Pagina's

woensdag 8 februari 2017

Passionele fout 4


Het was tegen het ochtendgloren.
Annemiek lag te slapen, haar lange haren warrig over haar gezicht, een gelukzalige glimlach op haar lippen.
Wouter gaf haar een zacht kusje op haar voorhoofd.
“Lieve lekkere meid”, fluisterde hij terwijl hij met zijn rechterhand haar mooie slanke lichaam streelde.
Toen stapte hij uit bed, nam zijn broek en tastte in de zakken naar zijn GSM.
Hij schakelde hem in en schrok zich rot.
“20 gemiste oproepen”…
“Fuck, wa ’s da? Toch niets met Ilse hoop ik”.
Met ingehouden adem luisterde hij naar de berichten.
“Ik moet naar huis, nu direct”.
“Hij kleedde zich aan en opende de deur van zijn kamer. Ineens kwam ook Bert uit zijn kamer.
“Ah eindelijk zijt ge er. We proberen u nu al de hele tijd uit uw kamer te krijgen. Ilse ligt in het ziekenhuis er zijn complicaties opgetreden tijdens de bevalling en ze wordt in een kunstmatige coma gehouden. En intussen ligde gij te flikflooien met die Hollandse”…
“Ja ’t is al goed Bert, gromde Wouter. Ik moet een taxi zien te regelen die me meteen naar huis brengt, help me”.
Annemiek kwam kijken, haastig had ze haar naakte lichaam bedekt met haar kamerjas. Ze stond de slapers uit haar ogen te wrijven. “Hey wat is er loos”? Vroeg ze.
“Nikske, zei Bert met een cynische ondertoon. Terwijl dat gijle aan ’t vossen waart is Wouters echtgenote bevallen en zijn er complicaties opgetreden. Ze ligt nu in kunstmatige coma. Maar voor de rest… ‘Tout va bien Madame la Marquise’.
“Ik moet dringend naar huis Annemiek, Ilse is er heel slecht aan toe”, zei Wouter die de cynische opmerkingen van Bert totaal negeerde.
Annemiek gaf hem een knuffel. “Wat naar voor je, ga maar vlug Wouter. Ik wens je veel sterkte toe”.

Even later zat Wouter in een taxi die in zeven haasten naar Brussel reed.
Schuldgevoelens maakten zich van hem meester.
Hoe kon hij toch zo dom zijn om zich te laten inpalmen door een sekslustige Hollandse griet. Terwijl Ilse, de liefde van zijn leven, zijn soulmaatje hoogzwanger was.
Net nu zij hem nodig had was hij er niet.
Wouter staarde wezenloos uit het raam, zijn blik gericht op de wegmarkeringen die langs hem voorbij flitsten. Er spookte van alles door zijn hoofd.
“Godverdomme stel dat ze het niet haalt… “
Wouter arriveerde in de kliniek.
Hij zag Ilse liggen. Gekoppeld aan allerlei monitoren.
Zijn hart kromp ineen toen hij haar zag liggen.
Bij haar bed zat haar vader, lijkbleek en vermoeid. Hij hield de hand van zijn jongste dochter vast.
Aan de andere kant zat Hilde haar oudere zus. Zachtjes woelde ze door de haren van haar jongere zusje, terwijl er een traan over haar wangen liep.
Toen Wouter binnenkwam wierp ze hem een venijnige blik toe.
“Ah daar zijt ge eindelijk! Schone meneer !!!!” Zei ze bits.
Het heeft nooit goed geboterd tussen Wouter en Hilde.
Nadat hun moeder na een lang ziekbed overleed nam Hilde de moederrol over in het gezin.
Ze voelde zich verantwoordelijk voor haar zus Ilse en haar broer Tom.
Ze nam de huishoudelijke en zorgtaken op zich en bekommerde zich om hun welzijn.
Orde en verantwoordelijkheid waren haar stokpaardjes. In die zin begreep ze niet wat Ilse zag in een jonge losbol als Wouter.
Een student die kotfeestjes gaf met veel drank en meisjes, van het ene meisje naar het andere fladderde en naar haar zin veel te los omging met zijn studies.
Maar hoezeer ze Ilse ervan probeerde te overtuigen dat Wouter echt geen jongen was voor haar.
Ilse volgde haar hart en trad in het huwelijk met hem.
Wouter en Hilde waren water en vuur. Zo close hij was met Ilse, zo verzuurd was zijn relatie met zijn schoonzus.
Hilde snauwde hem toe.
“Gijse onverantwoordelijke pummel dat ge daar staat. Uw vrouw is hoogzwanger maar het is nog teveel om uw gsm aan te laten staan. Schaamteloos is het!
Wat kan er belangrijker zijn dan het welzijn van uw eigen vrouw en ongeboren kind? Zeg me dat eens een keer?”
Wouter zuchtte diep.
“Er was een belangrijk diner met de bazen ja, en daarna ben ik gaan slapen ik was moe”.
“Mietje!" Beet ze hem toe.
Een mietje dat zijde gij!
Een onnozel bazenpoeperke! Ne karakterloze prullevent!
't Bazeke commandeert en gij doet dat. Gij zegt niet van ‘Fuck off gast,mijn vrouw is hoogzwanger dus ik laat mijn GSM aanstaan’.
Geen ruggengraat, geen verantwoordelijkheidsgevoel. Alleen maar u amuseren en lol trappen. Voor de rest zijt ge geen cent waard.
Ik heb Ilse nog zo vaak voor u gewaarschuwd. En zie nu het resultaat.
Zijt ge nu content onnozelaar”???
Vader Eric slaakte een diepe zucht en schudde het hoofd.
“Stop het alsjeblieft, het is nu niet de moment om te kibbelen hé zeg. “
“Wanneer is het wel het moment?" Vroeg Hilde.
"Wanneer is het wel het moment om die onverlaat eens te zeggen waar het op staat?
Ik versta dat niet hé, dat ge daar zo passief onder blijft.
Moet ma nog leven het zou geen waar zijn.
Meneer daar mocht direct zijn boeltje pakken, daar ben ik zeker van”.
Zo ging het een hele tijd door.

Wouter stond op, en klampte een verpleegster aan.
Hij wou zijn kind zien. Zijn zoon!
De verpleegster haalde het kleine jongentje uit zijn bedje en legde hem zachtjes in de armen.
“Dag Ruben, dag jongen, dag mijn kleine man…
Ja ventje, nog maar pas op de wereld en al zoveel miserie over uw klein onschuldig hoofdje.
Uw mama die vecht voor haar leven. En papa… Ach ben ik het wel waard dat gij mij ‘papa’ noemt.
Ik ben een loser, een nietsnut, een karakterloze sul van een vent die als een puber zijn pik achterna loopt en geil loopt van de blik van een onbetekenende Hollandse boeretrien!
Wouter boog het hoofd… Hij huilde.
“Sorry manneke. Sorry dat het zo moet lopen voor u”.
Erik. De vader van Ilse kwam bij haar zitten.
Hij sloeg zijn arm om zijn schouder.
“Jongen toch. Ge moet u dat niet aantrekken van wat ons Hilde zegt. Gij weet hoe ze is, ik weet hoe ze is. Zeker als ze emotioneel is, zoals nu.
Ze ziet haar zus geire. En ze is kapot van verdriet, net als wij. Maar ja ze moet dat uitwerken op iemand. En dat zijde gij. Nog maar nekeer. “
Bij die woorden sloeg hij zijn arm over de schouder van zijn door verdriet overmande schoonzoon.
“Gij zijt een goeie jongen, dat heb ik van den eerste keer gezien.
En dat gij het ervan gepakt hebt in uw studententijd. Mor jonge toch. Dat deed ik ook.
En Ilseke. Die maakte als jong meiske ook geire plezier.
En toch is het goed gekomen, met haar, met u. Met mij.
Ik heb het zo vaak gezegd tegen ons Hilde. Meiske, ge moogt het leven niet zo serieus nemen. Ge moet ook is nekeer kunnen genieten in 't leven. En verdragen dat andere mensen dat doen.
Verdragen dat niet iedereen leeft of wil leven zoals gij. Maar ja, denkt ge dat ze luistert?"
Eric trok Wouter wat dichter. "Gij zijt een bovenste beste jongen." Zei hij. "Ne goeie vent.
Ik zien u geire Wouter”.

Traag kropen de dagen voorbij.
De dagen waarin de toestand van Ilse langzaam maar zeker verbeterde.
Het waren lange, bange dagen.
Maar toen ontwaakte Ilse uit haar coma.
Wouter hield haar hand vast en keek haar aan.
Ze glimlachte flauwtjes.
“Lieverd… “ Zei ze zachtjes. Een twinkeling in haar ogen werd zichtbaar.
“Lieverd. Je bent bang geweest hé, bang dat je me ging verliezen… Ik zie het wel aan je hoor.”
“Rustig maar schatje,”  zei Wouter. “Doe rustig aan, je bent nog zo zwak schatje.”
Na die woorden gaf hij haar een voorzichtige kus op de mond.
Ilse toverde een gelukzalige glimlach op haar lippen. Haar hart liep over van liefde voor haar lieve Wouter. Haar soulmaatje, haar grote vriend, haar lieve schat.
Ze begreep best dat hij niet bij haar was op dit ene bangelijke moment toen ze haar weeën voelde opkomen, hevig begon te bloeden en kermend van pijn op de grond viel.
Het laatste wat ze zag was de buurman die de achterdeur inbeukte en haar in een plas van bloed zag liggen. Toen ging het licht uit…
In allerijl werd ze weggevoerd naar het ziekenhuis. Haar vader en zus werden ingelicht en trokken in grote haast naar de kliniek.
Ze probeerden Wouter te bereiken op zijn gsm, lukte natuurlijk niet.
Een telefoontje naar de receptie van Websolut leerde hen dat Wouter en zijn collega’s in Luxemburg waren. Tuurlijk kregen ze terstond het telefoonnummer van het hotel waar het gezelschap verbleef.
Wouter voelde een steek door zijn hart toen ze haar hem glimlachte.
Haar blik vol oprechte liefde deden de schuldgevoelens die hem nu al zo erg tergden nog meer aanwakkeren.
“Wat heb ik toch gedaan?” Vroeg hij zich in stilte af.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten