik naar Taverne ’t Marktplein wilde komen om daar tijdens een lunch alles rustig te bespreken, vroeg ze? Ja dat zag ik wel zitten.
Ik twijfelde, zou zij het echt zijn.
Ik klopte aan de deur van mijn kameraad en vennoot en zei dat ik een afspraak heb met één van die twee vrouwelijke detectives. “Amai die laten er ook geen gras over groeien,” zei hij. “Probeer ze warm te maken voor een nauwere samenwerking,” voegde hij eraan toe.
“Dat zal ik zeker doen,” zei ik.
Ik ging op pad en parkeerde mijn wagen op het marktplein. Ik stapte uit en snoof de zacht winterlucht op. Het was veel te warm voor de tijd van het jaar en het begon voor de zoveelste keer te miezeren. Die keer dat Sheila en ik samen waren hadden we toch een heel andere winter.
Ik liep Taverne Het Marktplein binnen, ze zat amper volk en ik zette mij aan een tafeltje bij het raam en bestelde een cola. Terwijl zag ik een potige pick-up truck parkeren twee parkeerplaatsen van mijn auto. De deur ging open en een dame stapte uit.
Ze droeg een zakelijk grijs mantelpakje maar haar haren liet ze heerlijk wapperen in de wind. Ze stapte met kordate stap en was struis gebouwd. Ze liep fier met het hoofd rechtop de taverne binnen en keek rond. Ik wenkte naar haar en ze zette zich op de stoel tegenover mij. “Sheila Verdooleaghe om u te dienen,” zei ze. “U wil beroep doen op uus… Ons detectivebureau,” zei ze.
“Klopt,” zei ik terwijl ik in haar diepblauwe ogen keek. Alle herinneringen kwamen terug.
“Zou ze mij herkennen? Ik ben verre van de lange slungel met lang warrig haar van 25 jaar geleden.
Naast keihard studeren en hardop dromen en plannen maken voor een eigen zaak was ik keihard bezig met sport. Ik heb een bredere lichaamsbouw, mijn haar is een stuk korter en ik heb een getrimde baard. Ik kwam meteen ter zake en Sheila luisterde en nam nota’s. Terwijl aten we eerst een dagsoep, en daarna at ik zalm met penne en dillesaus. Sheila koos voor een entrecote en een pintje. Sheila had al meteen een plan klaar welks ze thuis zou uitwerken en eens dat klaar was zou ze meteen aan de slag gaan, en natuurlijk zou ze regelmatig contact opnemen om verslag uit te brengen van de stand van zaken.
Dan keek ze me aan. Ze keek me recht in de ogen.
“Hoe langer hoe meer da ‘k joen bekijk, hoe meer ik een raar gevoel krijg,” zei ze.
“Welk gevoel?” zei ik.
“Een heel zalig gevoel,” zei ze. “Zalige herinneringen aan één van de fijnste momenten in mijn leven.
Wat is je naam ook alweer?” vroeg ze.
“Ruben Baelmans,” zei ik.
Ze nam mijn handen en wreef er zacht over met haar duimen.
“Ruben,” zei ze.
Ze beet op haar lip en ik zag dat ze een krop in de keel had.
“Rubentje,” herhaalde ze maar ditmaal met een hoorbare snik in haar stem.
“Achter ol die joaren.
Achter ol die ghodvedomsche joaren.
Lot uus bieklappen moatje!
Vanavond in de Dinky Toys, Dat es me stamcafétje. Je ghoa je doar ook geneiren, geloof me.”
Ik stemde toe, geen idee hoe de avond zou uitdraaien.
Maar de kaarten liggen nu wel anders. Ik ben gehuwd en heb twee schatten van kinderen. Of zij iemand heeft in haar leven? Dat weet ik niet.

Die avond liep ik het gekende café op het stationsplein binnen. Het café waar ik als jonge gast zo vaak vertoefde. De eerste stop van Roel en ik als we vanuit Gent met de trein terugkwamen na een week studeren. Om dan veel te lang te blijven hangen met onze vele kameraden.
Ik ben er jaren niet meer geweest, en toch herkende Willem mij nog en zette hij een pint voor mijn neus. Verderop aan de toog zat Sheila. Gekleed in een ruitjeshemd en jeansbroek.
Ze zag me en riep me terwijl ze een barkruk achteruit zette.
“Ben zo content van joen were te zien moatje,” zei ze.
We raakten aan de praat en ik vertelde over mijn zaak, over Roel die helaas niet komen kon omdat hij na een drukke werkdag kiest voor zijn gezin en zijn nog jonge kindjes.
Ook vertelde ik over mijn huwelijk en mijn zoontje Brecht. En over mijn  bedrijf natuurlijk dat ik met mijn spaarcenten heb opgestart, ook al verklaarde mijn vrouw mij voor gek. “Ge hebt alles wat ge als man en huisvader kunt dromen, vaste job, stabiliteit, zekerheid. En ge gaat dat opofferen. Zot!”
Maar ik vind dat je in het leven moet durven. En Roel dacht er net zo over.
Gelukkig liep ons bedrijf al snel op rolletjes.
Sheila keek me aan. “Ghie ziet ghoed terechtgekomn,” zei ze.
“En van ’t ghoeie hout gesneden. Ondernemer zijn dat zit in je bloed.”
De avond vorderde en ik maakte ook kennis met Sheila’s vriend. Het was verdorie Lou van het jeugdhuis, en tevens zanger van één van de eerste groepkes die ik live aan het werk zag. Grace&Beauty 
Wat was dat een verrassing zeg
Ik zag hoe Sheila en Lou naar elkaar keken, ik zag de liefde die uit hun ogen straalde en ik voelde het warm worden.
Lou trakteerde mij op een frisse schuimende pint en we babbelden honderduit. Sheila vertelde zonder enige géne over die heerlijk pretentieloos herinneringen aan DIE ENE KERSTVAKANTIE!


donderdag 29 december 2022

Die ene kerstvakantie 4

 


 

Het was de dag voor kerstmis.
Er werd van mij verwacht dat ik mijn werk in de stallen zou opnemen, wat ik meteen en met volle inzet deed. Sheila zou de hele dag haar moeder helpen in de keuken en Jason deed zijn deel van het werk. Dan kwam hij bij me en riep me.
“Ey Ruben, ghoe bezig hé vent.
Op e weke tied eje ghie wel vorderingn gemakt wi.”

“Ik doe wat van mij wordt verwacht. En eerlijk gezegd, na wat er allemaal gebeurd is lijkt me dat gewoon het beste wat ik kan doen. Tonen dat mensen op mij kunnen rekenen, dat ik meer kan dan alleen maar aan mezelf denken en alleen met mijn eigen bezig zijn.”
“Ruben, sorry.” Zei Jason.
“Sorry da ‘k joen zo hard hein aangepakt. Da ‘k ghin vertrouwen gaven an joen.”
“Zand erover,” zei ik.
“Ik had dat eigenlijk nodig, die botsing met de realiteit. Het besef dat niet iedereen zit te wachten op mijn domme ideeën, op iemand die veel praatjes heeft en weinig presteert.”
“Nee, keirel echt. Ek haddn da nie meugen doen. Joen zo hard aanpakken.
‘k Zitten er echt mee Ruben.”

“Omdat uw zus u hard heeft aangepakt.
“Nie alleine Sheila, ook voader en moeder,” zei Jason.
Ik wist niet wat zeggen maar reikte Jason de hand. Hij drukte mijn hand en trok me dichter en gaf me een kameraadschappelijke knuffel. “Lot us thope de stallen kuuschen,” zei hij
We werkten stevig door en waren nog net voor de middag klaar met alles. Daarna moesten we sneeuwruimen, het hele erf want er kwam veel volk over de vloer. Vroeger dan anders kregen de stallen hun tweede beurt, ze moesten er echt kraaknet bij liggen nu.
Maar eens dat klaar was en we hadden ons gewassen en omgekleed werden we in de watten gelegd.
We kregen een glaasje schuimwijn en er stonden hapjes en koekjes op tafel en ik maakte kennis met de familie die over de vloer kwam en ik werd er voorgesteld of ik een nieuw lid van de familie was. Mensen stelden vragen en lieten me voelen dat ik ook voor hen welkom was.
Er waren de jongere neefjes en nichtjes die heel beleefd en toch heel schalks waren. Dan ging iedereen aan tafel, ik zat naast Sheila die stiekem haar hand op mijn dij legde terwijl ze mij recht in de ogen keek met een hartverwarmende glimlach erbij. Er was het voorgerecht, een terrine van huisgemaakte paté, en daarna gebraad van één van de varkens die hier op de hoeve werden groot gekweekt. Het vlees was super mals en smaakte heerlijk. Er werd ook wijn geschonken en ik kreeg ook een glas. De sfeer was warm, gezellig en hartelijk.

Dan werd ik door Moeder Greta verzocht om mee te komen. “D’er es etwien an de telefong voe joen,” zei ze.
Ik nam de telefoon af en hoorde de stem van mijn moeder.
“Dag jongen zei ze. Alles goed met je.”
“Ja,” zei ik. Ik ben  het werk hier al goed gewoon en ik ben al goed opgenomen in de familie. Mag zelfs mee aanschuiven aan de feesttafel.”
“Zie je wel dat je kan jongen. Ik hoor aan je stem dat je je daar thuis voelt. Dat je je goed hebt aangepast. En dat is wat we wilden jongen.”
“Waar is vader.”
“Ik ben hier jongen, en ik ben fier op je. Ik heb gehoord dat je je daar stevig uit de naad werkt en dat zonder klagen of zonder conflicten.
We hebben iets opgestuurd voor je, het zou vanmorgen met de post aangekomen zijn.”
“Wat?” vroeg ik.
“Hahaa, verrassing jongeman,” zei vader.
Dan kwam moeder Greta met een groot pakket waar ze zelf cadeaupapier rond deed.
“Dadde kwam vanuchten binn’n met de post, op joen name,” zei ze.
Ik nam het pak in ontvangst en opende het met een bonzend hart. Intussen kregen ook Jason en Sheila hun pakjes en wisselden ook de andere familieleden elkaars pakjes uit.
Ik wist niet wat ik zag. Een heuse discman en een pakket met CD’s van mijn favoriete groepen. Alsook een schetsblok en een set pennen en potloden.
En een brief waarin vader enkele zeer persoonlijke woorden aan mij richtte. Ik was echt tot tranen beroerd toen ik de woorden van oprechte bezorgdheid las.

“Ruben.
Ik weet, je bent een dromer met een creatieve geest en je droomt ervan om ooit schrijver, tekenaar of componist/tekstschrijver te worden.
Maar het artistieke leven is een leven van onzekerheid. Velen zijn ervoor geroepen, maar weinigen zijn uitverkoren om te slagen. Dus dit was echt niet de weg die we je wilden zien inslaan.
Bovendien. Ook de artistieke wereld is een wereld van bikkelharde concurrentie. Je komt er alleen als je bereid bent om heel hard te werken en door te zetten. En dat was wat je moeder en ik zoveel zorgen maakte.
Je gebrek aan doorzettingsvermogen.
Je gaf veel te snel op en veel te snel gaf je aan alles de brui.
Je lummelde maar wat aan van hier naar ginder en naar mijn idee had je veel te weinig ambitie.
En waarin je ons het meest in teleurstelde. Je kon je fouten niet toegeven. Je ging liever lopen van je problemen dan ze onder ogen te zien. Je ontweek de gevolgen van je laffe gedrag, en dat kon ik als vader niet zomaar laten passeren. Niemand houdt van lafaards Ruben. Als je niet kan toegeven dat je het niet aankan of dat je een fout hebt gemaakt zal je nooit in staat zijn om iemands vertrouwen te winnen.
De belangrijkste dingen die je hebt in het leven zijn ambitie, doorzettingsvermogen, arbeidsethos en het vermogen om je fouten en zwakheden toe te geven en de bereidheid om eraan te werken.
Zonder die dingen sta je gewoon nergens in het leven. Wat je moeder en nog het meest van al ikzelf wilden was jou eens goed wakker schudden en met je beide voeten op de grond zetten.
We willen dat je beseft dat er een hele wereld van verschil is tussen de echte wereld en deze van uw tienerdromen. De echte wereld is inderdaad saai. Dat is werken en zorgen dat je werk in orde is, naar huis gaan en ook daar zien dat alles op orde en opgeruimd is en op tijd in uw bed kruipen om de volgende dag weer hetzelfde te doen. Dat is zuinig zijn met je geld en beseffen dat je niet altijd kan krijgen wat je wil.
Ruben.
Je bent een verstandige jongen en je leert snel. En ik hoop dat je verblijf bij de familie Verdoolaeghe u de ogen heeft geopend. En dat je een voorbeeld neemt aan de zoon en dochter die uw leeftijd hebben. Dat je een voorbeeld neemt aan hun ijver en vlijt. Ook zij houden van dezelfde leuke dingen waar jij van houdt, maar ze hebben van jongs af aan geleerd dat het werk nu eenmaal voorgaat.
Dat is het besef dat we je wilden bijbrengen.
Ik hoop dat dit tot je is doorgedrongen.
Liefs, je vader en moeder.”

Ik zat in de keuken met de brief in mijn handen. In de woonkamer klonken de stemmen alsmaar luider, logisch de fles cognac ging rond. Sheila kwam de keuken in en ging bij me zitten.
“Schone cadeau vent,” zei ze.
Ze zag dat ik ontroerd was en bekeek de brief die ik in mijn handen had.
“Van joen oeders,” zei ze.
Ik knikte, maar stopte hem toch weg.
“Dat es persoonlijk vent, dat moeje echt niet tooghen als je dat wilt.
Moar ’t es ghoed dat de plooien were gladgestreken zien tusschen joen en joen ma en pa.”

“Ja dat is zo. En ik voel me nu echt veel beter in mijn vel.
En dat is ook dankzij u Sheila. Merci ze.”
“Ruben,” zei Sheila. “’k Hein ook e cadeau voe joen.”
“Oh ja,” zei ik.
“E heel persoonlijk cadeau. Mor je moet me beloovn dat bluuft tusschen uus. OK?”
“Tuurlijk wel Sheila.”
“Allez komt efkes mee,” zei ze.
We liepen naar buiten en meteen naar de schuur. Ze klom op een houten ladder naar een verhoog waar stro werd gestockeerd. Daarna klauterde ze langs de strobalen naar boven waar een verborgen ruimte was en waar een deken was en zelfs een kussen.
“Wat is dat hier allemaal?” vroeg ik.
Sheila knoopte haar geruite hemd los en trok dit uit. Daarna liet ze haar jeansbroek zakken. Ik kreeg meteen een stijve. “Wat zijde gij van plan?” vroeg ik.
Ze ging schrijlings op mij zitten, met haar bekken over mijn kruis. Ze knoopte mijn hemd los en keek me recht in de ogen. Dan begon ze me te kussen. Terwijl ze mijn hemd helemaal open knoopte en over mijn schouders plooide. Ik begreep dat mijn hemd uit moest. Alsook mijn onderhemd. Ze streelde mijn buik en maakte mijn broeksriem los. Ze zoende me in mijn hals en trok in een ruk mijn broek naar beneden samen met mijn slip.
Ze reed letterlijk over mijn harde penis en schoof zelfs haar slip opzij.
“Wat e ferm pak eje ghie zitten schatje,” zei ze. “’k Hadden ol ferm vele ghoeste achter joen, mor nu nog vele meer wi.”
Ze stroopte mijn eikel en liet hem over haar schaamlippen glijden. Dan zakte ze haar lichaam opnieuw en kuste mij opnieuw. Met een tedere passie die mij alles deed vergeten.
Ik maakte haar BH los en schoof de bandjes over haar schouders naar beneden, ze schudde haar BH van zich af en nam mijn handen.
“Streelt me borsten schatje,” zei ze terwijl ze zich rechtte en weer met haar bekken over mijn penis schurkte. “Schoon borsten,” zei ik.
Dan ging ze van mij af en trok ze haar slip uit. Ze nam een condoom uit haar jeansbroek en haalde die uit de verpakking. Ze trok hem over mijn penis en ging weer schrijlings op mij zitten. Ditmaal duwde ze mijn penis zo diep ze maar kon in haar vagina.
“Hmmmm zalige pik,” zei ze kreunend terwijl ze alsmaar heftiger op mij begon te rijden. Ze streelde mijn borstkas en masseerde mijn schouders.
Weer pakte ze mijn handen en legde deze op haar borsten. Haar prachtige ronde borsten.
Jeezes wat was die Sheila een machtige meid. Een machtige meid met een meer dan machtig lichaam. Maar nog het meest van al een brok pure passie. Ze liet haar lichaam opnieuw zakken en begon mij opnieuw te kussen terwijl ze fluisterde dat ik mijn knieën moest optrekken. Ik begreep al snel waarom want voor ik het goed besefte was ik het die mijn penis diep in haar heerlijke grotje begon te stoten terwijl ze mij bleef kussen. “Zalige joengen,” fluisterde ze in mijn oor. “Toppezot zien’k van joen. Echt woar. Megatoppezot zien’k van joen. Oooh Rubentje, zalig ventje.
Ooooooh,”
kreunde ze steeds weer in mijn oor, of ik moest horen hoe heet ze wel wal. Hoe heet ik haar maakte. Terwijl ik gewoon deed wat ze vroeg. Zij, een meid die barstte van de goesting.
Ik hoorde haar steeds luider kreunen, haar stem klonk hees en doorleeft. Ik voelde de zweetdruppels die parelden over haar voorhoofd en op haar rug. “Ek ghoan kloarkomn,” fluisterde ze. “Oooh lekkere joengen, ek ghoan hier zo keihard kloarkomn hmmmmm!”
Daarna rechtte ze zich en kreunde ze ongegeneerd terwijl ze haar hoofd achterover sloeg.
Terzelfdertijd kwam ik klaar. Het condoom dat rond mijn penis spande vulde zich met mijn zaad.
Voor het eerst kwam ik klaar in de vagina van een meisje.
Wat was dat een zalig gevoel.
Maar even zalig was de tedere kus die erop volgde en die zeker een kwartier duurde.

“Rubentje,” fluisterde ze in mijn oor.
Ze keek me aan met haar prachtige blauwe ogen.
“’k Zien toppezot van joen?”
“Ben je verliefd?” vroeg ik.
“Verliefd es e groot woord.
Mor ‘k hein zukke keiharde crush op joen vent.
Met joen babbeln es e verademing.
Bie joen zien eigenlijk ook.
En ’k hein ol zo lange megavele ghoesting achter seks.
Keure genoeg wi. Mor de crush moet er zien.
Ey, ek ghoan nie in ’t nest met den eerste den besten badsluffer wi.
Bie mien moet e vent e vent zien. En ghie e bewezen daje een echte vent ziet.
Want je herpakt joen op ’t moment dat dat moet.
En je kan werken.
‘k Kregen ghoeste a ‘k joen bezig zagen in de stal. Mor ook als je je stoeg te wasschen an de lavabo met de deure half open. Ghie zag mie nie, ek joen wel hmmmm.
En ik zagen daje ghie e lekker lichaam heit Rubentje
.”
Bij die woorden begon ze mij overal te kussen en te strelen. Ze nam mijn penis en stopte die in haar mond en speelde ermee tot hij helemaal stijf was. Dan deed ze er opnieuw een condoom over.
“Ek wiln daje op mien kruupt Ruben.
En daje me poept met ol je kracht en ol je ghoeste.”
Ze duwde me weg en ging op haar rug liggen met haar hoofd op het kussen.
“Komt op mien liggen Ruben, en poept mien.
Ghodverdomme, ‘k hein zukke ghoeste nu schatje,”
zei ze terwijl ze met haar intieme delen speelde.
Ik kroop op haar en duwde hem erin. Ze hielp me daarbij een handje. Daarna begon ik te stoten. Sheila trok meteen haar benen omhoog zo kon ik nog dieper binnendringen in haar heerlijke liefdesgrotje. Ik zette mijn handen op het deken waaronder ik de houden vloer voelde en ging als een bezetene te keer. “Jaaa ventje dat es ‘t,” hoorde ik haar zeggen terwijl ze haar nagels in mijn rug plantte. “Oooooh meinschenlief, mor es dat toch zalig, zo zaaaaalig!” kreunde ze alsmaar heftiger.
Ik begreep wat ze wilde. Eens stevig genomen worden. En ik gaf haar waar ze zo heftig en luid om smeekte. “Oooh Ruben, ghie verstoan mien. Ghie verstoa mien tenminste schatje!”
Zo ging het zeker een heel kwartier door. Ik zag het genot en de goesting in haar ogen, haar half open lippen waaruit diep gekreun voortkwam, haar hoofd dat naar links en dan weer naar rechts draaide, haar lichaam dat alsmaar heftiger schokte, haar tepels die zo heerlijk stijf stonden van de pure en diepe goesting.

Na een heftige vrijpartij lagen we uitgeteld in elkaars armen.
Sheila kuste mij en woelde door mijn haren.
“Ek ghoan joen missen aje were weg ziet,” zei ze met een diepe snik in haar stem.
“Echt woar, joen ghoan ‘k echt keihard missen.”
“En ‘k hopen da je meugt ekeje kom helpen van de zomer. Da we were thope zien.”

“Geef toe, ik ben meer dan een crush voor u.”
Sheila zuchtte diep.
“Ruben, schatje.
Dat moment dat we nu hadden.
Dat was het soort seks woar da ‘k in me kamer olsang zo stiekem van fantaseerde.
Mienen eerste keer was met Gauthier, en ja dat was spannend.
Mien maagdelijkheid gepakt terwijl da ‘k voorovergebogen lagen op ’t voorwiel van de tracteur.
Voe den eerste keer e piet tusschen me benen.
Mor ’t was van korte duur, en ‘k verlangde na meer.
Op fuiven en in de jeugdcafés gasten leren kennen, seks op ’t WC, in ’t gras, of achter e muurtje. En achteraf dat gevoel van schaamte of teleurstelling a zo e gast joen niemeje ziet stoan.
Toene d’er e helen tied genoeg van g’had.
En toene kwam je ghie. Het idee dat er e joenk gastje sliep in de kamer neffest de mien.
‘k Hadden ol langer ghoeste om stiekem in joen kamer binnen te dringen vor e ghoe poeptje. Mor Jason en Pa en Ma slapen hier ook nog, en stel je voorn dat ze uus zoen horen.
Nee, toene liever hier. Op me pleksje woar da ‘k mien olsang wegduukn a ‘k echt genoeg hein van olles. Van olle zever roend miene kop. Me overpeins pleksje.
Ziet eerlijk, was ’t joen eerste keer?”

Ik bloosde en knikte van ja.
“Nog nooit eerder e meisje gekust, gestreeld? In eur bloten gezien?”
Dat wel.
Maar…
Ik dacht dat ze afknapte, maar dan hoorde ik van andere jongens dat ze dat wel meer deed.
Veinzen dat ze goesting had, Van alles doen en van alles toelaten. Maar op het moment dat ik het condoom uithaalde wilde ze niet meer. Ze was er nog niet klaar voor zei ze.”””
“Allez ghow, een aanstellerig trutje dus.”
Ik moest erom lachen.
“Es toch ezo.
Of je ghoat vor e joengen, of je zeg van den eerste keer daje d’er nog nie kloar voor ziet.
En ek ghoan vor e joengen.”

“En gij ging voor mij.
Ik durfde er niet eens aan denken.
Ik vond u ook knap, maar ik dacht dat gij mij maar een sukkel zou vinden omdat… “
“Nee schatje,” zei Sheila.
“Ek verstoan dadde daje ghie joen weg in ’t leven zoekt. En daje soms peinst ‘ah die volwassenen met ulder gezever’.
Ek hein dat ook vele gepeinst wi, vraag mor a voader en moeder.
Doarmee da ‘k mien e betje herken’n in joen.
Mor d’er es zovele meer Ruben.
Vele meer dan da ‘k me woorden kun verteln.
Ruben.
Kust me.
Lot us nog e betje van mekoar genieten.
Der zien nog kapoten genoeg wi.
En voader es zat moeder es moe en Jason ligt ook ol in ze nest.
Lot deze nacht e momentje vor uusschen tweeën zien Ruben.”

Bij die woorden kuste ze me opnieuw met die ingehouden passie die zo kenmerkend was voor haar.
En die elk moment zo heftig kon opvlammen.
Deze nacht was veel te kort en ik stond de volgende ochtend met kleine oogjes in de stal.
Maar verdomme… Het was het meer dan waard.


woensdag 28 december 2022

Die ene kerstvakantie 3

 




De dagen gingen voorbij en kerstmis naderde.
Ik begon alsmaar beter om te kunnen met de routine van het vroeg opstaan, het doorwerken en het strakke schema met dingen die gedaan moesten worden.
Sheila prees mij voor mijn vooruitgang, maar haar broer Jason bleef mij met gereserveerdheid en wantrouwen benaderen. Maar Sheila zei dat ik mij dat niet teveel moest aantrekken.
“Jason doet hem harder voorn dan dat ie es,” zei ze.
“Je doet alsof hij even ghoed de boerderij kan leiden of zijn voader, mor je moet zelve nog vele leren wi. En lik dat ie met joen ommeghoat, dat zoe voader zelfs niet tolereren.
En je weet heel ghoed dat ie moet leren om iedereen e kanse te geven.
Mor ja met uzze vorige knecht was dat ook ezo. ’t Was e jeugddelinquent van juuste over de schreve.”

“Van wat?” vroeg ik om dan te beseffen dat ik haar onderbrak.
“De schreve, de Fransche grenze. Die grenze es hier achter e veldslag getrokken en de dorpen hier verderop, Hondschoote, Oost-Cappel, Ghyvelde, Bray Dunes ollemolle oorspronkelijk Vlaamsche dorpen woar dat de meinschen nog generoasjes lange Vlams klapten woaren voorghoed Frans grondgebied. En niemand die uzze mening doarover vroeg. Dat heit lange geknaagd bie de meinschen en ’t gevoel bleef dat die grenze uus werd opgedrongen, zonder dat iemand uzze mening vroeg. Doarom klappen we nog olsang van ‘De Schreve’. Getrokken lik daje e blad papier in tweeën deelt.
Mor Gauthier,” zei Sheila haar betoog verder zettende. “Dat was tot verbazing van moeder e werker en één die rap leerde. Moeder die d’er ook niet mee gediend was droaide bie. Mor Jason bleef mor vasthoedn aan ze vooroordelen.”

“En waarom werkt die Gauthier hier niet meer?” vroeg ik.
“Gho ja, dat was mien schuld.
‘k Woaren zot van die gast die vuuf joar oeder was dan ek.
Als veftienjoarige snotneuze vonden kik nietend opwindender dan die keirel roend me vinger te winden en ghoeste te doen kriegen. Je vond mien ook te joenk hé, mor toch kregen kik hem zo verre dat ie mien langs achter pakte terwijl da ‘k leunde op ’t voorwiel van de tracteur op ne veels te warme zomerdag. Juste terwijl da ‘k kloarkwamn stoeg voader neffest uus.
Ek kreegn huusarrest voe de rest van ’t verlof en Gauthier vloog buutn.”
“Dus gij had seks op uw vijftiende, amai. Ik ben nog maagd,” zei ik.
“Dat moeje ze tied geven. ’t Es beter te wachten en seks t’hein met etwien die echt voe joen wilt ghoan en omgekeerd dan dat ’t teleurstelling es.”
“Je hebt misschien gelijk zei ik.”
We zaten in de schuur waar de tractor stond en bedacht me dat we net op de plek stonden waar Sheila voor het eerst seks had. Ik zag het zo voor me en dacht ineens. “Hey dat mokkel naakt zien moet de max zijn.” Maar ik hield die gedachte voor mezelf en verdreef ze
Sheila keek me aan en glimlachte.
“Kom we ghoan nog e betje deuredoen zekers? De kaboetertjes ghoan ’t nie doen wi,” zei ze terwijl ze hard op mijn been sloeg.

Nu ja ik alleen aan het werk in de stallen en Sheila hielp haar moeder met de voorbereiding van het kerstdiner. Want er zou op kerstavond heel wat familie over de vloer komen en sommigen zouden zelfs blijven slapen. Ik zou met Jason de kamer moeten delen want er zouden een tante en nonkel in de logeerkamer blijven slapen, er werd zelfs al een bed tegen het mijne geschoven.
Vader Johnny werd ontslagen uit het ziekenhuis maar hij moest nog veel rusten. Hij kwam wel eens kijken en zag me bezig.
“Je doet dat ghoed moatje,” zei hij terwijl hij naar me toe liep en mij een schouderklopje gaf.
“Je meug joen oeders ulder vertrouwen nie zo beschamen vent,” zei hij. “Dat es echt ’t domste wat daje als zeune of dochter kan doen.
Ze meen ziender dat ghoed met joen wi. Mor ze zien teleurgesteld.
En dat geldt zeker voe joen voader Ruben.”

“Ik weet het, ik had dit niet mogen doen,” zei ik.
“Je moe nu vooral toogen daje kan deurebietn. Da je kan voortdoen, hoe zwoar dat ’t ook es. Je voader heit schrik daje te weinig karakter heit voe te kunnen standhoeden in de wereld.
Als je olsang te rap opgeeft kom je nauwers we vent, verstoa je dadde?”

“Ik denk het wel,” zei ik.
“Allez ghow doe mo vors je ziet er biekan,” zei Johnny terwijl hij me nog een stevige schouderklop gaf.
Ik begon mij meer en meer thuis te hoeven op deze oude hoeve die al vele generaties in het bezit was van de familie Verdoolaeghe. Kleine hardwerkende boeren die heel hard aan elkaar hingen.
Sheila vertelde over hoe haar grootouders tot aan hun dood in de hoeve bleven wonen en door haar en door haar moeder verzorgd werden tot op het sterfbed toe. Dit ging zo al generaties tot lang voor de Franse revolutie.

’s Avonds na het laatste werk in de stallen waren Sheila en haar moeder nog altijd bezig in de keuken. Jason zat voor de TV en vader lag in de zetel te rusten.
“Kan ik helpen?” vroeg ik aan Sheila en haar moeder. “Ghoed daje da vraagt joengn,” zei moeder Greta. “Kiekt, je meugt die asperges in de hespe rolln,” zei ze. “Drie per stek en de koptjes moeten bloot zien, ghoat dat lukken vent?” vroeg ze.
Ik knikte van ja en wilde aan de slag gaan. Maar Sheila greep mij vast. “Misschien eerst je handen wasschen,” zei ze terwijl ze mij naar de gootsteen duwde.
“Deed ik toch al en heb andere broek en hemd aangetrokken ook.”
“Je kan noois tevele joen handen wasschen vent,” zei ze. “Zeker als je met etenswaren bezig ziet.”
Ik waste mijn handen, Sheila gaf aanwijzingen. “De rug van joen handen ook, en ook hiertusschen.
Jamoja, ‘k hein dat ol geleerd van de thuusverpleegster die mien grootoeders kwam verplegen wi. Die heit uus ’t belang van handhygiëne echt d’erin gestampt.”

Dan ging ik aan de slag. Het werd gezellig in de keuken en er werd honderduit gepraat, gelachen en grapjes gemaakt. Het ijs brak definitief en ik voelde mij hier echt welkom. Ik werkte zo goed mogelijk door want ik wilde hen niet teleurstellen. Moeder Greta stond achter mij en knikte tevreden. “Dat es tenminsten werken se. Doeje dat gheiren werken in de keuken.”
“Ja, maar niet zoals afgelopen zomer in die taverne in Oostduinkerke,” zei ik. Het werk deed ik er graag, maar de bazen en sommige personeelsleden waren een nachtmerrie.”
Sheila vertelde wat ik haar al had vertelt. En moeder Greta begreep.
“Ja aje zukke diengn meemakt verstoan ‘k daje weg wilt,” zei ze.
Nadat het werk klaar was en we met z’n drieën de afwas deden kwam Jason slaapwel zeggen. Hij gaf zijn moeder en zuster een kus en dan vermaande Moeder Greta hem. “D’er es hier nog etwien wi.”
“Slaapwel Ruben,”
zei hij waarna hij wilde naar zijn kamer gaan.
“Komt ekeer hier,” zei Moeder Greta waarna ze hem duidelijk maakte dat hij mij met respect moet behandelen en ophouden met te doen alsof hij hier de baas was.
“Voader es boas hier op de boerhofstee, en niemand anders. Aje wilt de boas zien zoekt een eigen boerhofstee en betaalt toen ook olle rekeningen zelve. J’eit hoort hé veugel,”
Jason droop af en sloot de deur. “Wiender zien toen ook ghoan slapen, hé vent,’ zei Sheila.
“Want ’t es morgen were vroeg dag hé.”

We gingen naar boven en ik trok mijn pyama aan om in mijn nest te kruipen. Maar dan ging de deur open.
“Kom je nie efkes bie mien? Betje babbeln en zo,” vroeg Sheila.
Ja dat wilde ik wel en even later zaten we op bed de stereo stond op een net hoorbaar volume en het enige licht kwam van het nachtlampje. Sheila had een stereo op haar kamer, en ernaast een uitpuilende kast vol CD’s. Ook had ze rekken en kasten met boeken. Ook op haar bed en haar nachttafeltje lag het vol met boeken.
“Leest gij zoveel?” vroeg ik.
“’t Es ’t liefste wat dan ‘k doen,” zei Sheila.
“Beter dan die stomme televiesje, pfff dat trekt toch ol op nietend. Zeker die Vlaamsche series nie. Of ol die stomme quizjes. Hier ken je dadde?”
zei Sheila terwijl ze warempel een boek van Jef Geeraerts op mijn schoot gooide.
“Die schrijver zijn naam heb ik wel eens gehoord. Maar eigenlijk ben ik niet zo’n boekenlezer. Ja stripverhalen of magazines over skaten. Soms teken ik ook zelf, of schrijf ik teksten en scenario’s en zo.”
“Ewel, toch e reden om meer te lezen. Dat verbetert je woordenschat, verruimt je weireld en je doet massa’s nieuwe ideeën op.”
“Moet al boeken lezen voor ’t school. Volgende maand heb ik weer een boekbespreking.
Vind dat eigenlijk mega saai, echt.”
“Die boekbespreking ja, dat es deurebietn hé.
Mor ’t lezen zelve. Die microbe hein ‘k overgekregen van iemand die mien heel dierboar es
,” zei Sheila terwijl ze een ingekaderde foto van haar nachtkastje nam en die op mijn schoot legde. Ik zag de foto van een guitig meisje met donkerblond haar en speelse sproetjes die met een licht ondeugende glimlach in de camera keek.
“Kathy,” zei Sheila met een snik in haar stem.
“Thope hein wiender vele gelezen, hier in ’t bedde of bien eur in ’t bedde. Elk een hoofdstuk.
In ’t begin vele griezelverhalen, lekker spannend. Loater ook andere, meer serieuze boeken. Boeken van verre boven uzze leeftijd. Of we lazen boeken thuis en vertelden doarover op weg naar ’t schole en terug.
Och Kathy moksje,”
zei ze terwijl een traan over haar wangen liep.
“Is er iets met Kathy gebeurd?” Vroeg ik terwijl ik over haar rug wreef.
Sheila keek mij aan en vertelde over die ene dag dat ze te laat thuis vertrok en Kathy niet op de plaats van afspraak zag staan. Die dag verdween Kathy spoorloos.
Sheila was ontroostbaar en voelde zich schuldig, en nam de schuld van haar verdwijning op zich. Had ze zich niet overslapen, dan was Kathy verdwenen, zo zei ze. Maar haar ouders en nog meer de ouders van Kathy praatten dit uit haar hoofd. Sheila wilde toch iets terugdoen en organiseerde een zoektocht. Die zoektocht kwam op TV en de toen elfjarige Sheila gaf zelfs een interview.
Huilend hield ze de foto van Kathy in haar handen. Ik trok haar dichter en wreef zacht over haar rug.
Ik hield op toen ze de foto opnieuw weglegde.
“Doe mo vors wi,” zei Sheila.
“Da’s zalig wat daje deed.”
“Bedoel je dit?” vroeg ik terwijl ik opnieuw over haar rug wreef.
“Jaaa, zalig vent, echt.”
Ze keek mij aan, met een zachte glimlach.
“Ghie ziet e toffe gast,” zei ze.
Ze lachte haar tanden bloot en keek me aan met haar prachtige staalblauwe ogen. Ze legde haar hand op mijn dij.
“En ’t es gheistig babbeln met joen.”
“D’er zien nie vele ghin gasten met wien daje e gesprek op niveau ku voeren.”

“Ik doe mijn best, en dit is een heel prettig gesprek over de dingen die we leuk vinden.”
“Ach weet je? De meeste gasten hier kunn’n alleine mo babbeln over voetbal, auto’s, brommers en voe de reste es ’t ol vulle klaps en denigrerend doen na de meisjes.
Ze peinzen dat dat stoer es, mor ek knappen doar serieus op of. Etwad in je koptje hein meug wel wi aje als gast meer wilt mé mien.”

“En jij denkt dat ik iets in mijn kopke heb?” vroeg ik.
“Nee Ruben, ek peinzen dat niet.
Ek zien dat zeker,”
zei Sheila terwijl ze haar arm rond mijn hals sloeg en dichter trok.
Waarna ze mij een zachte zoen op de mond gaf.
“Ghoa nu mor nog e betje ghoan slapen, ’t es morgen vroeg dag,” zei ze dan terwijl ze speels door mijn haren woelde.
Een uur later was ik nog altijd klaarwakker en keek ik naar het raam waar ik het helder witte maanlicht naar binnen zag schijnen, welks versterkt werd door de sneeuw die er lag.
Die kus van Sheila, die blik in haar ogen, haar lieve zachte stem.
Ik kon het niet uit mijn hoofd zetten.

dinsdag 27 december 2022

Die ene kerstvakantie 2





Ik werd wakker en voelde hoe de warmte van mijn donsdeken ineens werd weggerukt en ik alleen nog de kilte van de onverwarmde kamer voelde.
“Kom vent, opstoan. Ghoa je zere ghoan woasschen en aankleden, te zessenhoalf ontbijt en ghin minuute loater,” zei Sheila kordaat.
Ze had haar slaapkleed nog aan, daaronder zag ik haar gestroomlijnde lichaam en haar borsten die ze fier vooruitstak. Ik bedacht me dat die meid er best mocht wezen. Maar ik borg mijn fantasieën snel weg. “Die meid is niets voor u Ruben,” vermaande ik mezelf.
Ik waste me aan de wastafel in mijn kamer en trok mijn kleren aan. Toen ik in de keuken kwam werd er al snel een bord met spek met eieren voor mijn neus gezet. Het rook heerlijk en die eieren zagen zo diep geel bijna oranje. Dit moesten wel scharreleieren zijn. Net zoals de eieren die we soms krijgen van onze buurman. Die zien ook zo donkergeel.
“Bon,” zei Moeder Greta. “Ek ghoan sebiet mé voader na de klinieke. Ghiender zorgt dat ’t werk gedoan es. Koeien melken, zwiens en kiekens eten geevn, de peirden roskammen, en Sheila, ’t Ghoa joen toer zien voe te maken da ’t eten op tafel stoat wi. Kiekebilln met appelmoes – ’t zit er nog in de diepvries – en patatten. Ghoat dat lukken meid?”
“Mo tuurlijk moedertje,” zei Sheila. Waarna vader en moeder afscheid namen.
“Zorgt ghoed voe de boerhofstee,” zei vader.
"’t Es thopen dat voader were thuus es tegen de kerstdag,” zei Sheila.
“Tuurlijk wel,” zei Jason. Die dokteurs kunn’n vele wi den dag van vandaaghe.”


Dan gaf Jason mij een por. “Kom vent, tied voor an de slag te ghoan.”
“Mijn bord is nog niet leeg!” Protesteerde ik.
“Betje rapper eten vent, ’t werk wacht niet wi. Kom eerst de koeien,” legde Jason er meteen de pees in.
“Ey Jason, rustig an hé vent,” reageerde Sheila terwijl ze haar broer met een striemende blik aankeek.
“Jaja,” zei Jason terwijl hij met een knik aangaf om hem te volgen.
Het was verrekt koud. Kouder dan gisterenavond. Er lag overal rijp en de plassen op het erf waren bevroren.
“D’er hangt sneeuw in de lucht,” zei Jason. “Smoet mo je kitten, we ghoan meugen sneeuw ruumn sebiet.  Wet je wadde? Pakt mor ol ’t strooizoet en de schuppe in de schuure. En smiet mor heel ’t erf vul met zout. We wiln nie dat er ier iemand ze benen breekt.”
Ik liep de stal in en zocht naar het strooizout. Ik keek af en toe naar de geopende schuurpoort of Jason er niet aankwam, want als het te lang duurde naar zijn zin zou hij weer uitvliegen. Maar ik vond al snel een emmer met daarop in koeien van letters ‘strooizout’ erop en ernaast een grote schop. Even later schepte ik het zout op de schop en strooide het over het erf uit. Ik werkte zo snel mogelijk, en vond het stiekem jammer dat ik niet met Sheila mocht helpen.
De wind wakkerde aan en blies in mijn gezicht. Ik hoopte dat de sneeuw nog wat zou uitblijven, want het was zo al moeilijk genoeg om te wennen aan het harde werk op deze kleine familiale boerderij.
Eens klaar met het zout strooien liep ik naar de stal waar Jason me kortaf opdroeg om de koeienmest te verzamelen en daarna alles schoon te spuiten.
Ik werkte hard, maar begon stillaan te balen van heel de tijd maar te moeten werken zonder ook een momentje voor mezelf. Waarom wil iedereen dat ik mij met dat soort zaken bezig hou? Dat ik mij de hele dag loop af te jakkeren? Een moment voor mezelf, niet altijd mezelf moeten afbeulen. Is dat nu zoveel gevraagd?”
“Kom vent doe vors ’t werk wacht!” hoorde ik Jason zeggen. Hij stond achter mij met zijn handen in zijn heupen. Zijn benen wijdt uit elkaar en zijn striemende blik in mijn richting. Ik versnelde mijn tempo en deponeerde de mest op de mesthoop. Daarna spoot ik alles schoon en ging ik er nog eens over met de schuurborstel. Daarna moest ik de troggen met voeder voor de koeien vullen. De dieren storten zich meteen op hun verse voer.
Daarna hetzelfde in de varkensstal, hier werd de mest in een speciale citerne bewaard en ook hier moest alles brandschoon zijn. Hier bestond de vloer uit tegels en die moesten geschuurd worden.
En ook hier hield Jason mij de hele tijd in de gaten met zijn stuurse minachtende blik.
Dan kwam Sheila langs, net als haar broer droeg ze een ruitjeshemd en daarover een dikke jas, een oude jeansbroek die dienst deed als werkbroek en een koppel degelijke laarzen tot net onder de knie. Dat vader aandrong om oude kleren in te pakken en zeker mijn laarzen niet te vergeten deed mij al vermoeden dat ik hier terecht zou komen.
“En gastjes ghoat het e betje?” vroeg ze.
“D’er es nog vele schaafwerk an uzze logé wi,” zei Jason.
“’t Ghoat nippe zien om voe de noene gereed te zien.”

“De kiekens kunnen wachten tot achter ’t eten. Misschien kuje Ruben meepakken aje ’t tarweveld ghoat omploegen.”
“Dat ghoan ‘k wil alleine doen. Lat hem nu mor de kiekens doen en de boel in ’t kiekenkot proper maken. Dat ghoa vele beter zien.”

“Jason,” zei Sheila. “Als ie d’er ghin ghoeste meer in heit hé, komt het nooit meer ghoed tusschen Ruben en zien voader en vliegt ie buutn.”
“Es dat uus fucking probleem?”
riep Jason ineens uit!
“Nie alleine volt ol ’t werk ier op uzze nekke omwille van die operoasje van pa. We meugen hier nu nog babysit speeln voe diene sukkelaore ook. Je ku ghodverdomme nog ghin bustel vasthoedn de ghodverdomsche pezewever. Allez kom vent, makt daje in ’t kiekenkot ziet of ‘k schuppen je d’er naartoe.”
“Nu es ’t genoeg!” riep Sheila.
“Ghie makt daje in je tracteur zit en koelt doar mor e betje of,” zei ze kordaat.
“En ghie begunt ol met olles proper te maken in ’t kiekenkot. Ek kom straks efkes bie joen langs,” vervolgde Sheila.

Ik ging naar het kippenhok. Daar brak ik. Ik zette me op een houten constructie die diende als speeltuig voor de kippen en barstte in tranen uit.
Ik wist even niet waaraan of waaraf, alleen dat ik de boel voor mezelf ferm verkloot had en die mensen hier vooral tot last was.
Dan voelde ik een zachte hand op mijn schouders.
“Moatje,” hoorde ik de zachte stem van Sheila zeggen. Ze trok me dicht tegen zich aan en woelde door mijn haren. Ik de verte hoorde ik de tractor waarmee Jason naar het tarweveld reed.
“Vertelt ekeje, wat es ’t er zo scheef gelopen tusschen joen en joen voader dat ie joen wilt buutnsmieten?”
“Ik heb gewoon alles verkloot. Mijn studies, ik weet gewoon niet welke richting ik wil volgen. Ik ben begonnen in het ASO. Moderne talen, handelswetenschappen, verkoop. Het lag me allemaal niet.
Dan technisch, ook daar lagen de vakken me echt niet.
Dan probeerde pa mij warm te maken voor handenarbeid en hij overtuigde een vriend die een schrijnwerkerij had om daar aan de slag te gaan.”
“Mor dat deje ook nie geiren.”
“Jawel maar…
Ik trok liever op met mijn maten. Ik liet me door hen onder druk zetten. Toen van mij verwacht werd dat ik in de schrijnwerkerij zat, zat ik met mijn maten op de skateramp of trok ik met hen door de stad, wat rondhangen, kloterij uithalen. Tot mijn maten en ik in aanraking kwamen met de politie en die mij thuis hebben afgezet. Ja toen zat het er serieus op natuurlijk.”
“Ai!” zei Sheila. “Dat mocht je dus echt nie gedoan hein hé vent.
Nooit het vertrouwen van joen ouders beschamen,”
zei ze terwijl ze mij berispend aankeek.
“Je kan in de clinch liggen met je ouwelui. Mé sloande deuren naar je kamer gaan of een keer ghoed tegen de groend stampen. ‘k Hein dat ook ollemolle ghedoan wi, zie mor zeker.
Mor diengn in den duuk doen, liegen, ulder vertrouwen beschamen.
Dat is niet alleine heel lelijk en gemeen. Maar je brengt daarmee nog ’t meest van ol joen eigen in de miserie.
Hey, je pa en ma doen zovele voe joen. Ze zorgen voor e veilig nest, een warm bedde, eten op tafel en ze betalen joen rekening d’er nog ekeje bovenop. Dus e klein beetje respect es dus nie tevele gevraag hé.
Eerbied voe je voader en je moeder. Hoe hard daze ook zagen en hoe moeilijk da ze ’t joen maken.
Je moet dat olsang hier in je koptje hoedn. Je moaten zien vervangbaar. Mor den dag dat jouw ouders er niet meer zijn. Dan ga je een leegte voelen die met niets anders te vergelijken is.
Ik had dat bij mijn grootouders die ik tot aan hun dood verzorgde en hun dood veroorzaakte bij mij al een diepe leegte. Wat gaat dat zijn als ik mijn ouders verlies?
Mijn grootvader zei het me zelf al. “Hoedt je voader en moeder olsang in ere Sheila. Ze zien d’er mor vor e korten tied.”
Dat hein ‘k nooit vergeten. Nooit!”

“Daarmee! Ik heb het gewoon allemaal verkloot, enkel en alleen omdat ik mijn zin wilde doen. Omdat ik liever tekende en teksten schreef in plaats van mijn huiswerk te maken. Omdat ik liever optrok met mijn maten in plaats van aan het werk te zijn in die schrijnwerkerij.
Daarmee dat vader en moeder me niet geloofde toen ik hen wilde duidelijk maken waarom ik na een week al de brui gaf aan die vakantiejob in Oostduinkerke.
Pa gooide gewoon de telefoon dicht toen ik belde om mij te komen halen.
Telkens opnieuw, zonder dat ik de kans krijg om iets te zeggen. Ik hoorde hem nog zeggen ‘die snotneus stelt zich weer aan’.
Maar ik kon daar echt geen minuut langer blijven  bij die zotte alcolieker van een baas en dat hysterische wijf van hem. Dus heb ik maar mijn sporttas met spullen genomen en na enkele dagen aan zee te hebben verbleven, onder andere bij een goeie maat die daar ook een vakantiejob deed en met anderen een appartement deelde, keerde ik dan maar met tram en trein terug naar huis. Zonder geld had ik geen enkele keuze dan zwartrijden.
Maar ik werd betrapt en was zo dom om met die conducteur in discussie te gaan. Politietussenkomst en die hebben mij thuis afgezet, waarna de hel pas goed losbarstte.”
Tranen liepen over mijn wangen terwijl ik mijn verhaal deed.
“Ja, als je eine keir ’t vertrouwen van je ouders schendt,” zei Sheila.
“Ik zou zo graag hun vertrouwen terugwinnen en bewijzen dat ik echt wel mijn leven richting wil geven en dat ik kan doorzetten en ergens voor gaan.”
“En ek ghoan joen doarbie helpen,” zei Sheila terwijl ze mij een tedere knuffel gaf, waarna ze mij aankeek en mij… Warempel op de mond kuste.
Haar warme lippen tegen de mijne terwijl ze door mijn haren woelde. Daarna keek ze mij recht in de ogen met die staalblauwe kijkers van haar. Ik wist niet wat mij overkwam en had een joekel van een stijve in mijn broek.
“Allez kom, nu aan de slag, ek ghoan an ’t eten begun,” zei ze dan om mij met mijn twee voeten terug op de grond te zetten

maandag 26 december 2022

Die ene kerstvakantie.


 

Ik weet nog goed, het was die ene winter. Misschien de laatste winter waarvan ik me herinner dat het een echte winter was.
Niemand zag het aankomen. November en de eerste helft van december waren veel te zacht voor de tijd van het jaar. Maar dan zo rond de zeventiende december werd het plots kouder met nachtvorst en gladde wegen en in de Ardennen het eerste pak sneeuw terwijl men het in ‘Laag en Midden België’ – zo werd dat toen nog genoemd – met wat plakkerige smeltende sneeuw moest doen.
Ik. Ik was zeventien, had lak aan de school en de relatie met mijn ouders diep onder het vriespunt.
Ik hing vooral rond in het jeugdhuis waar ik glazen spoelde en pinten tapte in ruil voor wat  bierbonnetjes en in de zomer op de skateramp.
Vader noemde mij een nietsnut en een ‘halve vent’. Hij kon het niet verkroppen dat ik afgelopen zomer al na anderhalve week de deur achter mij dichttrok op mijn vakantiejob aan zee. “Ne gast die niet kan doorwerken en doorbijten is genen echte vent. Gij zijt een grote teleurstelling en een mislukkeling. Rondlummelen en uw tijd verdoen da’s al wat dat gij kunt. Maakt dat ge van onder mijn ogen zijt.
Zoekt u maar al een ander onderkomen want eens ge achttien zijt vliegt ge. Ik moet geen tamzakken onder mijn dak!”
Ik baalde, voelde alleen nog haat en frustratie. Ik stond echt op ontploffen. Ik haatte mijn ouders, vooral mijn vader. Maar ook mijn moeder stelde mij zwaar teleur. Die bleef dan weer doordrammen over mijn schoolresultaten.
Zonet deed ze het weer. Wat mij niet verwonderde, want ik had net mijn rapport van het eerste trimester gekregen en dat was echt niet goed.
“Als ge niet graag keukenwerk of andere handarbeid doet dan gaat ge echt wel moeten maken dat ge beter uw best doet op school jongen. Want zonder inspanning gaat het echt niet lukken hoor.”
Is dat alles wat gij kunt zeggen wierp ik op. Ik heb al honderd keer gezegd wat er daar in die keuken gebeurd is, en nog geloven jullie mij niet!” Waarna ik naar mijn kamer ging en daar de deur met een smak dichtsloeg, waarna ik mijn CD van Osdorp Posse afspeelde met het volume op maximum.
Ik had echt de pest aan alles.
Ach, eigenlijk had ik vooral nood aan een goed gesprek. Aan iemand die zei ‘kop op gast, het komt allemaal wel goed.”
Maar niemand gunde mij dat. Ik kreeg alleen op mijn kop thuis en op school en nog het meest van al  afgelopen zomer in die tearoom waar een tirannieke dronkaard van een baas mij constant liep af te  blaffen in de keuken en schold mij uit voor ‘leeghoard, trage lul, papzak’ en meer van dat fraais. Hij noemde mij: ‘e verwende leegloper uut ’t binnenland’.
Tot die keer dat hij een groot koksmes achter mijn hoofd slingerde. Dat was voor mij de druppel.
Dat dit tot zo’n hard conflict met mijn vader zou leiden had ik nooit gedacht.
Al wist ik wel dat dat niet de oorzaak was, maar iets wat ik het jaar voordien had uitgevreten. En nee, dat was niet schoon van mij.

Vader kwam binnen en trok de stekker van mijn stereo uit.
“Wat gaat het zijn godverdomse leegganger? Gaat ge nu echt dit huis en de straat blijven terroriseren met uw ketelmuziek?” Hij trok me bij de haren en keek met een blik vol haat en minachting.
Hij gooide me op bed en stond voor mij.
“Luister eens hier Ruben,” zei hij.
Als ge niet wilt dat ik u op uw achttiende verjaardag gelijk een hond op straat smijt. Dan pakt ge nu uw sporttas die bovenop uw kleerkast ligt en steekt ge daar voldoende kleren in voor de hele kerstvakantie. En ge maakt dat ge binnen het kwartier in de garage staat. Oh en vergeet uw rubberen laarzen niet, ge gaat ze heel hard nodig hebben
“Waar gaan we naartoe?” vroeg ik.
“Waar dat gij naartoe gaat?
Dat gaat ge wel zien kameraad. Dat gaat ge wel zien.
Kom begint er maar aan uw tijd is al aan het ingaan hé!”
Ik besefte dat ik weinig keuze had. En eerlijk gezegd had ik al een vermoeden.
Even later zat ik naast vader in de auto, hij zij de hele rit lang geen woord.
Hij hield er een stevige vaart op na, gelukkig werd er in de jaren negentig nog niet zo hard gecontroleerd op snelheid en zo.
We reden de snelweg af in Veurne om dan door te rijden tot het plaatsje Bulskamp.
Daar stopten we bij een oude hoeve. Een witgekalkt woonhuis met schuren en stallingen en een erf dat er heel proper bijlag, de mesthoop, de koeien die we hoorden loeien terwijl vader het portier opensloeg. Hij droeg me op om mijn sporttas uit de kofferruimte te halen en intussen stonden de hoevebewoners ons in het deurgat op te wachten.
Johnny Verdoolaeghe, en zijn echtgenote Greta en hun twee kinderen Jason en Sheila.
Johnny begroette mij met een warme handdruk. “Zieje ghie die joengn die uus een handje komt helpen best da kik na de klinieke moeten?” zei hij.
“Ja, en leg er maar goed de pees op. Hij moet eens gaan leren wat hard werken is.”
Nadat vader afscheid nam en wegreed volgde ik het gezin Verdoolaeghe naar binnen. Moeder Gerda droeg haar dochter Sheila op om mijn kamer te wijzen en ‘mij te installeren’.
Sheila toonde mij mijn kamer. Een sober ingerichte kamer met een oud bed dat nog moet opgemaakt worden, en een oude kleerkast en een klein  bureaumeubel. Er hing ouderwets behangpapier aan de muren en de ramen waren hier nog uit enkel glas wat je meteen voelde.
Sheila toonde waar ik mijn kleren kon rangschikken en hoe ik mijn bed moest opmaken, maar ik moest het wel doen op haar aanwijzingen. En dat ze geen gemakkelijke was mocht ik meteen ondervinden. Had vader het op een akkoordje gegooid met het landbouwersgezin waar hij als vertegenwoordiger van een groot melkdistributiebedrijf vaak langsgaat voor prijsonderhandelingen en dat soort dingen.
“Mo je doet dat toch ezo nie,” riep Sheila kwaad uit terwijl ze de beddenlakens uit mijn handen ritste en op de grond gooide.
“Es ’t je mamaatje die je bedje opmakt misschien? Komaan recht je rug, pakt die beddenlakens en opnieuw. En je weet hoe daje nie moet doen hé. Kom toogde keje dat je iets kan wi.”
Ik begon opnieuw en hield de striemende blik van Sheila in het oog.
Wat stoa je doar te beven op je poten? Kom doe vors te zessen worden we aan tafel verwacht en ghin minute loater. Allez, ‘k zeggen toch nietend, dat wilt zeggen da je ’t ghoed doet.”
Ik deed verder. Toen ik het laken op de deken plooide zoals ik dat van mijn moeder leerde griste Sheila weer het laken uit mijn handen.
Ruben! Je was zo ghoed bezig. Woarom verkloot je ’t deure dat laken ezo te plooi’n?
Als er iemand die kamer binnenkomt en die persoon ziet dat? Wat voor een indruk geeft dat.
E opgemakt bedde moet EFFEN zien!
Kom dat laatste opnieuw en doe mor vors.
Ik plooide het bed zo glad mogelijk.
Daarna opende Sheila de deur en sloeg ze mijn hand over mijn schouder. “Ghow ’t es ghoed,” zei ze.
Kom zere aan tafel, want straks es ’t er nog vele werk.”
Nu nog?” vroeg ik.
“’t Werk op e boerhofstee es nooit gedoan Ruben. ’t Es hier ’t ministerie nie wi.”
We gingen aan tafel, we aten varkenskotelet met boontjes en aardappelen. Het vlees smaakte heerlijk.
“E zwientje van de boerhofstee hé,” zei Moeder Gerda. “Zelve opgekweekt en vetgemest, en de patatten en boontjes komen van uus eigen veld.”

Ik at met smaak maar daarna moesten we al meteen terug aan de slag. Koeien melken, zo’n 150 stuks. Gelukkig  verliep het melken mechanisch. Maar de stukken moesten wel nog aan de uiers worden vastgemaakt. Dat was een heel gedoe, en weer corrigeerde Sheila mij op gestrenge wijze, maar ik had het gelukkig al vlug onder de knie.
Daarna duwde ze een borstel in de hand.
“Allez kom!” zei ze. “De stal uutvaagn. Je ziet toch dat dat hier vul met stof, stro en voederkorrels ligt. En aje hiermee klaar ziet meug je vanachter de mest wegspuiten met de lanse en proper schuren met de schuurbustel.”
Ik begon het middenpad te borstelen. Sheila begon de eerste koeien te ontkoppelen van de melkmachine. Nu kwam haar broer Jason naar mij toe.
“Ey keirel, an dat tempo zieje morgenuchtend nog nie kloar,” zei hij terwijl hij de borstel uit mijn handen rukte.
Hij begon met snelle bewegingen het vuil bijéén te keren. “Kiekt keirel zieje dadde? Ezo moeie busteln. Joen rug en klein beetje plooien, betje duwn met joen handn op die bustelsteirt en buzze geven. Hoor je dat keirel! Buzze geven moeie doen. Moe of nie moe, zeer of ghin zeer. Deuredoen.
Zieje e vent of zie j’een schutteldoek!”
siste Jason die mij duidelijk niet moest hebben. Ik zag de minachting in zijn ogen, terwijl hij verwoed borstelde.
“Kom vent ’t es nu an joen. En gelijk ek dat deejn hé zeg!”
Ik borstelde zo goed en kwaad als ik kon zoals Jason dat deed. Hij hield me strak in het oog dus ik mocht maar beter niet verslappen.
In iets meer dan tien minuten tijd had ik het middenpad al geborsteld, dan verwisselde ik de keerborstel met de schuurborstel en sloot ik de waterslang aan. Ik spoot de koeienmest van tussen de greppel en zo de afvoerput in . Ik probeerde zo snel mogelijk te werken. “Deuredoen hé kerel!” Hoorde ik Jason in de achtergrond roepen. Daarna schuurde ik alles zo proper mogelijk.
Jason keurde mijn werk, ook Sheila kwam erbij.
“En broere wat peins je?”
“D’er es nog vele werk wi voe van hem een echte werker te maken.

Kom je kriegt nog een herkansinge, begunt mor aan den andere kant.”
Sheila nam haar broer apart.
“Ey Jason, ziet ekeje zo hard nie voe die joengn hé zeg. ’t Es ol erg genoeg dat ie hier moet zien omdat ze voader hem voe de keuze gesteld heit.”
“Als die keirel niet wilt leren daje niet olsang joen kan amuseren en je ghoeste doen. Dat es zien probleem? Moeten wiender dat oplossen?
Echt vent, ‘k hadden liever gheit dat Gauthier hier nog was. Mo ja zusje moest met hem liggen flikflooien in de stal. En nu moeten we ’t met losers en mislukkelingn doen best dat voader in de klinieke ligt voe zien operoasje en gedurende zien herstel. Fuck vent.”
“Hey, je weet dat pa en ma dat woord hier niet wiln horen hé broere,”
berispte Sheila haar jongere broer.
“Leert ekeer etwien e kanse geven, komaaan joengen,” zei ze licht geërgerd.

Na het reinigen van de koeienstal moest het erf nog geborsteld worden. Johnny en Gerda Verdoolaeghe stonden erop dat het erf er altijd brandschoon bij lang en dat er niets rondslingerde. “’t Es nie omdat we boeren zien dat den boel d’er lik e stort moe bieliggen. E proper erf es de trots van e degelijke boer.”
Met z’n drieën veegden ze het erf schoon. Het was al stevig koud en ik wilde naar binnen gaan achter mijn jas.
“Eyla ’t werk es nog nie gedoan hé. Kom deuredoen,” riep Jason.
“Ik heb het koud,” zei ik.
“Betje rapper werken, toen krieg je ’t vanzelfst warme.
“Jason laat hem, straks eit ie e longontsteking op zienen eersten dag,”
zei Sheila.
“Doarbie ek hein ook koed, ’t vriest geweunweg keirel.”
Sheila ging met mij mee naar binnen om onze jassen te halen.
“Ey, loat je niet van je stik brengen deure Jason wi,” zei Sheila terwijl ze haar handen op mijn schouders legde.
“Hij is gewoon kwaad omdat vader onze vroegere knecht niet meer wil terugnemen. Mor dat was eigenlijk mien schuld.
Maar ie gaat wel bijdraaien wi. Zeker als je bluuft je best doen lik daje nu doet.”
Dan duwde ze me terug naar buiten. “Kom vent nog e duwtje en je meugt genieten van e welverdiende rust.”