Pagina's

zaterdag 26 december 2015

Zomaar een ontroerend kerstverhaal.


Het gebeurde zo'n paar jaar terug.
Zo ongeveer een week voor kerstmis.
Na een lange periode van veel te zacht decemberweer.
Was het ineens veel kouder geworden.
De weerman sprak zelfs van een 'witte kerst'.
Op een kantoor in het hart van de stad was het die maandagochtend het gespreksonderwerp.
"Een witte kerst, daar droom ik al van sinds mijn kindertijd". Zei Hanne, een jonge blonde vrouw met heldere blauwe ogen.
"Die witte kerst hé, die mogen ze van mij steken waar de zon niet schijnt.
Eigenlijk heel dat stroperige, kleffe kerstgebeuren.
Godjammenas, wat ben ik dat gedoe zo beu als kouwe pap.
Steeds weer dat melige kerstgejank op de radio.
Dat gezeik over die witte kerst. Wat vinden mensen toch zo tof aan sneeuw en ijs.
Da's niks dan pure miserie.
Dat het maar rap zomer wordt.
En dan dat hypocriete gedoe.
Ik tel echt af naar 2 januari nu, echt wel". Zei Filip Desoete.
Hij was een energieke dertiger.
Vrijgezel.
Windsurfer, computerfreak, blogger, beurskenner en full-time cynicus.
"Zeg". Vroeg Hanne.
"Wat drink jij eigenlijk 's ochtends? Azijn"?
De andere collega's gniffelden.
Ze wisten hoe Filip in elkaar zat.
Dat hij voor zijn derde kop koffie uit het automaat niet aanspreekbaar was, en je met hem geen discussie moest aangaan.
Nu ja, Hanne was nog maar een maand in dienst.
En was al twee keer met Filip in aanraking gekomen.

"Ja sorry hoor". Zei Filip.
"Sorry dat ik niet gespeeld vrolijk kan doen zoals de overige 99% van het klootjesvolk.
Sorry dat ik lak heb aan de georganiseerde totentrekkerij.
Sorry dat ik niet meedoe met die gewetensusserij die de eindejaarsperiode eigenlijk is.
We gaan met zijn allen vreten en zuipen tot we erbij neervallen, maar om ons geweten te sussen geven we toch aan een goed doel. Of vragen we een plaatje aan voor 'Music4Life'.
Ik ben wie ik ben.
Onaanspreekbaar voor de middag, misantroop en heb een hekel aan massagedoe en massahysterie.
Kunt ge daar niet mee leven?
Hou dan gewoon uw bek".
Hij zette zijn computer aan, dronk zijn mok koffie leeg en ging aan het werk.
"Trek het u niet aan Hanne". Zei Peter, de collega die het bureau met haar deelde.
"Gewoon negeren, en dan draait hij vanzelf wel bij".
Filip zei de rest van de ochtend geen woord meer.
Dronk de ene kop koffie na de andere en verdiepte zich in de beursnoteringen, statistieken, procenten en dergelijke.
Hij werkte al jaren op het hoofdkantoor van een grootbank als beursspecialist en adviseur voor aandelen, obligaties en al van die dingen.
Hij volgde de aandelen van Brussel, Londen,, Wall-Street en Tokyo op de voet en beantwoordde alle vragen van klanten in verband met hun aandelen via telefoon of e-mail.
Hij beheerde een portefeuille van zo'n honderdtal klanten.
Veelal kleine beleggers die hun spaarcenten omzetten in aandelen of obligaties.
Hij was een krak in die dingen.
Geen enkel bedrijf uit de Bel-21 had nog geheimen voor hem.
En de hele werking van de technologiebeurs Nasdaq kende hij op zijn duimpje.
Dat is eigenlijk het onderwerp van zijn blog.
Want Filip is eigenlijk een echte 'nerd'.
Niet in die zin dat hij rondloopt in dezelfde door zijn grootmoeder gebreide trui, en een ziekenkasbrilletje met een veel te dikke montuur en veel te vettig haar.
Maar hij was al van kindsbeen af bezig met computers.
Kent maar liefst 8 programmeertalen uit het hoofd.
Ontwikkeld games in zijn vrije tijd en tovert in no time een website uit zijn hoed.

Dat soort dingen waren zijn lange leven.
Dat.
En windsurfen.
Wanneer hij maar kon gooide hij zijn surfplank op het dak van zijn auto en reed hij naar de Noord-Franse kust voor een surfsessie van vier uur.
Net daarom baalde hij van het invallende winterweer.
En van de aangekondigde sneeuw.
Als echte windsurfer had hij geen schrik van wat koude wind of een regenbui.
Zelfs in november of maart stond hij op de plank.
Maar de winter met zijn koude en sneeuw haatte hij hartsgrondig.
"Ik heb de kick van het surfen nodig om me te concentreren". Zei hij altijd.
Als hij niet kon surfen zat hij dan maar op zijn appartement.
Programmeren, bloggen, of zelf techno of minimal muziekjes maken.
Filip was eigenlijk altijd al een 'einzelgänger' geweest.
Houdt niet van grote massa's en heeft lak aan sociale conventies.
En nog meer aan oppervlakkige praatjes en de opinie van de meeste mensen.
Zoals daarjuist heel duidelijk was.
Zijn job deed hij prima.
Reeds 10 jaar in dienst en zowat alle evaluatiegesprekken waren prima.

De werkdag zat erop.
Filip excuseerde zich nog bij Hanne.
Ach.
Eigenlijk was hij zo slecht nog niet.
Besefte dat hij met zijn cynische opmerkingen en zijn uitvallen de mensen tegen zich in het harnas jaagde.
Vooral die mensen die hij eigenlijk best wel sympathiek vond.
Zo ook Hanne.
Een jongedame met veel pit en altijd goedlachs.
Intelligent, gevat en grappig.
Een eigen mening over de dingen.
Eigenlijk was het net daarom dat hij zo hard reageerde op haar voorliefde voor winter en het kerstgedoe.
Die dingen die hij zo hard verfoeide.
Hij begreep niet dat zo'n intelligente jongedame zich kon verliezen in die onzin.
Want dat het onzin was, dat kon hij niet hard genoeg van de daken schreeuwen.
Hij zag echt op tegen al dat gedoe.
Vooral omdat hij thuis bij zijn ouders verwacht werd voor de kerstdagen.
Ach, hij kwam graag thuis, daar niet van.
En hij was blij om zijn broers en zussen terug te zien.
Alsook zijn neefjes en nichtjes.
Maar dan de rest van de familie.
De tantes en nonkels.
Met hun eeuwige gezeik.
"En wanneer gaat ge nu trouwen"?
"Hebde gij nog geen lief"?
Hij haatte het hartsgrondig.

Een paar uur later.
Filip wandelde door de stad.
Op zoek naar kerstcadeautjes voor zijn familie.
Wat hij echt hartsgrondig haatte.
Voor zijn ouders had hij al wat hij hebben moest. Ook voor zijn broers en zussen had hij al een idee.
Maar hij moest nog wat hebben voor zijn meter, 'Tante Katrien'.
En dat was geen gemakkelijke.
Gelukkig had moeder iets los gelaten over een eetservies dat niet meer volledig was en waar Tante Katrien zich zwaar aan ergerde.
Hij liep de Blokker binnen.
Maar vond niets dat hem aanstond.
Dat maakte dat zijn humeur naar een dieptepunt zonk.
Het voortdurende gejengel van een dansend kerstmannetje maakte het alleen maar erger.
Filip foeterde binnensmonds.
"Klote commercieel gedoe". Dacht hij.
"Compleet opgefokte zever, dat het verdomme maar rap voorbij is al die hypocrisie".
Hij zocht de rekken af.
Zag een pannenset. "Misschien dat dan maar"?
Maar schudde de gedachte van zich af.
Met de moed in zijn schoenen stapte hij naar buiten.
Een koude wind blies hem tegemoet.
Voelde de ijzige regen op zijn gezicht.
Ineens hoorde hij een frisse bevallige stem.
"Hier se, daar se.
De Filip godverdomme"!!!
Hij draaide zich om.
Zag een vrouw naar hem toelopen.
Hij kon haar niet herkennen omwille van de grote kap die ze over haar hoofd getrokken had
Maar hij kon wel afleiden dat ze heel knap was.
En daar was hij niet ongevoelig voor.
Getaande huid.
Donkere ogen.
Rode lippen.
Slanke taille.
Ze droeg een rode winterjas, zwarte dikke handschoenen, zwarte broek en donkerbruine laarzen.
"Hallo". Zei Filip ietwat verlegen. Nu ja, eigenlijk niet goed wetende wat hij in deze situatie moest zeggen.
"Ken je me niet meer dan"? Vroeg ze.
Ze trok haar kap wat naar beneden.
En glimlachte.
"Nee"!! Zei Filip.
"Cathy.
Cathy verdomme, da's lang geleden".
Hij omhelsde haar.
Ze gaf hem een knuffel.
"Op cadeautjesjacht"? Vroeg ze.
"Zwijg". Zei Filip.
Ik zoek een goed eetservies voor mijn doopmeter.
Maar ik vind mijn gading niet".
Cathy keek naar de ingang van de Blokker.
"Moet je daar niet zoeken". Zei ze.
"Ik weet hier vlakbij een kleine winkel, daar hebben ze prachtig servies en kookgerei.
En niet duur.
Al die grote ketens verkopen alleen massaproducten, ik koop liever bij de lokale handelaars.
Daar koop je in vertrouwen en heb je waar voor je geld.
Loop je even mee"?
Filip en Cathy liepen door de stad.
Zijn humeur werd stukken beter.
"Cathy begot". Dacht hij.
Ze liepen een kleine zijstraat in van de drukke winkelstraat waar Filip al een tijd liep te zoeken.
En kwamen bij een ouderwets en sfeervol winkeltje.
Hier vond Filip meer dan zijn gading.
Ook nog voor andere cadeaus.
"Eindelijk ben ik rond, sneller dan verwacht zelfs.
Merci Cathy, ik ben zo fucking blij dat ik heb wat ik hebben moet.
Hebt ge zin om iets te drinken? Ik trakteer.

In een gezellige taverne zaten Filip en Cathy aan een tafeltje gezellig bij te praten.
Cathy Rodrigues was half Belgisch, half Colombiaans.
Maar groeide op in Brussel.
Samen met haar moeder.
In de zomer kwam ze naar zee, om vakantiewerk te doen.
Hij woonde er.
Elke dag bracht hij door op het strand.
Daar kreeg hij het surfvirus te pakken.
Om aan geld te komen voor een surfplank en bijhorende uitrusting.
Hij ging aan de slag als strandredder.
Na een jaar trainen, om te slagen voor het examen.
Dat was zijn ding.
Alle dagen op het strand.
De meisjes die naar zijn aandacht hengelden.
Hij waande zich een redder in Baywatch.
Ook al besefte hij dat redder zijn geen spelletje was.
Cathy die ijsjes verkocht stal meteen zijn hart.
Het meisje met de ijsjes en de jonge strandredder.
Het werd een mooi verhaal.
Overdag gezellig keuvelen op het strand.
's Avonds een stapje zetten.
Een drankje in een druk jeugdcafé.
Daarna een avondwandeling.
Die eindigde in een naakte zwempartij en hevige seks in de branding bij maanlicht.
Het jaar daarop kwam ze terug.
Het donkere meisje met de dreadlocks en de donkere pretoogjes.
Zot van reggae en wereldmuziek.
Op haar vrije dag zat er op het trapje waarlangs mensen van de dijk naar het strand afdaalde.
En speelde ze djembe.
Genietend van de zon op haar huid.
Filip kwam dan bij haar zitten.
Ze hadden lange, vaak diepe gesprekken.
Die zomer bracht hij meer nachten door bij haar op haar kamer dan bij zijn ouders thuis.

Daarna gingen ze hun eigen leven.
Filip ging studeren.
Economie.
Omdat zijn vader erop stond.
Hij wilde liever informatica studeren.
Maar dat computergedoe vond zijn vader maar niks.
Economie jongen.
Daarmee kunt ge aan de slag bij een grote financiële instelling.
Schoon geld verdienen.
Een goed pensioen.
Daar kunt ge niet vroeg genoeg aan denken jongen.
Uw pensioen.
Maar.
Hij had een andere reden om na zijn studies bij een bank te gaan werken.
Ooit een eigen bedrijf opstarten.
Webdesing, webdevelopment, netwerkbeheer.
Dat soort dingen.
Liefst iets met risico, wat pionierswerk.
Maar dat kost geld.
Hij spaarde nu ijverig geld bij elkaar voor een startkapitaal.
Cathy aanhoorde dit alles.
Waar hij mee bezig was.
Wat zijn ambities waren.
Ze glimlachte zacht.
"En jij, wat doe jij zoal in het leven".
Ik ben verpleegster, in de kinderafdeling van het ziekenhuis hier in de stad".
"Ow". Zei Filip.
"Dat moet bij momenten toch hard zijn".
Cathy glimlachte.
"Ach".
"Je moet het van je afzetten.
En je optrekken aan de mooie momenten.
Als zo'n kindje naar huis mag, en vlak daarvoor een mooie tekening voor je maakt.
Dan maakt dat zoveel goed".

Cathy begon honderduit te vertellen over haar werk in het ziekenhuis.
Mooie, maar vaak ook heel trieste verhalen.
Ze vertelde het met veel waardigheid en krachtige stem.
Ze had haar roeping gevonden.
Zorgen voor heel zieke kindjes.
Filip zag het vuur in haar ogen.
Hij bestelde nog een bruine Westmalle en een warme chocomelk.
Buiten begon het te sneeuwen.
Met bakken viel het uit de lucht.
"Verdomme"! Zei Filip.
"Hoe geraak ik nu thuis"?
Cathy legde haar hand op de zijne.
Ze lachte haar parelwitte tanden bloot.
"Blijf bij mij slapen.
Ik woon hier niet ver vandaan.
Alleen.
Trouwens, na twee zulke bieren lijkt rijden me niet echt verstandig meer Filip.
Een ongeluk is zo gebeurd.
Ik zal iets lekkers klaarmaken, samen wat eten.
Oh Filip.
Ik ben zo blij je terug te zien lieverd".
"Ik ook Cathy", zei Filip met een diepe zucht.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten