Kwart voor vier in de namiddag.
De rechercheurs hadden postgevat in
de straat van het Atheneum. Bart en Patrick zaten in een anoniem voertuig te
wachten tot hun lokaas een jonge snaak die net iets te veel met de politie in
aanraking kwam wegens drugsbezit en in ruil voor opschorting van straf met
politie en gerecht meewerkte.
Hij had een deal gesloten met Freddy Yarowa alias Rasta-Fred bij
wie hij een paar grammen weed zou aankopen vlak na schooltijd.
Niet meer of Freddy zou er van de gelegenheid gebruik maken om nog meer jonge
klanten te ronselen voor zijn illegale handeltje.
Verderop liep Alain met zijn handen op zijn rug te ijsberen. Kauwend op een
tandenstoker welks hij vaker deed sinds hij gestopt was met roken. Het was koud
en er stond een strakke wind. Alain trok zijn jas wat meer dicht en
staarde naar de overdrijvende wolken.
Vijf voor vier. De school was bijna uit. De spanning was te snijden.
De eerste te vroege buitenglippers verlieten de schoolpoort en fietsten zo snel
ze konden weg. "De jeugd is na al die jaren nog niets veranderd,"
bedacht Alain zich.
Vier uur, de bel gaat. Scholieren zwermen uit de schoolpoort, fietsers flitsen
voorbij en overal weerklinkt het geluid van optrekkende brommertjes. Leerlingen
stappen in de klaarstaande schoolbussen of trekken naar het station waar ofwel
de lijnbus ofwel de trein op hun wacht.
Alain kijkt rond.
Zoekt tussen de menigte naar Freddie Yarowa met zijn opzichtige dreadlocks.
Thijs Vlaeminck de jongen die als lokaas dienst doet staat
zenuwachtig bij de schoolpoort.
"Hij daagt
niet op," foeterde Bart. Ik zou haast gaat denken dat hij getipt werd.
Ondanks we alles zo zorgvuldig mogelijk verborgen hielden."
"Kom nu Bart. Buiten de commissaris en de korpschef wist er niemand van
deze actie af."
"Echt niemand Patrick?" vroeg Bart?
"Hoe wilt ge zeggen?" vroeg Patrick.
"Gij gaat toch af en toe op bezoek bij je oude moedertje die wat verderop
in dat sociale woonblok woont. Echt niets gezegd in de trant van 'we gaan deze
week actie ondernemen tegen verkoop van drugs aan minderjarigen?"
"Komaan Bart, voor wie hou je mij eigenlijk?"
"Voor een weliswaar uitmuntende rechercheur, begaan met zijn vak. Maar met
een best wel groot gebrek.
Gij vergeet vaak dat ge flik zijt.
Snapt ge?
En in de woonblok naast deze waar je lieve moedertje in een sociaal appartement
woont woont ook dat loeder met haar gemene rapmuziek die je godbetert overal op
de radio begint te horen. Je lieve moedertje die Daniella toch zo'n lieve vindt
hé. Omdat ze oudere mensen al eens hun boodschappen naar boven draagt. Maar
intussen zingt ze wel de lofzang voor die smerige cannabis die al zoveel
ellende heeft aangericht.
Zie je hoe snel het kan gaan Patrick.
Zie je wat er gebeurt als mensen met een eerbaar beroep en hun familie te los
omgaan met 'ondervolk'?"
"Gast sorry, maar ge zijt erg!" reageerde Patrick.
"Is dat je sterkste argument Patrick?" Vroeg Bart op kalme toon
terwijl hij Patrick recht in de ogen keek.
"Waarom vind je wat ik zeg erg Patrick. Kan je me dat uitleggen? Met
argumenten graag?"
"Moet ge wat weten betweter? Daniella woont daar niet meer. Ze is eind
vorige maand verhuist. Ze gaat in Brussel wonen en zich voor honderd procent
concentreren op haar carrière.
Nu gij weer. Irritant stuk vreten."
"Beste nieuws in jaren," zei Bart terwijl hij achterover leunde.
Dan tikte Alain
tegen het raam.
"Ik denk niet dat hij nog komt jongens, laten we gewoon ermee kappen voor
vandaag."
"Zou hij getipt zijn?" vroeg Bart?
Alain haalde zijn schouders op.
"Door wie?
Misschien rook hij onraad, misschien ligt hij nog apestoned in zijn nest te
stinken. Wie zal het zeggen?"
Terug op het bureau nam Alain Patrick apart.
"Patrick, ik hoorde daarnet die ietwat luide conversatie tussen u en Bart.
Je zei iets over Daniella, dat ze verhuist zou zijn."
"Mag de deur even dicht chef?" vroeg Patrick.
"Zeker," zei Alain.
"Chef, wat ik u nu ga zeggen vertel ik alleen tegen u. Ik wil zeker niet
dat dit aan Bart zijn oren komt.
Daniella heeft een relatie met Sarah," zei Patrick.
"Ze is in afwachting tot ze een appertementje vond ingetrokken bij
Daniella op haar kamertje boven de opnamestudio waar ze aan haar nieuwe album
werkte die sinds kort uit is.
Sinds vorige maand wonen ze samen in een eigen appartementje en kwamen ze met
een gehuurde bestelwagen. Daniella heeft geen rijbewijs dus ik wilde weten wie
haar vergezelde. Toen zag ik hoe Sarah uitstapte. Ik zag hoe Sarah en Daniella
met elkaar omgingen, hoe ze in elkaars ogen keken. Een knuffel tussendoor, een
kus.
Een lieve kus.
Ik wist meteen genoeg."
"Heb je haar gesproken?" vroeg Alain.
"Even," antwoordde Patrick.
"Ze zei dat ze goed haar draai vindt daar in Brussel en dat ze het
verleden achter zich wil laten en voluit wil gaan voor haar nieuwe leven aan de
zijde van Daniella.
Ik moest u wel de groeten doen chef, en ze zei dat ge goed op uzelf moest
passen."
Alain glimlachte en nam een slok van zijn koffie.
"Ge kunt gaan Patrick," zei hij.
Dan nam hij een nieuwe kop koffie en zette zich terug achter zijn bureau waar
hij voor zich uit staarde.
"Sarah," dacht hij.
"Ik ben u kwijt.
Voorgoed.
Gelukkig niet aan het betweterke, al had ik dat even wel gewild.
Maar wat zou ik mezelf vervloekt hebben moest je omwille van mijn dwaze plan
voor de rest van je leven in de greep zitten van de oerconservatieve familie
Holvoet.
Toen ik hoorde dat je relatie met hem onverbiddelijk stuksprong vroeg ik aan de
dokters of ik terug aan de slag kon.
Ik drong erop aan, maar nog voor ik toestemming kreeg was je weg.
Ik hoopte je nog terug te winnen.
Ach nee.
Wordt jij maar gelukkig met Daniella, jullie waren voor elkaar bestemd.
Wist ik al meteen.
Ken haar verhaal even goed als jij."
Dan ging de telefoon, Alain haakte af. "Donck," zei hij kortaf.
"Wat?
Een dode in de fietstunnel bij het station.
OK, we komen eraan!
Reacties
Een reactie posten