Pagina's

maandag 12 maart 2018

Straatje zonder einde (slot)


Het was avond.
De regen viel met bakken uit de hemel.
Twee mensen liepen door de straat.
Het waren Rob en Brenda.
Brenda werd urenlang ondervraagd door de politie.
Over het incident welks zich afgelopen voormiddag op school had voorgedaan.
Een incident dat op het eerste zicht fataal leek.
Maar het niet was.
Shana had niet veel meer dan een flinke hersenschudding, een gebroken kaak en een paar kneuzingen.
En veel wroeging.
Ze ontwaakte.
In het ziekenhuis.
Haar ouders stonden bij haar ziekbed.
Ze smeekte om geen klacht in te dienen tegen Brenda.
"Het is allemaal mijn schuld", zei ze snikkend.
"Toen ik haar zag dacht ik van 'jeezes wat een onnozel, ouderwets, marginaal wicht'.
Ze viel zo uit de toon en ze was zo stil.
Dat viel de anderen ook op.
Ik liet mijn misprijzen blijken.
En dat viel in goede aarde bij de anderen.
Daarop bouwde ik verder.
Liet haar voelen dat ze niet welkom was.
Dat maakte mij populair.
Zij werd de pispaal.
En zo ging het almaar verder, en verder, en verder.
Tot de trein niet meer te stoppen was.
Ze verwachtten van mij niets meer dan een giftige sneer, een brutale opmerking.
Aan het adres van Brenda.
Ik voelde me al een tijdje slecht.
Zeker nadat Brian en Jordy haar onder plasten.
Maar..
Ik durfde dat niet te laten merken.
Want...
De haat was zo groot dat.
Moest ik ook maar één teken van zwakte laten merken.
Dan zou ik gepest worden.
Niemand zou nog iets met mij te maken willen hebben.
Want, sympathie hebben voor 'MargiBrenda', dat was not done.
Want dan was je vast zelf marginaal.
En hoorde je in onze school niet thuis."
Shana huilde.
Met diepe lange snikken.
Haar ouders beloofden.
Er zou geen klacht ingedient worden.
Ze zouden aansturen op een gesprek.

Intussen kwamen Rob en Brenda uitgeregend thuis.
Rob stak de gaskachel aan en sloeg zijn arm rond haar schouder.
"Doe je doorweekte kleren uit, en verwarm je onder het deken, ik ga je zo een blikje cola brengen".
Brenda deed wat haar vader haar vroeg.
Ze kleedde zich uit en deed haar natte kleren alsook haar ondergoed in de wasmand.
En legde zich op de divan.
Trok het fleecedekentje over zich.
Ze nam haar GSM en stuurde een berichtje naar Sam.
"Hoi lieverd. Ben net thuis van het politiebureau. Mag naar huis maar moet me ter beschikking houden voor verder ondezoek. Morgen gesprek met jeugdrechter... PS, khouvanje xxx".
Rob zette een geopend blikje cola op tafel.
Woelde zacht door Brenda's haar.
"Drink op meisje, ik ga intussen een lekker warm badje voor je klaarmaken, ok?
Ik begrijp je wel zus.
Ik begrijp je woede.
Je haat.
Ben heus niet boos op jou hoor.
Integendeel.
Kan heel goed begrijpen dat je er genoeg van hebt."
Hij gaf zijn lieve dochter een zoen op haar voorhoofd.
Wreef zacht over haar rug.
"Ik heb er ook genoeg van, dacht hij bij zichzelf
Genoeg van om door iedereen geminacht en vernedert te worden."
Dat laatste zei hij niet luidop.
Maar dat was wel hetgeen er door zijn hoofd ging.
Daarna ging hij naar de badkamer.
Brenda nam een flinke slok cola.
Hoorde het water stromen.
Haar gsm ging af, ze nam hem in haar handen en las het berichtje dat ze ontvangen had. Het was Sam: "Dat je naar huis mag is een goed teken. Misschien krijg je slechts huisarrest of zo.
Moed houden lieverd. Hou zo van je, heel diep en intens xxxx Sam".
Met tranen in de ogen las Brenda het berichtje
Ze nam nog een slok cola en antwoordde.
"Ik hou ook zo ongelooflijk veel van jou Sam. Mis je zo hard.
Hoop je gauw terug te zien.
Liefs xxx Je Brenneke <3"Daarna legde Brenda haar GSM op tafel en dronk het laatste restje cola op.
Trok het deken wat meer over haar.
Voelde zich suf worden.
Was het de angst die ze voelde vlak na het moment dat ze die stoel naar Shana gooide
Waren het de vermoeiende ondervragingen door de politie?
Was het de spanning die het gevolg is van de onzekerheid over wat er nu gebeuren zou?
De vragen in haar hoofdje over wanneer ze haar lieve Sam zou weer zien?
Of was het die heerlijke massage van Sam, met die heerlijke zoete olie die ze nog altijd rook en waarvan ze de warme gloed nog altijd in haar lichaam voelde?
Maar feit was.
Brenda voelde zich moe.
Zo vreselijk moe.
Kon haar ogen nog maar amper openhouden
Ze liet haar hoofd rusten op het kussen.
Ze viel in slaap.
Een diepe slaap.
Die haar alles deed vergeten.

Rob kwam de woonkamer binnen.
Trok zacht het deken weg dat Brenda over zich had getrokken om zich te beschermen tegen de koude.
Tilde  haar zachtjes op.
Haalde diep adem en draaide zich om.
Liep met zijn slapende dochter in zijn armen naar de badkamer.
Het bad was volgelopen.
Zachtjes legde hij zijn dochter in het warme water.
Eerst haar benen, dan haar onderlichaam.
Haar hoofd en schouders ondersteunde hij met zijn rechterarm.
Gaf haar een zacht zoentje op haar voorhoofd.
"Het spijt me," fluisterde hij.
"Het spijt me lieve Brenda.
Ik zie geen andere uitweg meer dan deze.
Ik wil je het leed dat boven ons hoofd hangt besparen.
We stappen er samen uit lieverd.
Ik laat je hier niet achter.... "
Dan haalde hij diep adem.
Verbeet zijn tranen.
En duwde Brenda kopje onder.
En legde zijn rechterhand net onder haar hals.
Hij haalde diep adem.
"Doorgaan nu!!" zei hij dwingend tegen zichzelf.
"Nu niet slap worden!"
Brenda's lichaam leek te schokken.
Of ze alsnog bij bewustzijn gekomen was.
Maar niet veel later hield het op.
Ze bewoog niet meer...
HET WAS VOORBIJ!
Brenda Decaestecker stierf zowat een week voor haar 16de verjaardag.
Net toen het geluk haar toelachte.
Net toen de liefde in haar leven kwam.
Maakte haar radeloze vader een einde aan haar jonge leven.

De volgende ochtend liep Sam door de straat waar ze woonde.
Hij zag een hoop zwaailichten.
Hij stond in het midden van de straat toen hij schrok van een luide claxon.
Achter hem stond een zilvergrijze lijkwagen.
De bestuurder stak zijn hoofd uit het raampje.
"Ey paljaske goat ies oit de weg, w'emme nie hiel den dag zulle", schreeuwde hij met rood aangelopen hoofd.
Sam sprong opzij.
Zag dat er achter die lijkwagen nog een tweede reed.
Hij kreeg ineens een benauwd gevoel.
"Mijn God... Brenda!
Daar woont ze, boven dat theehuis.
Agenten liepen af en aan.
De vader en de moeder van het Nigeriaanse gezin zaten in een combi waar ze werden ondervraagd.
Sam wrong zich door de samengetroepte menigte.
Klampte een man aan die voor hem stond.
"Meneer wat is er gebeurd?" Vroeg hij.
De man slaakte een diepe zucht.
"Familiedrama, de bewoner van 't appartement op 't eerste heeft zijn dochter in bad verdronken en zijn zijn eigen daarna opgehangen.
Schone maatschappij waarin da we leven hé... Echt wel hé!
Weer twee Belgen minder in de wijk, ge moogt nekeer raden wie er in dat appartement gaat komen wonen... "
Sam kreeg het koud, voelde de grond wegzakken onder zijn voeten.
"Brenda, schatteke," fluisterde hij zachtjes.
Zeg niet dat ik u kwijt ben meiske.
Dat ik u nu al kwijt ben!!"
Hij liep weg, terug naar huis.
Daar trok hij zich terug op zijn kamer.
Gooide zich huilend op zijn bed.
Bompa kwam stil de kamer binnen.
"Wat scheelt er jongen?" Vroeg hij.
"Is er iets gebeurd."
Sam richtte zijn hoofd op, zijn gezicht zat onder de tranen.
"Brenda is dood!" snikte hij.
"Haar pa heeft haar verzopen in bad en heeft zich dan verhangen."
Bompa slikte.
"Godjammenas," fluisterde hij stilletjes.
Ging op bed zitten en legde zijn hand op het hoofd van zijn kleinzoon.
De oude man huilde zacht terwijl hij het hoofd schudde.
"Zo'n lief maske," zei hij.
"Eur leven moest godverdomme nog beginnen... "
In het ziekenhuis probeerde de moeder van Shana het vreselijke nieuws zo voorzichtig mogelijk te brengen.
Maar toch, de klap was zwaar voor het meisje dat door schuldgevoelens verteerd werd.
Ze had zich voorgenomen om wanneer ze beter was, dat ze Brenda zou opzoeken.
Om zich te verontschuldigen.
Wat de anderen uit haar klas daarvan dachten kon haar nu echt niets meer schelen.
Shana zonk weg in een diepe depressie. Het tragische nieuws kwam aan als een regelrechte mokerslag.
Ze at niet meer, lag in haar ziekenhuisbed stil voor zich uit te staren.
Ook de anderen op school waren diep onder de indruk.
En voelden zich schuldig.
Beseften dat ze te ver waren te gaan.
Dat ze VEEL TE VER WAREN GEGAAN!
Dat ze een meisje dat al diep in de ellende zat, haar leven tot een hel maakten.
Met hun gesar en gepest.
Er werd een wake gehouden, en leerlingen maakten een rouwhoekje waar rond Brenda's foto kaarsjes en knuffels werden neergelegd.
De dag erna lag Shana half versuft in haar ziekbed.
"Je moet iets eten," zei de verpleegster met aandrang.
"Anders gaan ze u aan een baxter leggen.
En moogt ge zeker niet naar huis."
Shana zweeg.
Bleef voor zich uit staren.
Zoals ze al de hele tijd deed.
Nadat ze het een en ander op het blad kriebelde verliet de verpleegster haar kamer.
Niet veel later kwam Sam binnen.
Hij liep naar Shana.
Legde zijn hand op de hare.
"Hey Shana," zei hij zacht.
Moeizaam draaide het getormenteerde meisje haar hoofd.
"Wie zijde gij?" Vroeg ze met gebroken stem.
"Ik ben Sam, ik ben de jongen waarmee Brenda optrok in het park.
We hadden samen een relatie.
Het was zo mooi.
Ik zag haar opfleuren.
Ze kreeg hoop.
Hoop die door haar vaders wanhoopsdaad letterlijk de grond werd ingeboord".
Hij keek haar recht in de ogen.
"Shana," zei hij.
"Je hebt het moeilijk.
Ge voelt u schuldig.
Begrijp je wel."
"Wat begrijp je?" vroeg Shana.
"Brenda is dood jongen.
En ik lig hier in de kliniek met een gebroken kaak.
En dat is allemaal mijn schuld.
Ik heb haar zover gedreven.
Ik moet verder leven met het feit dat ik...
Ach whatever," zei Shana.
"Ik keek alleen maar naar haar uiterlijk, had geen oog voor wat ze allemaal doormaakte."
Shana, luister, efkes." zei Sam.
Brenda wilde je vergiffenis schenken Shana.
Dat was ze gewoon zo keihard van plan.
Ze wilde je komen opzoeken in de kliniek, ik zou met haar mee zijn gegaan.
Dan zag ik al die politie en ziekenauto's in haar straat en vernam ik wat er gebeurde.
Brenda wilde je vergiffenis schenken, alles uitpraten.
Maar haar vader besliste anders.
Niet Brenda.
Brenda wilde leven, gelukkig zijn.
Een toekomst opbouwen.
Meer vroeg ze niet.
En ze was alles behalve haatdragend.
Hoor je me Shana?
Ze is niet boos.
Als je je ogen sluit dan zal je haar voelen.
Hoe ze probeert te zeggen "ik vergeef je Shana, laat je zo niet gaan."
Dit zou ze nooit gewild hebben.
NOOIT!!!!
Hey Shana hoor je me?
Kijk me aan Shana!" Zei Sam.
"Kijk in mijn ogen!"
"Bedankt", zei ze.
"Bedankt dat je er was voor Brenda.
Dat je goed maakte wat wij fout hebben gedaan.
Je bent een toffe gast Sam.
Brenda had geluk met een vriend als jij."
Sam nam een pot youghurt en opende die.
"Hier," zei Sam.
"Eet een beetje Shana, je moet kracht opdoen."
Na enig aarzelen opende ze haar mond.
Het was een mooi moment.
Een nieuw begin?
Zo leek het wel, want ze hield haar blik op Sam gericht.
Glimlachte zelfs even.
Ondanks zijn verdriet om Brenda.
Vond hij dat hij naar het ziekenhuis moest.
Dat hij er moest zijn voor Shana.
Zeker toen hij na wat rondvragen hoorde hoe ze eraan toe was.
Hoe ze zich liet gaan.
"Als iemand berouw toont moet je die persoon vergeven," vond hij.
Niemand moet door het leven gaan met dergelijke zware schuldgevoelens.

Twee dagen later mocht Shana de kliniek verlaten.
De dag erna werden Rob en Brenda begraven.
Het was een sobere plechtigheid.
Er was amper familie.
Er waren wel een paar klasgenoten.
Waaronder Shana.
Shana stond voor Brenda's kist.
Met gebogen hoofd.
"Het spijt me Brenda," zei ze.
Terwijl ze zacht snikte.
"Het spijt me dat ik jou zoveel pijn heb gedaan.
Dat ik u uitschold en iedereen tegen u opzette.
Ik had er al heel lang spijt van, maar er was geen weg meer terug.
En daar voel ik me zo rot over."
Sam stond bij haar, was er voor haar.
Hield haar hand vast.
Gaf haar de gelegenheid om afscheid te nemen.
Samen stonden ze voor het graf dat werd dichtgemaakt.
Sam trok Shana dicht tegen zich aan en keek naar het kleine sobere kruisje met daarop de namen Rob en Brenda Decaestecker.
"Vaarwel liefje," fluisterde hij zacht.
"Bedankt voor de mooie momenten, ik hield echt van je meisje."
Na afloop liepen Sam en Shana door de straten, hand in hand.
"Bedankt Sam", zei ze.
"Ge zijt een goeie gast.
Voordien zou ik nooit met iemand als jij opgetrokken zijn.
Maar nu...
Zie ik de dingen helemaal anders.
Ik heb een besluit genomen.
Ik ga weg uit die school.
Ik wil met die mentaliteit daar niks meer te maken hebben.
Ik wil opnieuw beginnen, met een schone lei.
Geen geroddel, geen intriges en geen gestook meer.
Wil je me hierbij helpen Sam?
"Alstublieft."
"Tuurlijk meisje," zei Sam.
"Ik ben er voor je.
Zoals ik er was voor Brenda."
Dan trok hij Shana dicht tegen zich aan en woelde teder door haar lange blonde haren.

Twee maanden later herkende niemand Shana nog.
Haar lange haar had ze afgeknipt en ze liep sober gekleed.
Jeans, t-shirt, gymschoenen.
Ze droeg geen make-up, daar waar ze voordien altijd heel fel opgemaakt was.
Samen met Sam was ze een project opgestart.
Geld inzamelen voor schoolboeken, studiemateriaal en speelgoed voor kansarme kinderen en jongeren.
Bompa vond het een prachtig idee.
"Schoon dat gulle kinderen die 't moeilijk hebben een duwke in de rug wille geven.
De maatschappij wil dat ze presteren en goede punten halen.
Mor ze doen niks om ze daarbij te helpen.
Schoon dat gulder dat doet," zei hij.
Bompa zette er met plezier zijn schouders onder.
Onder zijn impuls werd een vzw opgericht.
'Brenda's dream'.
Ze wilden met dit project Brenda een laatste eer bewijzen.
Haar droom laten uitkomen.
Om ooit uit de miserie te geraken en iets van haar leven te maken.
Voor Brenda kan dat niet meer.
Maar vele andere kinderen en jongeren die in kansarmoede geven zullen nu wel hun dromen kunnen waarmaken.
Daar zouden Sam en Shana dankzij de wijze raad van Bompa wel voor zorgen.
En samen met hen een groeiend aantal sympathisanten.
Aan het begin van het nieuwe schooljaar deelden ze schriften, kaften boekentassen en ander schoolmateriaal uit aan vele kinderen die het thuis moeilijk hadden.
Shana zag hun ogen stralen.
"Dit maakt zoveel goed voor mij," zei ze.
"Die gastjes zo gelukkig te zien.
Ben zo blij om de zware fouten die ik maakte zo toch goed kon maken," zei ze.
"Maar dat schuldgevoel zal nooit helemaal verdwijnen vrees ik."
Sam drukte haar tegen zich aan.
"Shana.
Lieverd.
Ge moet u daar over zetten.
Het verleden achter u laten.
Kijk naar de toekomst.
Het kan alleen maar beter worden.
Als wij mensen tenminste wat meer zorg dragen voor elkaar.
Ik heb trouwens iets gehoord afgelopen week.
De huisbaas van het appartement waar Brenda woonde, die hebben ze de dag dat ze gevonden werd in de boeien geslagen samen met zijn zonen.
't Scheen dat hij haar en haar vader uit hun appartement wilde zetten.
Maar dan zonder de vereiste procedures te volgen.
Ze hadden baseball knuppels bij en boksbeugels.
Wilden de boel kort en klein slaan en dan de foto's op het internet zetten, en zo laten uitschijnen dat Brenda en haar pa het appartement vernielden en er dan vandoor gingen.
En er lopen nog aanklachten tegen hem.
Hij zou een alleenstaande jonge vrouw gechanteerd hebben, hij zou haar niet uit haar studio zetten als ze seks met hem had."
"Meent ge dat?" vroeg Shana. "Wat een fucking klootzak zeg!"
"Ja," zei Sam. "Hoorde het van een maat wiens vader flik is."
"Daar verschiet ik nu nekeer niet van," zei Bompa.
"Die Fernand Detremmerie dat is ne klootzak.
In den tijd had ge zo'n voos sensatiegazetteke, de 'Blik'.
Daarin stond een reportage over 'asociale huurders'.
Met foto's van panden die zogezegd door huurders werden vernield waarna deze er zogezegd van onder gingen.
De weken daarna stond dat boekske vol met lezersbrieven van lui die vonden dat huurders te veel rechten hadden.
Allemaal in scène gezet!" zei Bompa.
"Al die panden op die foto's waren van hem.
Hij had ne journalist van dat boekske omgekocht, die nam dan foto's en schreef dan dat artikel.
Tuurlijk spelen die sensatiejournalisten dat spelleke graag mee, dat verkoopt hé zo'n dingen.
Zeker bij het domme rechtse klootjesvolk die dergelijke kutboekskes lezen.
Terwijl ze godverdomme beter zouden moeten weten.
En wie zijn er weer het slachtoffer?
De armen.
De verschoppelingen.
Deze die geen stem hebben."
"Weet je," zei Sam.
"Brenda vertelde me eens dat die Fernand Detremmerie onverwacht binnenviel op een avond.
Ze zat in haar slaapkleed TV te kijken.
"Ik kreeg kippenvel en het angstzweet brak me uit toen ik zag hoe hij naar mij keek.
Terwijl hij met zijn hand in zijn broek zat!" zo zei ze."
Shana hield haar handen voor haar gezicht.
"Godverdomme," zei ze.
"Brenda toch.
Ik kan goed begrijpen hoe ze zich voelde.
Had ik haar niet zo gepest, niet iedereen tegen haar opgezet.
Dan had ze misschien eerder haar verhaal gedaan.
Ik wist al wat ik zou zeggen.
Dat ze naar de flikken moest gaan.
Ik zou nog meegegaan zijn.
Ik heb het zelf meegemaakt, toen ik een jaar of tien was.
Buurman, nam me mee om naar de duiven te kijken.
Zat onder mijn rok, trok mijn slip naar beneden.
Ik voel nog altijd zijne 'piet' tegen mijn billen schuren.
Ik heb dat verdrongen, probeerde er zo weinig mogelijk aan te denken.
Liet niks merken.
Masker opzetten, doen alsof.
Alles was fake.
Mijn hele leven was gewoon fake.
Verdomme toch!
Kon ik de klok maar terugdraaien," zei Shana.
Dan zouden zoveel dingen anders gelopen zijn... "

Lieve lezers.
We leven in zo'n harde tijden.
Als mensen de tegenslag hebben om in financiële moeilijkheden te raken.
Dan sukkelen ze in een straatje zonder einde.
Dan houden ze hun hart vast bij elke onverwachte rekening die in de bus valt.
Dan denken ze aan wat de mensen zouden zeggen.
Vooral jonge mensen voelen zich aangekeken als hun kledij niet meer 'up to date' is.
Wanneer ze niet de nieuwste hebbedingen hebben.
Niet mee kunnen op schoolreis.
Ze zeggen wel eens, "je bent niet arm als je drie keer per dag kunt eten, en een warm bed hebt."
Of van die regelrechte lompigheden als: "ze zijn arm maar ze hebben wel een dure smartphone of een computer."
Ja logisch.
Je wordt dan ook verwacht om alles online te doen zoals internetbankieren en zo.
En voor almaar meer zaken is het van 'download de app'!!!
Armoede is erg, maar uitgesloten worden van de hele digitale revolutie is in deze tijden nog erger.
Zeker voor jonge mensen.

Mensen zijn hard voor elkaar.
En altijd klaar met hun oordeel nog voor ze echt alle feiten kennen.
Dit is in dit verhaal echt wel duidelijk.
Veel te veel focussen we ons op het uiterlijke.
Maar nemen te weinig de tijd om echt te luisteren.
Om door te vragen.
Want als iemand zegt 'het gaat wel', is dat niet altijd zo.
We moeten als mensen, als maatschappij...
VEEL MEER ZORG DRAGEN VOOR ELKAAR!!

En in de verhalen die ik in de toekomst ga posten zal beetje bij beetje duidelijk worden wat ik daarmee bedoel.

zondag 11 maart 2018

Straatje zonder einde 4


Het geluk lachte Brenda toe.
Een lieve jongen was in haar leven gekomen.
Sam was erg lief en zorgzaam voor haar.
Samen voerden ze ook heel boeiende gesprekken.
Lazen vaak samen in hetzelfde boek.
Terwijl Brenda dan zacht zijn hand streelde.
Buiten roffelde de regen tegen het raam.
Hoorden ze het geknars van de tram die door de straten reedt.
Wat is het dan heerlijk om binnen te zijn.
In een licht verduisterde kamer, waar kaarsen branden.
En er zachte muziek speelde.
Brenda kwam tot rust.
Vergat de pesterijen, de miserie thuis.
Sam sloeg zijn arm om haar lichaam.
Legde zacht zijn hand op haar buik.
"Wacht efkes," zei ze.
Ze trok haar sweater ietsje omhoog.
"Dat voelt zoveel zaliger aan zo."
"Deugnietje," zei Sam lachend.
Brenda draaide haar hoofd.
Haar ogen twinkelden en fonkelden.
"Sam," zei ze met lichte vreugde in haar stem.
"Ik zie u zo fucking graag maat.
Gij... zijt het beste wat mij overkomen is.
Schatteke,"
Ze draaide zich om.
Sloeg haar armen rond zijn hals.
En kustte hem teder op de mond.
Terwijl hij haar sweater uittrok.
Ze voelde haar hartje sneller slaan.
Terwijl ze zijn koele handen voelde op haar rug.
"Hebt ge goesting Sammeke?" Vroeg ze met pretlichtjes in haar ogen.
"Superveel goesting lieve schat," antwoordde hij.
Terwijl hij haar zachtjes op haar rug legde en haar jeans losknoopte.
Brenda kirde zachtjes en maakte haar BH los.
Niet veel later lagen ze intens van elkaar te genieten.
Brenda sloot haar ogen, liet hem in haar komen.
"Verdomme, dees is toch zo fucking zalig!" fluisterde ze zachtjes.
Het was een donkere regenachtige dag.
Alleen de kaarsen op Sam zijn kamer gaven nog een beetje licht.
Maakten het romantisch.
Zo verstreek de tijd beetje per beetje.

Toen ze enkele uren later thuiskwam stond haar vader die aan de tafel in de kleine leefruimte een kop koffie aan het drinken was recht.
"Zus!" zei hij vol enthousiasme.
"Ik kan morgen op proef beginnen bij een bouwbedrijf even buiten de stad."
Brenda vloog haar vader verrukt in de armen;
"Papa, dat is fantastisch," zei ze.
Vader en dochter gaven elkaar een dikke knuffel.
Eindelijk goede vooruitzichten.
Brenda had enkele dagen van tevoren haar vader vertelt van de pesterijen.
En over Sam.
En hoe hij reageerde op het gepest dat hem overkwam.
Brenda vertelde veel over Sam.
Rob wist meteen dat er meer was tussen hen dan alleen maar vriendschap.
"Brenda," zei hij.
"Ik versta, ge zijt jong.
En jullie generatie is er vroeger bij dan wij in onze tijd.
Hoewel ik moet bekennen...
Ik was ook nog geen zestien toen ik mama leerde kennen.
Maar ik wil maar zeggen.
Het zou ons alleen maar dieper in de ellende stortten moest je nu ongewenst zwanger worden."
"Papa," zei Brenda.
"Ik zal ervoor zorgen dat dit niet gebeurt.
Dat beloof ik u, met de hand op mijn hart!"
Rob glimlachtte.
"Brenda, meisje.
Ik ben zo verdomd trots op u!
Je bent sterk.
Je hebt karakter.
En ik weet, jij kan die pestkoppen de baas.
Het gaat goed komen meisje."

Nieuwe hoop.
Was het maar waar?
De volgende da ging Rob naar zijn nieuwe werkgever.
Hij moest er een proef afleggen, samen met een andere kandidaat.
Op het einde van de dag zou men dan beslissen wie mocht blijven.
De andere kandidaat was een jong kereltje.
Dat niet vies was van het uithalen van enige valse streken.
Rob had het meteen door.
Hij haalde dat soort ventjes er meteen uit.
Jarenlang een eigen zaak hebben gerund, het bezorgt een mens heel wat mensenkennis.
Intussen was Brenda aangekomen op school.
Ze zag Shana en Kaylee weer konkelfoezen.
Maar ze was vastbesloten om voort te gaan zoals ze al een poosje bezig was.
Zich niet laten intimideren.
Hoofd omhoog.
Blik vooruit.
"Kijk es wat voor streken MargiBrenda heeft.
Die denkt echt dat ze het is hé," zei Shana.
"Jordy heeft ze meermaals gezien in 't park." zei Kaylee.
"Met ne gast.
Gescheurde jeans, een sweater met kap en zo'n voos sikske."
Ezo ne mottige marginale nerd weet ge wel?"
"Dan passen ze goed samen," zei Shana. "Twee 'margi's bij elkaar."
"Jamoja, ey wacht!" ging Kaylee verder.
"Nerds dat zijn zo, allez ja hoe moet ik dat zeggen?
Dat zijn zo van die strekenventjes hé.
Pseudo intellectueel, veel praat. Kent ge dat?
Die zal haar vast veel praatjes verkopen waardoor truttemie daar van die streken begint te krijgen."
Shana grijnsde haar witte tanden bloot.
"We gaan die streken eens gaan afleren," zei ze
"Ik heb een plan."

Terwijl in de klas van Brenda de spanning weer te snijden was keerde Rob terug naar huis.
Met lood in zijn schoenen.
Weer was het niet gelukt.
Met een valse list saboteerde de jonge kerel Rob's werk, zodat hij de job misliep.
Hij haalde zijn sleutels uit zijn broekzak, haalde de post uit de brievenbus. De dreunende muziek uit het theehuis overstemde het straatlawaai en de geur van sisha prikkelde zijn neus.
Op dat moment stopte een zwarte Porsche Panamera midden op het fietspad.
Een oudere zwaarlijvige man stapte uit. Ondanks het feit dat hij met een dure klassewagen reed was hij sjofel gekleed in een gelapte jeansbroek en vuil ruitjeshemd.
Hij zette zijn geruite pet op en liep breed waggelend op Rob af. "Hier se, Meneer Decaestecker.
Ik heb nog een eike te pellen met u!" zei hij op arrogante toon.
Het zweet brak Rob uit.
De man die op hem afstapte was Fernand Detremmerie Rob's huisbaas.
"Kunnen we naar boven gaan?" zei Rob. "Het geld voor de huur van deze maand ligt klaar."
"Van deze maand?" zei Fernand cynisch terwijl hij rochelend hoestte.
"En die andere maanden dan?
Ge zijt godverdomme zes maanden over tijd hé kameraad.
Ge moet niet denken dat ik dat hierbij ga laten hé."
Rob zei niks en liep naar boven, Fernand volgde hem. Ondanks de dreunende muziek uit het theehuis die luid door de traphal klonk was zijn gehijg goed hoorbaar.
Rob overhandigde Fernand een enveloppe. Fernand nam het geld eruit, telde het en stak het in zijn zakken.
"En de rest van mij geld? Hoe zit het daarmee?" zei hij terwijl zich op een stoel in de keuken zette.
"Van zodra ik kan zal ik de achterstallige huur vergoeden meneer Detremmerie. Daar zal ik alles aan doen, beloofd."
Fernand schudde het hoofd en stond recht. zijn ranzige lijfgeur hing in de keuken.
"Mijn geduld is op Meneer Decaestecker!" zei hij.
"Hoort ge me?
OP!!!
Ik moet ook zien dat ik mijn rekeningen op tijd betaal Meneer Decaestecker.
Moest ik zo nalatig zijn met het onderhoud van pijn panden zoals gij met het betalen van de huur dan mag ik het ook gaan uitleggen aan de dienst huisvesting en heel de reutemeteut!
Waar of niet!"
"Welk onderhoud?" vroeg Rob. "Bezie die keet hier, 't ruikt hier naar schimmel en het behang valt letterlijk van de muren, en daar vraagt ge dan 750 ballen voor!"
Fernand negeerde wat Rob zei en trok de ijskast open. Hij zag de twee blikjes bier die er in zaten en haalde die eruit.
"Pintjes hebben blijkbaar een hogere prioriteit dan het betalen van de huishuur, hé Meneer Decaestecker." zei hij terwijl hij het eerste blikje opende en in één teug leegdronk.
"Eerst huur betalen en dan pintjes halen," zei Fernand spottend terwijl hij het tweede blikje opende.
Dan keek hij Rob opnieuw aan met een dreigende blik.
"Mijn geduld is op Rob.
Echt wel.
Gij en uw lieftallige dochter hebben precies 24 uur de tijd om het hier af te bollen.
Zoniet laat ik uw hele hebben en houden op straat zwieren door mijn zoons en hun maten.
Eén telefoontje volstaat Rob Decaestecker!
"Dat kan je niet maken! Gij hebt u aan regels te houden." zei Rob verontwaardigd.
"Manneke," blufte Fernand terwijl hij over zijn tonronde bierbuik wreef.
"Ik heb connecties van hier tot in Tokio en nen langen arm van hier tot in 'Jakkamakka'!
Ik vaag mijn klak aan die kloteregels van 'de communistische staat België' waar armoezaaiers en uitzuigers meer rechten hebben dan werkers en ondernemers.
Mijn besluit staat vast, Gij... bolt het af, NU!
Tenzij... "
Fernand nam een foto van de muur.
Een foto van Brenda.
"Schoon meiske hé, die dochter van u," zei hij terwijl hij de foto met een geile blik bekeek.
"Ik zie nog altijd voor me hoe ze daar zat in de living toen ik de laatste keer binnenkwam om u aan te manen de huur te betalen.
Ik zie ze daar nog altijd zitten in eur slaapkleedje.
Die prille borstjes, en dan die benen van haar hmmm...
De ontluikende schoonheid van een meisje dat vrouw wordt.
Hoe oud is ze feitelijk? Zestien? Zeventien?"
"Vijftien," antwoordde Rob geprikkeld.
"Da's oud genoeg, tegenwoordig beginnen ze er al voor hun plechtige communie mee.
En ze zijn het beste af als ze worden ingewijd door een minnaar met ervaring."
"PARDON???" vroeg Rob verontwaardigd?
"Over mijn lijk!" zei hij terwijl hij op tafel bonkte.
"Ow wacht Robke, nie zo rap," zei Fernand.
"Mijn voorstel is als volgt.
Ik kom haar morgenvroeg ophalen.
Kan ze zich eens echt proper maken in mijnen badkamer en in een warm bed de dag doorbrengen in deze koude tijd van het jaar.
Maar dan moet ze wel een beetje gewillig zijn, en mij eens goed soigneren.
Als ge verstaat wat da 'k bedoel.
En dan volgende maand nog is.
En nog is.
En uwen achterstal, daarover klappen we niemeer.
Zand erover.
Deal?"
Rob kookte van woede.
"Kom buiten!" zei hij terwijl hij Fernand vastgreep.
"Godverdomse pervert dat ge daar staat!
Maakt dat ge met uw kloten buiten staat of ik sla zodanig hard op dat pokdalige gezicht van u dat zelfs uw eigen moeder u niet meer herkent. Smeerlap!!" schreeuwde Rob.
Hij opende de deur en met een flinke por duwde hij Fernand Detremmerie op straat, wat een hele prestatie was als je weet dat Fernand behoorlijk zwaarlijvig is.
"Sukkelaar!" briesde Fernand. "Hier gaat ge spijt van krijgen.
Hier gaat ge heel veel spijt van krijgen!
Ik laat u en uw hoerejong eruit ranselen en heel den inboedel in stukken slaan.
En ge moet niet denken dat ge nog ergens een deftig pand gaat kunnen huren, want ik zal uw boekske eens opendoen bij alle andere huisbazen in 't stad, en ik ken er veel zulle!
Gij gaat daar dik spijt van krijgen dat ge zo'n toon hebt aangeslagen tegen mij, onnozelaar!"
Dan liep hij naar beneden, stapte in zijn auto en scheurde weg.
Rob zette zich op zijn stoel en begon bitter te wenen...

Intussen op school.
De bel ging.
De leerlingen gingen naar de klas en namen plaats.
De leraar was er nog niet.
Brenda haalde haar map uit en nam reeds de cursus door.
"Ey MargiBrenda," riep Kaylee.
Brenda reageerde niet.
"Is dat waar dat gij een lief hebt?
Even lelijk, vies en marginaal als gij."
Brenda draaide zich om.
"Ja, en dan?
Zijt ge jaloers misschien?
Omdat gij 'het' nog niet gehad hebt."
Kaylee begon te lachen.
"Onnozel trees, ik ben niet gelijk gij ze.
Da 'k met den eerste den beste loser in 't nest duik om es aan mijn trekken te kunnen komen.
Ne gast die mij wil moet mij verdienen.
Er er zijn er veel die mij willen.
Gij gaat nooit zoveel keus hebben als dat ik heb ja, dat ge 't maar goe weet marginaal stinkwijf."
De anderen begonnen.
"Hebt ge hem al gepijpt?"
"Heeft hem in uw kont gezeten?"
"Ik zou het eens willen zien, twee van die lelijke marginalen die op elkaar kruipen.
Da zou nog iets zijn voor een pornofilmke... Dirty marginals fucking each other!"
Brenda voelde de woede in zich opborrelen.
Maar behield haar waardigheid.

Maar dan ineens.
Kaylee stond recht.
Liep naar Brenda.
Gaf haar een harde duw.
Brenda viel omver.
"Ey zottin!" riep ze.
"Wat krijg jij nu ineens?"
"Gij hé," schreeuwde Kaylee.
"Gij zijt een schande voor onze school!
Gij zijt marginaal, gij zijt vies, gij zijt onhygiënisch, en ge zijt een mottige ranzige slet die met den eerste den beste naar bed gaat!"
Ze stampte Brenda keihard in het gezicht.
"Ik stamp u godverdomme dood kansloos wijf... HOER!!!!"
Brenda weerde de regen stampen van Kaylee af.
De anderen moedigden Kaylee aan.
"Go Kaylee, geef die bitch maar een goei pak ransel!!"
Ineens... Greep Brenda Kaylee's been.
Trok.
Kaylee viel, Brenda kwam overeind.
Gaf haar een stamp in haar buik.
"Hoe voelt dat? He, smerige teef dat ge zijt. Vertel het es?"
Ze gaf nog een paar geduchte stampen.
"En dat? En dat? En dat? En dat?"
Shana stond recht, liep naar Brenda toe.
"Godverdomme gijse gestoord wijf!" Riep Shana.
Brenda nam haar stoel vast, hield die dreigend in de lucht.
"Gij hé!!" riep ze naar Shana.
"Gij zijt de aanstookster van al die pesterijen.
Godverdomme IK HAAT U!!!!"
Toen gebeurde het.
Brenda gooide de stoel recht in Shana haar gezicht.
Shana viel plat achterover, haar hoofd miste op een haar na de bank achter haar.
Er klonken kreten van verontwaardiging.
Enkele meisjes begonnen te gillen.

Ineens sloeg Brenda in paniek.
"Mijn God, wat heb ik gedaan?" zei ze.
Ze liep weg.
Ze kruiste de leraar die op weg was naar zijn klas.
"Wel jongedame waar denk jij naartoe te gaan?"
Ze hoorde hem niet.
Liep de schoolpoort uit.
De stad in.
Ze arriveerde bij het pand waar Sam en zijn Bompa woonden.
Ze liep de bruine kroeg binnen.
"Is Sam er?" Vroeg Brenda.
"Die zit boven, ga maar." klonk het.
Ze liep naar boven, bonsde op de deur.
Sam deed open.
"Brenda, wat doe jij hier? Moet je niet op school zijn?"
Brenda vloog in zijn armen en barstte in diepe snikken uit.
"Ik heb iets verschrikkelijks gedaan Sam," snikte ze.
"Wat dan?" Vroeg Sam.
Brenda vertelde met horten en stoten wat er gebeurd was op school.
"Ik ben bang," zei ze.
"Shana lag daar roerloos.
Ben weggelopen
Misschien... Misschien is ze dood!
Dan vlieg naar de jeugdgevangenis.
Zien we elkaar nooit meer terug.
Oh Sam.
Net nu het geluk ons toelachte.
Zowel mij als jou!"
Sam suste haar.
"Hey rustig meisje.
Zo snel krijg je een mens nu ook weer niet dood hoor.
Misschien heeft ze slechts een hersenschudding.
En dan kom je er met een vermaning vanaf.
Tenminste...
Als ge u NU aangeeft bij de politie.
Dat zullen ze zien als een spijtbetuiging.
Dat je het niet met opzet deed."

Bompa kwam thuis.
Trof hen beide aan
Brenda huilend in de armen van zijn kleinzoon Sam.
"Ewel mannekes wat ies ier goande?" Vroeg hij.
Sam deed het hele verhaal.
Bompa sloeg zijn arm om Brenda's schouder en sprak.
"Brenda maske.
Ik ben alles behalve ne goeie maat van de flikken.
Nooit geweest.
Een bende absjaars in uniform, zo noemde ik ze altijd.
Ja zelfs in hun gezicht.
Maar ook ik zeg.
Ge moet u aangeven.
En ge moet vertellen wat de aanleiding was van uw woede uitbarsting.
De pesterijen die ge moest ondergaan.
Ge moet ze niet sparen.
Ze gaan u wel verstaan.
De meeste flikken zijn ook mor mensen zulle.
Mensen gelijk wij.
Mor ietske naïever.
Ze denken dat het systeem menselijk is.
Dat ies nie.
Maar...
Veel flikken en ook rechters zijn dat wel.
Nu meer dan ooit.
Meer dan in mijnen tijd.
Ze gon wel nor aa luisteren."
Brenda slikte.
"OK... Ik ga me aangeven.
Maar."
Ze keek Sam recht in de ogen.
"Ik wil eerst nog efkes afscheid nemen.
Van U Sam.
Heel intens afscheid nemen.
Want ik zie de toekomst... Onze toekomst.
Nu wel heel onzeker."
Brenda was bang dat ze geplaatst zou worden.
In een instelling of zo.
Dat ze de hele thuissituatie zouden uitpluizen.
En dat ze van haar lieve Sam zou gescheiden worden.
Daarvoor was ze nog het meeste bang.
"Sam, maatje, schatteke.
Ik ben bang dat als ze mij in een gesloten instelling zouden plaatsen.
Dat we dan voorgoed gescheiden zouden zijn.
Dat doet zo'n zeer Sam, die gedachte.
Dat doet zoveel zeer.
Sam.
Maatje."
Verscheurd door verdriet drukte ze Sam heel dicht tegen zich aan.
Ze kuste hem, hij proefde het zout van haar tranen.
"Doe uw kleren uit en leg u op uw buik Brenda." fluisterde hij in haar oor.
"Ik ga efkes iets halen."
Hij ging naar de woonkamer.
"Zeg Bompa, hebt ge nog van die speciale massage olie?"
Bompa nam een trek van zijn waterpijp.
"Gij gaat haar eens goed soigneren, ik zie het al."
"Brenda is helemaal overstuur, ze zal deugd hebben van een massage met deze olie."
Bompa gaf Sam een flesje.
"Zijt er voorzichtig mee, want da's heel duur spul en moeilijk te vinden."
Hij gaf zijn kleinzoon een schouderklopje.
"Ben fier op u jongen.
Dat  ge u het lot van da meiske zo aantrekt.
Dat is wat ik geiren zien bij ne mens.
Mededogen.
En dat hebt ge.
en daaruit is iets heel schoons ontstaan tussen U en Brenda.
Dat meiske bloeit echt open.
Laat haar niet in de steek.
Als ze naar een instelling of zo moet.
Zoek haar op.
Toon... Dat ge d'er zijt voor haar."
"Dat zal ik zeker doen Bompa", zei Sam.

Daarna ging hij terug naar zijn kamer.
Wreef zijn handen in met de zoet geurende massage olie.
Massage olie op basis van allerlei kruiden.
Waaronder cannabis!
Wat maakt dat deze olie in ons land niet mag verkocht worden.
Maar een goede vriend van Bompa gaat die halen in Australië waar een neef van hem woont die deze olie zelf maakt.
Daarna begon Sam Brenda zacht te masseren.
Het meisje beleefde een heel intense ervaring.
Ze slaakte een diepe maar ontspannen zucht.
"Da's zalig Sam," zei ze. "Dat is zo verdomd zalig.
Ga door schatteke.
Toe ga door.
Ge hebt gouden handjes,"
Brenda was helemaal ontspannen.
Raakte lichtjes in extase.
Dan draaide zich om.
"Ik wil wel wat meer voelen dan alleen uw handen Sammeke," zei ze licht smekend.
Sam kleedde zich uit.
Brenda hielp hem daarbij door zijn broek te laten zakken.
"Niet zo ongeduldig Brenneke," zei hij lachend.
Terwijl hij een condoom omdeed.
Brenda spreidde haar benen.
Haar buik ging ietwat onregelmatig op en neer.
Ze sloeg haar hoofdje achterover, terwijl Sam in haar binnendrong.
Het was een intens liefdesmoment.
Wat ze niet wisten.
Het was hun allerlaatste liefdesmoment...

vrijdag 9 maart 2018

Straatje zonder einde 3


Het gebeurde steeds vaker dat Brenda spijbelde.
Dat ze de middag doorbracht in het park.
Samen met Sam.
Sam was een aardige knul.
Een jaar ouder dan Brenda.
Maar enorm intelligent en heel volwassen voor zijn leeftijd.
Hij liep nogal nonchalant en veeleer sjofel gekleed.
Gescheurde jeans, sweaters met kap, 'All-Stars' gympen.
Vaak zat hij in het park te lezen, te schrijven of te tekenen.
Zijn oortjes in, MP3-speler aan.
Zo zat hij ook elke dag op de bus.
Waar het leek of hij zich van de wereld afzonderde.
Maar niets was minder waar.
Hij nam alles wat hij zag in zich op.
Samen zaten ze op hun bank in het park.
Daar waar ze elkaar voor het eerst hebben ontmoet.
Dan babbelden ze wat.
Af en toe gingen ze een broodje eten in de snackbar wat verderop.
Waarna ze elkaar bij wijze van afscheid een flinke knuffel gaven, en hij haar een zacht zoentje op de wang gaf terwijl hij even door haar haren woelde.
Brenda vergat haar zorgen.
Haar pijn.
Op een grijze dag.
Het gemiezer dat al enkele dagen leek aan te houden ging over in hardere regen.
En er stak een harde koude wind op.
"Laten we naar mijn huis gaan.
Dan kan ik je meteen voorstellen aan mijn Bompa.
Ik denk wel dat je hem zal mogen, hij is een fantastische kerel."
"OK," antwoordde Brenda. "Ik zie dat wel zitten ja."
Samen namen ze de tram tot in het hart van de stad.
Daar stapten ze een bruin café binnen, gevestigd in een oud middeleeuws pand.
"Hallo Peter," begroette Sam de waard die achter de toog glazen stond te spoelen.
"Ha dag Sam," antwoordde die. "En dag... Juffrouw."
"Mijn naam is Brenda," stelde ze zichzelf voor.
"Aangenaam," zei Peter, "ik hou hier de boel in het oog en zorg dat hier niemand dorst hoef te lijden."
Daarna liepen ze achter de toog door een deur.
Langs een stijle houten trap naar boven.
Daar opende hij de deur die toegang gaf tot het private gedeelte waar Sam samen met zijn grootvader woonde.
Brenda hoorde het geluid van een gitaar.
De geur van wierook en 'Patchouli' prikkelde haar neus.
In de woonkamer zat een oude man met lang grijs haar in een doorleefde fauteuil op een al even afgeleefde gitaar te tokkelen.
Naast hem stond een antieke waterpijp waarvan hij regelmatig een flinke trek nam.
"Dag Bompa," zei Sam enthousiast.
"Ksen thuis."
De oude man legde zijn gitaar opzij en hees zich met veel moeite overeind.
"Ah hier se de jeugd," zei hij.
"Dag jongen, ge hebt gezelschap bij zie ik."
"Ja Bompa, dit is Brenda. Een meiske die ik regelmatig tegenkom in 't park.
We babbelen veel en komen goed overeen.
"Alleen babbelen?" Vroeg de oude man, terwijl hij zijn bijna tandeloze verhemelte blootlachte.
Bompa was nog een echte oude hippie.
Zijn appartement hing vol met prullaria en rariteiten die herinnerden aan zijn 'wilde jaren'.
Foto's, affiches van optredens die hij mee hielp organiseren.
En waarop hij zelf optrad.
Veel van die affiches had hij trouwens zelf ontworpen.
"Waauw, dit lijkt wel een museum", zei ze vol verwondering.
"He dat is die zanger die nog van 'The Drunken Sailor' zong.
Ferre... Ferre Grignard of zo."
Bompa klapte in zijn handen, en gaf Brenda een schouderklopje
"Goed geraden meisje, amai straf dat gij dat kent."
"Tja", zei Brenda. "Daar was onlangs iets over op TV.
"Lijkt me wel toffe muziek, beetje speciaal."
De oude man glimlachte.
"De Ferre," zei Bompa.
"Daar heb ik nog mee samengewerkt.
Die jongen naast hem met het lange zwarte haar, dat was ik.
Schonen tijd.
Begonnen als podiumbouwer, met dat jobke betaalde ik mijn studies aan het conservatorium.
Daarna mocht ik meespelen als gitarist.
Met de Ferre en met andere artiesten uit dienen tijd.
Ach man, wijle dachten dat we de wereld gingen veranderen.
Dat is niet gelukt.
Mor miljaardedju we hebben den tijd van ons leven gehad.
En veel geleerd van elkaar.
Ach ja toen kreeg je als jonge gast nog de kans om zelf de richting van uw leven te zoeken.
Niemand maalde erom als ge na uw studies nog een paar jaar aan den dop stond.
OK ze noemden ons 'werkschuw tuig'.
Maar ik zeg altijd hé mannekes, 't leven is meer dan werken alleen hé zeg.
Nu wordt ge gebrandmerkt en gestraft als ge niet direct het eerste onderbetaalde 'strontjobke' aanpakt... "
"Ja 't is waar wat ge zegt Bompa," reageerde Sam direct.
Met de bedoeling om zijn grootvader die zich weer begon op te winden over wat er volgens hem misloopt in de maatschappij wat te temperen.
De oude man begreep en begon te rammelen in zijn platenkast.

Brenda installeerde zich in de grote zetel, Sam ging naast haar zitten.
Bompa haalde een plaat uit de kast.
"Bob Dylan," mijn idool.
Ne krak van nen tekstschrijver.
En wat mij betreft ook een groot filosoof."
Bompa, oftewel Lucas Vansomeren vertelde honderduit over zijn jonge jaren.
Over zijn tijd als muzikant, decormeester, kunstenaar, producer en later cafébaas.
Het pand met de bruine kroeg was van hem.
Maar de kroeg zelf had hij aan een andere uitbater overgelaten.
Omdat hij gezondheidsproblemen kreeg.
Af en toe kwam hij nog beneden.
Sprak er met de vaste stamgasten en speelde op zijn gitaar.
Maar meestal trok hij zich terug op zijn appartement.
Tussen zijn boeken en platen.
Samen met Sam, zijn kleinzoon.
De enige familie die hem nog restte.
Zijn dochter Patricia stapte uit het leven.
Toen haar zoontje Sam nog een kleuter was. Sam's vader ging er een jaar na zijn geboorte vandoor, niemand weet waar hij nu is.
Sindsdien zorgt Lucas voor de jongen.
Zag hem opgroeien tot een intelligente en leergierige knaap.
Die erg graag las.
Tot zijn grote vreugde.
"Want lezen, is de poort naar kennis en inzicht.
Het beste wapen tegen onwetendheid." zo zei Lucas wiens appartement letterlijk barstte van de boeken die overal rondslingerden.
Meer nog.
Sam wil graag schrijver worden.
Schrijft prachtige verhalen.
Mooie gedichten.
Hele vellen papier vol.
"Allez vooruit jongen," zei Bompa.
"Laat eens iets horen aan Brenda.
Ik weet zeker dat ze dat heel tof gaat vinden."
En dat was ook zo.
"Heel mooi ," zei Brenda.
"Jij bent een geweldige dichter Sam, echt wel."
Ze legde haar hand in de zijne toen Sam naast haar in de zetel ging zitten.
Het meisje voelde zich in haar sas.
Vergat haar zorgen.
Een lieve glimlach sierde haar lippen toen ze Sam aankeek.
"Mannekes, ik gon ulder efkes alleen laten.
Beneden een pintje gaan drinken.
Of misschien es een toerke doen in 't stad.
't Ies te laank geleje da 'k nog es mijne neus buiten gestoken heb."
Hij knipoogde naar Sam en Brenda.
"Dan hebde gulle efkes 't kot voor ulle alleen".
En weg was hij.

Sam lachte, Brenda kreeg een kleur.
Ze keken elkaar aan.
Vol liefde.
Sam bewoog zich naar haar toe.
Legde zijn rechterhand zacht op haar linkerschouder.
Met zijn linkerhand streelde hij zacht haar wang.
Brenda legde haar armen in zijn zij.
"Sam," fluisterde ze zacht.
"Gij zijt zo lief.
Ik heb u graag Sam.
Elk moment van de dag denk ik aan u.
Elke nacht droom ik van u.
Ik heb uw raad opgevolgd.
Ik heb die trut van een Shana van antwoord gediend, toen ze me weer MargiBrenda noemde.
Ja ik kreeg klappen.
Maar weet je... Het kon me geen kloten schelen."
"Ziet ge wel da 't ge kunt," zei Sam.
"Weet ge wat ge verdient Brenda?
Een kusje."
Brenda lachte verlegen.
Hij legde zijn lippen op de hare.
Brenda omhelsde hem, trok hem dicht tegen zich aan.
Haar hartje klopte alsmaar sneller.
Ze genoot van dit heerlijke intense moment.
Zo lagen ze een uur lang op de zetel te tongzoenen.
Terwijl schoof ze haar sweater steeds een beetje hoger zodat haar buik en zelfs een streepje van haar BH zichtbaar werd.
"Sam," zei Brenda ineens.
Ze keek hem recht in de ogen.
Terwijl haar handen onder zijn sweater verdwenen.
"Ik wil meer."
Ze zei het zelfverzekerd.
Keek hem aan met vragende ogen.
"Ik wil met je vrijen Sam!
Voel zoveel meer voor je dan alleen maar vriendschap.
Alstublieft Sam, schatteke... " Terwijl trok ze vastberaden haar sweater uit.
Hij tastte zijn broek af, keek in het rond.
"Ik heb geen condooms lieverd," zei hij.
Brenda glimlachte ondeugend.
"Ik wel."
Ze haalde een rubbertje uit haar broekzak en knoopte dan haar jeans los.
"Ik verlang er zo hard naar." zei Brenda terwijl ze haar jeans van zich afschudde.
Wist alleen niet hoe en wanneer ik het je moest vragen.
Dit is het ideale moment."
Haar handen gleden nu over zijn broek.
Het knoopje ging los.
Traag trok ze zijn broek naar beneden, daarna zijn boxershort.
Haar ogen schitterden en er klonk een verrukt kirretje terwijl ze zijn voorhuid naar beneden schoof.
Niet veel later lagen ze naakt op de oude zetel.
"Oooh Brenda, schatteke," zei Sam vol verrukking terwijl hij teder haar lichaam kuste.
"Je hebt best een prachtig lichaam.
Wat een mooie volle borsten heb je meisje.
Brenda nestelde zich in Sam zijn schoot terwijl ze het condoom rond zijn stijve penis schoof.
"Kom lieverd," smeekte ze terwijl ze hem aankeek.
"Neem me maar, ik ben helemaal van u lieve Sam."

Even later, slaakte het meisje een hoog en schel kreetje.
Ging er een siddering door haar lichaam toen ze haar maagdenvlies voelde scheuren.
Ze sloeg haar armen rond zijn bovenlichaam en beet zacht in zijn oorlelletje.
Ze gaf haar maagdelijkheid aan een jongen die die haar hielp om de dingen anders te zien.
Welks haar zelfvertrouwen gaf.
Deed beseffen dat ze wel iets waard was.
Dat er buiten haar vader nog iemand anders was.
Voor wie ze iets betekende.
En aan die iemand, wilde ze haar liefde en lichaam schenken.
En ja, net als ieder ander tienermeisje was ze nieuwsgierig naar jongens.
Naar liefde, naar seks.
En dat kreeg ze.
En ze genoot.
Met al haar zintuigen.
De hele avond lang vreeën Sam en Brenda op de oude divan.
Waarna ze uitgeteld in elkaars armen lagen.
Brenda met een meer dan gelukzalige glimlach op haar lippen.
Sam die teder haar lichaam streelde.
En haar vol liefde aan keek.
"Brenda," fluisterde hij.
"Ik hou van je lieve schat.
Echt waar.
Ik meen dit zo hard.
Het was zo heerlijk om je naakte lichaam tegen mij te voelen.
Om intiem met je te zijn.
Er zijn gewoon geen woorden voor om dit fijne moment te omschrijven.
Lief schatteke... "
"Ik weet het," zei ze.
"Ik voel dat jij een oprechte jongen bent.
Ik wil zo graag verder met jou Sam.
Ik wil jou aan mijn zijde...
Voor het leven!"

Straatje zonder einde 2


Weken gingen voorbij.
Rob solliciteerde zich te pletter.
Pluisde alle jobadvertenties uit, schreef e-mails en brieven.
Telefoneerde en ging op gesprekken.
Maar werd telkens afgewezen.
Intussen bleven de rekeningen binnenkomen.
Moest er eten op tafel komen.
Om van de onverwachte kosten nog maar te zwijgen.
Brenda kwam thuis met gescheurde kleren.
Na alweer een confrontatie met haar pestkoppen.
Maar om niets te laten merken over de situatie op school zei ze dat ze gestruikeld en gevallen was.
Maar Rob zuchtte diep.
"Nieuwe kleren, waarmee moet ik dat betalen meisje?"
Die kopzorgen wogen zwaar op zijn gemoed.
Zijn optimisme werd steeds minder.
Maar dat liet hij zijn dochter niet merken.
Net zoals zij niet liet merken hoe zwaar ze het had op school.
Elke avond zaten ze zwijgend TV te kijken.
Brenda leunde dan tegen haar vader aan.
Rob sloeg zijn arm rond zijn dochters hals.
Liet haar hoofd rusten op zijn schouder.
Samen deelden ze een blikje cola.
En een pak chips.
Tot Brenda rechtstond en haar pa een kus gaf op de wang.
"Slaapwel papa," zei ze dan zacht.
"Slaapwel zus," antwoordde hij dan.
Eens ze de deur achter zich sloot... Verborg hij zijn gezicht onder zijn handen.
En begon te huilen.

's Anderendaags ging Brenda opnieuw naar school.
Weer zag ze de venijnige blikken van haar klasgenoten.
Vooral van Shana Willems.
Zij kon Brenda echt niet luchten.
Shana was niets meer of minder dan een rotverwend en egoïstisch wicht.
Een sprekend voorbeeld van oppervlakkigheid en vulgariteit.
Met haar opzichtige kledij en gemeen taalgebruik viel ze meteen op.
Studeren was niet aan haar besteed.
Roddelen, opvallen met haar dure kleding, stoken, ruzie zoeken, intriges uitlokken en dat soort dingen dan weer wel.
Ze had het al meteen op Brenda gemunt.
Ze vond haar een 'domme geit', 'een armoezaaister' en 'een ouderwets gekleed wicht'.
Brenda hoorde er volgens haar gewoon niet bij.
Had niets in de klas en zelfs in de school verloren.
"Ga toch naar 't  Beroeps bij de marginalen en de makakken, daar zit ge meer op uw plaats voos wijf dat ge zijt!!" kreeg ze steeds weer te horen.
Brenda deed Technisch Onderwijs, volgde de richting Esthetische Lichaamsverzorging, waar de leerkrachten in de wolken waren over haar prestaties en haar inzet.
Maar de leerlingen moesten niet van haar weten.
Brenda liep over het schoolplein.
Ze zag hoe Shana haar heel venijnig bekeek.
Zoals altijd troepte de helft van de klas rond haar.
Alsook heel wat jongens die hengelden naar haar aandacht en als vliegen rond haar gat draaiden.
Shana deed niets liever dan de jongens rond haar vinger winden met haar uitdagende en flirterige gedrag. En die stumperds liepen er nog in ook, ziende blind liepen ze in haar spelletjes. Geen enkele van hen die de intelligentie en de mensenkennis had om door haar fake tandpastaglimlach heen te kijken.
"Kijk! Daar loopt ze weer," zei Shana.
"Dat vies marginaal strontwijf.
Ze heeft weer diezelfde vieze kleren aan, Jeezes die schaamt zich echt voor niks!"
"Wacht," zei één van de jongens die bij Shana in de gunst wilde komen.
Hij dronk het laatste restje van zijn blikje cola uit en plooide het zo klein mogelijk.
"Nu moet ge goed kijken!" zei hij grijnzend.
Hij gooide het blikje in Brenda's richting.
Het kwam terecht op haar schouder.
Brenda liep boos en vernederde de andere richting uit.
"Sorry", zei de jongen lachend.
"Ik dacht dat ge een vuilbak waart, ah ja groot is 't verschil nie hé... stinkwijf!"
Brenda leunde tegen de muur.
Zag hoe de leraar die voor de begeleiding instond niet eens reageerde.
Nu ja een minuut later liep hij naar het midden van het plein.
"Wil diegene die dit blik daar gooide het meteen oprapen alstublieft? Of er volgt een strenge sanctie."
Hij wees naar de jongen.
"Het is tegen u Brian," zei hij.
Brian raapte het blik op, liep nonchalant naar de vuilnisbak en gooide het erin.
Daarna liep hij naar Brenda.
Spuwde in haar gezicht.
"Marginaal kutwijf," siste hij.
Brenda zette zich op de grond.
Voelde de tranen opwellen.

De bel ging.
Ze gingen naar de klas.
Kaylee Soenens een meisje uit het kliekje dat altijd met Shana samentroepte - ze was het meisje dat haar in de lijnbus aan haar haren trok - gaf haar een duw.
"Ga nekeer wat meer naar achter vies stinkwijf, ik wordt mottig van uwe stank ja."
Brenda deinsde achteruit.
Ze zag de priemende blik van Shana.
"Kom nog een paar stappen verder vies joenk." zei ze. "Of moet ge wat kletsen krijgen?"
Ze gingen de klas binnen.
De les begon.
Brenda begon ijverig nota's te nemen en de opgestelde vragen zo goed mogelijk te beantwoorden.
Toen ging de lerares even weg.
"Hou het rustig jongelui," zei ze.
Brenda voelde de bui al hangen.
"Ey kan er iemand het raam opendoen," Vroeg Shana.
"Er hangt hier weer zo'n vieze geur, ik wordt er echt mottig van".
"Ja ik ruik het ook, zo'n geur van pis en kak," reageerde Kaylee.
"Ja," zei een derde meisje. "En van goedkoop bier en sperma."
"Brenda deed of ze het niet hoorde.
Bleef verder schrijven, keek niet op van haar blad.
"Ge hebt zo van die mensen die doen alsof ze van niks weten hé," zei Shana schamper terwijl ze een kauwgom in haar mond stak en heel opzichtig begon te kauwen.
"Mijn naam is haas, ik weet van niks... he 'MargiBrenda."
Kaylee stond recht, liep naar het bord en nam de spons.
Maakte die goed nat onder de kraan van de lavabo en stapte dan op Brenda af, trok aan haar haren en duwde die spons in haar gezicht.
"Als ge u thuis niet wilt wassen zullen wij het hier maar eens doen zeker hé!!"
De anderen moedigde haar aan.
"Go Kaylee, go Kaylee go!!!!" Riepen ze.
"Fucking marginaal kansloos wijf!" Brulde Kaylee in Brenda's oor.
"Ge stinkt naar de pest, ge loopt rond in lelijke ouderwetse kleren en ge zijt te stom om te helpen donderen.
Pleeg toch godverdomme zelfmoord!!!
Niemand gaat u missen, behalve uwe pa. Maar die is toch van geen belang die werkloze zuiplap!"
Ze gaf Brenda een klap in het gezicht.
"Goed gezegd Kaylee," zei Shana.
Die haar middelvinger naar Brenda uitstak.
Toen kwam de lerares terug binnen.
Tuurlijk deden de anderen alsof er niets aan de hand was.
Maar Brenda voelde zich diep vernederd.
Ongewenst.
"Zelfmoord, waarom ook niet?" Dacht ze.
"Niemand wil me.
Alles is zo uitzichtloos.
Alleen, ik wil papa dat niet aandoen.
Dat dan weer niet."

Een paar uur later, het was middag.
Velen gingen tijdens de middagpauze naar de nabijgelegen winkel een snack of snoepgoed halen.
Brenda wandelde langs het fietshok, enkele jongens hielden haar tegen.
Wat verder stond Shana, Brenda wist al aan wat ze zich mocht verwachten.
"Komt gij eens hier, u moeten we hebben MargiBrenda", zei één van de jongens.
Hij trok haar bij de haren.
Met zijn drieën sleurden ze haar naar het fietshok.
Daar achter gaf één van hen haar een stamp in de maag.
"Vies marginaal wijf dat ge zijt!" zei hij.
Spuwde in haar gezicht.
Brenda beefde van schrik.
Een andere jongen sloeg haar.
Haat stond op hun gezichten te lezen.
"Komaan!!!" riep Kaylee die op een verhoog zat en de boel leek te delegeren.
"Geef die teef een goeie aframmeling!"
Brenda kreeg een stamp in haar zij, viel op de grond.
"Nee laat me gerust... " smeekte ze.
De jongen die haar stampte zette zijn voet op haar, en hield haar zo in bedwang.
"Ik denk dat 'k moet pissen," grijnsde hij.
"En de WC is zo ver hé. Of nee wacht eens efkes?
Het verschil tussen een toilet en MargiBrenda is toch niet groot", zei hij spottend.
En ritste zijn broek open.
"Klootzak!!!" gilde Brenda.
Ze zag hoe hij zijn geslachtsdeel uithaalde.
"Kijk eens Brenda, toch wel een beetje groter dan dat van uw pa hé.
Kijk maar nekeer goe want het zal de laatste keer zijn in uw leven dat ge zo'n grote zult zien, want wie wil nu kruipen op zo'n vies wijf zoals gij?"
Niet veel later voelde ze een warme waterstraal op haar hoofd.
De jongens en meisjes rondom haar lachten luid.
"We hebben ons eigen pispaaltje!!" hoorde ze een andere jongen zeggen, die meteen ook zijn broek open ritste en het ranzige voorbeeld van zijn vriend volgde.
De jongen loste zijn greep, Brenda stond recht en liep weg.
Shana zette haar voetje lap.
Stampte in haar zij.
Spuwde op haar.
"Zeikwijf!" zei ze spottend.

Brenda krabbelde overeind en liep weg.
Weg van de school.
Wel van al die ellendelingen...
Brenda liep naar het park vlakbij de school.
Daar in het openbaar toilet bij de ingang spoelde ze de urine uit haar haren en probeerde ze  met wat zeep die viezigheid uit haar jas en trui te krijgen.
Ze voelde zich beschaamd.
Vernederd.
Als vuil behandeld.
Ze was niet van plan om deze middag nog terug te keren naar die rotschool.
Hoe moest ze dit ooit aan haar vader vertellen.
Dat ze zo hard gepest werd.
Tegen wie moest ze dit eigenlijk vertellen.
Haar medeleerlingen keken neer op haar.
De leerkrachten hadden geen aandacht voor haar. Tenzij dan voor haar prestaties, maar niet voor haar welzijn.
En haar vader leek met de dag depressiever te worden.
Na elke mislukte sollicitatie.
Na elke nieuwe aanmaning tot het betalen van de vele achterstallige rekeningen.
Ze kleedde zich terug aan, liep naar buiten.
Met gebogen hoofd.
Nadat ze 30 cent in het schaaltje van de toiletjuffrouw had gelegd.
Die alleen aandacht had voor het roddelblaadje waarin ze zat te lezen.
Ze liep door het park.
In de druilerige regen.
Ten einde raad ging ze zitten op een bank.
Staarde lange tijd voor zich uit.
Ze merkte niet dat een jongen naast haar was komen zitten.
Een jongen met lang donker sluik haar.
Hij droeg een sweater met kap, en een gescheurde jeans.
Op zijn neus stond een goedkope ietwat sullige bril, en hij had een sikje.
Zijn donkere doffe ogen gaven hem een ietwat sombere en afwezige indruk.
Maar dat was maar schijn, zo zal blijken.
De jongen sloeg zijn arm om Brenda.
"Hey meiske gaat het?"
Brenda trok zich terug.
"Wat is 't met u?" Vroeg ze kortaf.
"Rustig Brenda," zei de jongen heel kalm.
"Ik ga u niks doen zulle."
Brenda bekeek de jongen van kop tot teen.
"Gij kent mij niet... " zei de jongen. "Maar ik u wel.
Ik zie u soms op de bus.
In een hoekske.
Naar buiten staren.
De opmerkingen van je klasgenoten negerend.
Echt waar Brenda, als ik dat alles zie.
Dan heb ik met u te doen."
Brenda schudde haar hoofd.
"Da's heel vriendelijk zulle. Maar ik hoef uw medelijden niet."
De jongen lachte.
"Medelijden? Nee dat is het echt niet hoor.
Ik weet wat je doormaakt, echt wel.
Heb het zelf genoeg meegemaakt.
Wat ik allemaal achter mijn kop kreeg. Man, man, man.
'Puistensmoel', 'vettig kopke', 'depressieveling', 'domme Emo', 'nerd', 'wanker', 'loser'... eindeloos, eindeloos.
Als ik zie wat ze met u doen, dan..."

Hij keek Brenda aan.
"Waarom laat gij u zo doen?" Vroeg hij ineens.
"Waarom zegt ge niks terug?
Waarom geef je die rotwijven eens geen goei mot op hun geschminkte rotkoppen?"
Brenda zweeg.
Boog het hoofd.
"Kijk naar mij Brenda!" zei hij, terwijl hij haar hoofd optilde.
Haar onderlip trilde.
Ze voelde haar hart sneller kloppen toen ze zijn priemende blik voelde.
"Ik ben bang," zei ze zacht.
"Die overmacht, als ze zo rond mij staan dan lijkt het wel een muur rond mij.
Een grote kwaadaardige muur.
Van haat.
Vernedering.
Eindeloos."
Brenda huilde.
Zacht drukte de jongen haar tegen zich aan.
Woelde door haar korte blonde haren.
"Ik versta dat wel." zei hij.
"Zo voelde ik het ook aan.
Heb je het al tegen je ouders gezegd dat je zo gepest wordt? Nee zeker."
Brenda schudde haar hoofd.
"Dat dacht ik al.
Dat is de eerste stap meiske.
Erover praten met iemand.
Ik weet het, het is niet gemakkelijk."
"Ik heb alleen nog papa, zei Brenda.
Mama is dood, een ongeluk.
Sedertdien is niets meer hetzelfde.
Ik zie zijn verdriet.
Wil hem niet nog meer verdriet aandoen.
Zeker niet nu hij zonder werk zit.
En we moeten krabben om rond te komen.
Papa was altijd optimistisch.
Maar nu.
Nu hij elke dag gaat solliciteren en keer op keer afgewezen wordt.
Nu  hij opgeroepen wordt door de VDAB en hij zoals gisteren op ronduit kleinerende manier werd aangemaand om 'meer inspanningen te doen'.
Alsof hij een klein kind is.
Alsof hij geen werk wil zoeken.
Alsof hij een profiteur is.
Wat zeker niet zo is.
Papa was altijd al een harde werker geweest.
Gaat kapot aan heel de situatie, als ik dat nu ook nog ga vertellen wat er op school gebeurt dan... "
De jongen hoorde het aan en zuchtte diep.
"Ik dacht er ook zo over," zei hij.
Ik wilde mijn bompa ook niet met meer zorgen opzadelen dan hij al had.
Maar uiteindelijk deed ik het toch.
Omdat hij zag dat ik niet meer dezelfde vrolijke jongen was.
Toen vertelde ik over hoe ik gepest werd op school.
Hij vroeg me waarom ik niet terugsloeg? Waarom ik niet reageerde?
Toen zei ik hem ook dat de angst mij overmeesterde.

Weet je wat hij toen zei Brenda?
"Nen hond die schrik heeft, krijgt ook slaag!!!"
Ik snapte eerst niet wat hij ermee bedoelde.
Maar toen begon het me te dagen.
Of ik nu liet begaan of niet.
Ze zouden er toch hun zin doen.
Toen reageerde ik.
Eerst verbaal.
Waarna ze nog harder begonnen te slaan, schoppen, schelden.
Toen begreep ik zijn woorden pas echt.
En toen, heb ik het 'brein' achter al dat gepest eens goed vastgepakt.
Ik heb op zijn gezicht geslagen dat het niet meer schoon was. Hij zat helemaal onder het bloed en zijn oog was dik gezwollen.
"Noem mij nu nog eens 'puistenkop'? Nu uw gezicht meer geschonden is dan dat van mij, onnozelaar!" zo zei ik.
Toen... Hield het op.
Hij stond recht en stak zijn hand uit.
"Excuseer me, ik ben te ver gegaan", zei hij.
Toen hield het gepest op.
Ze wisten dat ik me niet langer  zou laten vernederen.
Begrijp je wat ik je wil zeggen Brenda?
Je moet knokken voor je plekje op deze wereld.
Knokken dat moet ge doen.
En hard als het even kan."
Brenda luisterde, keek hem aan.
Slikte even.
"Dat gaat niet gemakkelijk zijn.
Maar... Je hebt gelijk."
De jongen lachte, streelde nu haar arm.
Zachtjes naar haar hand toe.
Ze sloot haar hand in de zijne.
"Ik ben Sam," zei de jongen. Sam Goedezeune.
Hij keek haar glimlachend aan.
Brenda... Kreeg het warm in haar hartje.
Ga je mee een broodje eten
Hier vlakbij is er een toffe snackbar.
Ik betaal.
In de snackbar babbelden ze nog wat na.
Zo gingen de uren voorbij.
Dan namen ze afscheid.
"Bedankt Sam," zei Brenda.
"Voor je wijze woorden en je gezelschap."
"Da's niks", zei Sam. "Zie ik je morgen weer?"
"Daar mag je op rekenen," zei Brenda.
Ze keerde naar huis terug met een warm gevoel in haar hartje.

Straatje zonder einde.


Een lijnbus reed door de uitgeregende straten.
Het grootste deel van de passagiers waren scholieren op weg van school naar huis.
Luidruchtig, uitgelaten.
Veel branie, veel stoerdoenerij.
Meisjes zaten op de achterbank te kletsen en te roddelen.
Wat meer vooraan op een bank zat een meisje, alleen.
Ze negeerde de anderen en keek door het raam.
Angstig weggedoken.
Ze heette Brenda.
Brenda Decaestecker.
Maar haar klasgenoten riepen liever andere dingen naar haar.
Ook toen ze ineengedoken op de bus zat mocht ze het weer horen.
"Hey MargiBrenda, hebde gij een boer gelaten? Het riekt hier ineens naar Cara-Pils en sperma," riep een jongen.
"Heeft ze weer eur pa gepijpt die vieze gore slet?" Antwoordde een andere.
Brenda voelde zich vernederd.
Nog maar eens.
De hatelijke woorden priemden als gloeiende naalden door haar gekwetste ziel.
Ze huilde stilletjes.
Haar blik naar buiten gericht.
Waar de stad aan haar voorbijschoof.
Mensen onder hun paraplu's zich een weg banend door het druilerige weer.
De neonreclames van de winkels, de koplampen van de auto's.
Een meisje stond recht en liep naar haar toe.
Trok haar bij haar haren.
"Ey marginaal klotewijf, 't is tegen u ze?" Zei ze giftig.
"Of hoorde nie goe misschien?"
Het meisje gaf haar een klap op haar achterhoofd.
"Jakkes ge stinkt naar de pest vies marginaal klotewijf," siste ze.
De bus reedt een halte op.
Brenda stond recht, liep naar de deur.
Een jongen zette haar 'voetje lap'. Ze viel.
"Kunt ge nie kijken waar ge uw voeten zet lompe trut?" zei het meisje dat haar daarnet een klap gaf. "Achterlijk marginaal stinkwijf!!" voegde ze eraan toe.
Brenda stapte uit.
Enige haltes eerder dan voorzien.
Gewoon omdat de aanhoudende pesterijen haar echt teveel werden.
Ze liep door de straten.
Tranen in haar ogen.
15 jaar.
kort blond haar, helblauwe ogen.
Droeg een oude jeansbroek, blauwe sweater en een zwarte anorak.
Haar kledij stak fel af naast die van haar klasgenootjes die zwoeren bij dure merkkleding en hippe trendy spulletjes.
Ze droeg ook nooit make-up.
Had nog een gewone GSM terwijl de rest van de klas met hun smartphones pronkten.
Daardoor viel ze uit de toon.
Hoorde ze er niet bij.
Dat lieten ze graag merken.
Ook het feit dat ze altijd stil en teruggetrokken was had er veel mee te maken.
Brenda huilde.
Voelde zich ellendig.
Ze leunde tegen een reclamebord, hield haar handen voor haar gezicht.
En liet haar tranen de vrije loop.

Intussen thuis.
Zat ook haar vader Rob Decaestecker in zak en as.
In zijn schamele huurappartementje ergens in een treurige afgeleefde achterstandsbuurt zat hij wezenloos naar zijn koud geworden koffie te staren.
Hij kreeg vanochtend te horen dat hij ontslagen werd.
Op de meest brute en grove wijze die een mens zich indenken kan.
Hij kwam die ochtend aan op de fabriek. Wilde zich gaan omkleden met drie andere collega's.
Maar de personeelsdirecteur hield hem tegen, samen met de drie anderen.
"Bon Serge Bonte, Nicolaas Dejonge, Kevin De Paepe en Rob Decaestecker! Ik verwacht jullie op mijn bureau, NU METEEN!", zei hij kortaf.
"Ik heb jullie het één en ander te vertellen."
De jonge personeelsmanager die deel uitmaakte van het nieuwe bedrijfsmanagement zette zich achter zijn bureau en keek het viertal met een zelfvoldane blik aan.
"Ik heb hier jullie evaluatiedossiers staan mijne heren.
En nee... DIE ZIEN ER NIET GOED UIT!
Om een lang verhaal kort te maken.
Jullie zijn ontslagen."
"Pardon?" zei Rob vol verontwaardiging.
"Ja, u hebt het goed gehoord Meneer Decaestecker.
Afgaande op de evaluatiedossiers die wij van het vorige management opvroegen kan ik alleen maar vaststellen dat jullie niet voldoen aan onze eisen en verwachtingen.
Zeker u niet Meneer Decaestecker!
Gij denkt blijkbaar dat ge nog altijd uw eigen baas zijt hé.
Meneer voelt zich te schoon om zich te schikken naar onze regels en wensen!"
"Dit is te belachelijk voor woorden!" Zei Rob boos.
"Heel jullie gedoe hier.
Dit is geen bedrijf meer, dit is een kleutertuin.
Met jullie afsprakenboekjes en dergelijke bullshit!"
"Genoeg!" zei de personeelsdirecteur kortaf.
Hij gaf hen meteen hun C4 en andere nodige documenten.
"Bon... Jullie hebben half uur de tijd om jullie boeltje te pakken en daarna wil ik jullie hier niet meer zien.
In tegenstelling tot het vorige bestuur wensen wij geen tijd te steken in leeglopers en nonchalante lanterfanters die denken dat ze hier hun zinnetje kunnen doen!"

Rob stond perplex.
Zijn wereld stortte in.
Wat nu?
De zoveelste opdoffer.
Teneergeslagen trok hij naar huis.
Hoe moest hij dit aan Brenda gaan vertellen.
Brenda had zich over haar verdriet en pijn weten te zetten.
Verbeet haar tranen.
Trok naar huis toe.
Ze wilde liever niet dat haar vader haar tranen zag.
Ze deed zich sterker voor dan ze was.
Wilde hem niet teleurstellen.
Want, ze was de enige die hem nog restte.
Hij trok zich op aan haar.
Trots omdat ze zo haar best deed op school.
Goede cijfers haalde.
Rob hoorde het slot op de deur dat openklikte.
Brenda liep de kamer in, zag haar vader zitten aan de tafel.
"Papa," zei ze me zachte stem.
"Je huilt papa, wat is er?"
Hij sloeg zijn arm om haar middel.
Zij de hare om zijn hals.
"Ik ben ontslagen zus," zei hij.
"Als een hond aan de deur gezet."
"Nee!!!" kreunde het meisje.
"Wat nu?
Het is al zo moeilijk om rond te komen?
Om de huur te betalen van ons appartementje.
Straks zet de huisbaas ons op straat.
Oh ik ben zo bang papa, bang voor de toekomst".
"Niet doen zus." zei hij.
"Denk aan wat ik je altijd heb gezegd.
We slaan er ons door.
Hoor je me zus.
Wij slaan er ons door.
Altijd!
OK?"
Hij gaf zijn enige dochter een ferme knuffel.
Het was stil in het sober ingerichte appartementje.

Rob Decaestecker was ooit een goedboerende zelfstandige.
Runde zijn eigen bouwbedrijf.
Wat begon als een eenmansbedrijfje dat zich specialiseerde in 'karweien'.
Werd een goeddraaiend bedrijf.
Hij had een tiental personeelsleden in dienst, maar stond zelf ook op de werf.
Hij had twee rechterhanden en was behept met de oude Vlaamse arbeidsethos.
Maar hij regelde veel in het zwart.
"Op verzoek van de klanten," beweerde hij dan.
"Die jaag je alleen maar de stuipen op het lijf als je hen een factuur onder de neus duwt."
Och ja, hij ging 's avonds na de werkuren graag al eens bijklussen.
Rekende dan een 'vriendenprijsje' aan.
Deed hij al toen hij nog voor Romain Dekeyser werkte.
Die hem als 16 jarige als leerjongen aannam en alle knepen van het vak leerde.
Maar die hem ook bijbracht "geef zo weinig mogelijk aan de staat, maar betaal uw personeel fatsoenlijk, want dat geld dat ge aan hen geeft komt terug in de economie. Hetgeen in handen van de staat komt wordt uitgegeven aan nutteloze projecten, of verdwijnt in die dikkoppen hun eigen zakken!"
Maar, na een tijdje ging het minder met de zaken.
Bestellingen bleven uit, schulden stapelden zich op.
Hij moest volk ontslaan.
Welks hij met spijt in het hart deed.
Want het moet gezegd.
Rob Decaestecker was een goede baas.
De manier waarop hij zelf ontslagen werd, de botheid, de grofheid.
Het ging er bij hem niet in.
Alsook de manier waarop het nieuwe management met het personeel omging, alsof het kleuters of erger nog... robotten waren.
"Hoe kunnen ze zo met mensen omgaan?" vroeg hij zich hoofdschuddend af.
En dan, tot overmaat van ramp.
Kreeg hij controle van de 'Arbeidsinspectie'.
En van de BBI (Bijzondere Belasting Inspectie).
De hele boekhouding werd uitgeplozen.
Hij werd beschuldigd van belastingfraude en werken in het zwart.
Met een proces en hoge boete tot gevolg.
Zijn bedrijf ging op de fles.
Zijn huis dat hij zelf bouwde, steen voor steen. Moest hij verkopen.
Verhuisde met zijn vrouw en dochter naar een appartement in de stad.
Een gerieflijk appartement dichtbij de grote winkels.
Hij ging werken in een fabriek, als metaalarbeider
Zijn echtgenote Sonja Goorissen werkte bij een poetsbedrijf.
Zij had geen loonbeslag, dus dankzij haar inkomen konden ze de toch nog rondkomen.
OK, de jaarlijkse reizen naar All-In hotels in Turkije of de Dominicaanse Republiek tijdens het bouwverlof moesten ze vaarwel zeggen.
Maar ach, ze kwamen rond en hoefden hun dochter Brenda niets te ontzeggen.
"We slaan er ons door," zei Rob telkens weer.
Optimistisch als hij was.

Maar op een dag sloeg het noodlot weer toe.
Keihard.
Sonja, de vrouw van zijn leven.
Die hij leerde kennen op een fuif toen ze beiden 16 waren.
Onafscheidelijk waren ze sinds die dag.
Kwam om het leven samen met haar collega Tanja Moreels.
Ze waren net als altijd samen onderweg in het bestelwagentje van 'Clean-Up' de poetsfirma waarvoor ze beiden werkten.
Naar een bedrijf in de haven.
Daar gebeurde het.
Net toen ze de rijbaan wilden dwarsen om de oprit van het havenbedrijf op te rijden, werd hun camionetje gegrepen door een zware vrachtwagen.
Beide vrouwen waren op slag dood.
Rob was ontroostbaar.
Zijn echtgenote, zijn grote liefde, zijn zielsmaatje.
Ineens van hem weggerukt.
Maar ook Brenda leedt erg onder de dood van haar moeder.
Het ooit zo vrolijke meisje werd stil en teruggetrokken.
Haar moeder stierf toen Brenda in het zesde leerjaar zat.
Haar klasgenootjes en juffrouw begrepen haar verdriet.
Steunden haar.
Maar in het secundair was het anders.
Daar had men geen oog voor haar tranen.
Daar telde alleen welke kleren je droeg, welke hippe hebbedingen je had en hoe 'cool' je wel was.
Brenda was niet cool.
Ze was gevoelig.
En stil.
Een makkelijke prooi voor pesters.
En het feit dat haar vader zijn eigen zaak verloor, in loondienst ging werken.
En nadien ook daar werd ontslagen.
Zou daar geen goed aan doen.

Want na de dood van Sonja moesten ze weer verhuizen.
Omdat hij op zijn eentje de huur niet meer kon betalen.
Hij woonde met zijn dochter in een vochtig en veel te klein flatje in een grauwe achterbuurt.
Op het gelijksvloer bevond zich een Marokkaans theehuis.
Waardoor de vloer trilde van de dreunende Arabische muziek die er constant speelde.
Dag en nacht.
Altijd liepen er mensen af en aan.
Was er tot 's avonds laat kabaal te horen.
Auto's met draaiende motoren op straat.
Boven hen woonde een Nigeriaans gezin met drie kleine kinderen die constant leken te schreeuwen en te tieren.
De schimmels staan op de muren en het behang bladdert af.
Het is er constant tochtig en in de winter nauwelijks te verwarmen.
En daarvoor moet Rob elke maand 650 Euro neertellen.
Aan een oude knorpot van een huisbaas zonder greintje gevoel voor humor.