Pagina's

maandag 23 mei 2016

Huize Lentebloesem (slot)


Sheila lag in het ziekenhuis.
Langzaam ontwaakte ze.
Ze zag haar ouders.
Die brave mensen kwamen in zeven haasten van het verre Bulskamp gereden toen ze hoorden wat er met hun dochter was gebeurd.
Tranen liepen over haar moeders wangen.
Terwijl haar vader zijn hand op de hare legde.
Met een flauwe glimlach keek ze haar ouders aan.
"Je moe nie screeuwn (wenen) moedertje." Zei ze zacht.
"Ksien der nog wi.
E Verdoolaeghe kriegn ze zo rap nie deroender, dat weet je toch."
Ze was nog zwak na een spoedoperatie en een week kunstmatige coma.
Maar... ze kwam er wel.
Daar waren de artsen het over eens.
Ze hadden snel door dat Sheila een sterke vrouw is.
Johnny Verdoolaeghe haar vader wreef met zijn duim over de rug van haar hand.
"We peinzden dat we we kwiet woaren meisje.
E weke hein we hier an joen bedde gebleevn."
"Meisje toch."  Zei haar moeder met stokkende stem.
"Woarom zoek je toch olsang 't gevoar op."
Sheila slikte.
"Mamatje.
Je zoe nu toch ol moet'n weetn.
Ik zien nie gemakt vor e deurdeweeksen djob.
Zet mien achter é bureautje.
Of achter de bande in e fabrieke.
En 'k kwijne heel langzaam weg.
Da wil'k nie.
Ik weetn 't.
Je 't giender olsang moeilijk ghet me mien keuze's.
Eerst op den trot me mienen Harley.
Toene bie de Para's.
Toene detective worden.
Mor wet julder één dieng.
Zo rap kriegen ze mie nie kleijne.
Ek bluuvn nog e tiedje bie julder wi.
Dat weten kik heel zeker.
't Es moelijk uut te leggn.
Mo 't es ezo.
Mamatje, Voadre.
Ksien julder geiren.
Echt woar.... "

Sheila is aan de dood ontsnapt.
Door het oog van de naald gekropen.
Een kogel doorboorde haar borststreek.
Miste op een haar na haar hart.
Maar richtte toch heel wat schade aan.
Gelukkig voor haar was Patrick Limpens net in de kelder om er enkele bakken en en vat bier af te zetten.
En hoorde hij een knal komende van de andere kant van de kelder waar zich de wasserij bevond.
Of Sheila was er niet meer.
Toen het schot klonk ging hij kijken.
Hij zag Rozette Pelckmans met een revolver in de hand.
En een grijns op haar gezicht.
"Jij gaat ons niet verlinken smerige teef." Zei ze luidop.
Ze richtte opnieuw.
Had niet door dat Patrick achter haar stond.
Hij sloeg toe, greep haar langs achter vast en gooide haar op de grond.
Maar toen.
Ze richtte de revolver op hem.
"Gij moogt Sheila gezelschap houden." Zei ze... "IN DE HEL!!!"
Maar Patrick greep haar arm vast en duwde die van hem weg.
Dan draaide ze haar hand.
Weer een schot.
De wasmachines vol bloed.
Ze richtte express de revolver op zichzelf en haalde de trekker over.
Liever dat dan overmeesterd te worden, zo moet Rozette Pelckmans gedacht hebben.

De volgende dag.
Er werd geklopt en de deur ging zacht open.
Het was Pieter Slembrouck, Sheila's baas.
Sheila stelde hem voor aan haar ouders.
"Aangenaam." Zei hij.
"Blij de ouders te ontmoeten van de dame over wiens aanwerving ik echt nog geen seconde spijt heb." Zei hij.
"Maar ik zou graag het één en ander willen bespreken, onder vier ogen als het even kan."
"Moedertje, voader... " Zei ze terwijl ze haar ouders vragend aankeek.
Ze begrepen het en gingen iets drinken in de cafetaria.
Pieter legde zijn hand op de rechterhand van Sheila en keek haar aan.
"Sheila.
Meisje toch.
Je deed me verdorie schrikken.
Ik zou verdorie niet weten wat ik zonder jou zou moeten beginnen Sheila."
Sheila keek hem zwijgend aan.
Ze zag hoe een traan over zijn wang bengelde.
"Onkruid vergaat niet." Zei ze zacht.
Als alles goed gaat mag ik midden volgende week naar huis.
Maar ik ben zeker nog een maand werkonbekwaam."
"Sheila." Zei Pieter.
"Eén maand, wat betekent dat?
Wetende dat ik je bijna voorgoed kwijt was."
Pieter woelde door haar haren.
Keek haar aan met die blik die ze zo goed kende.

Ze wist het wel.
Dat ze meer was voor hem dan een werkneemster waarover hij uitermate tevreden was.
Enige tijd geleden, na een diner in Taverne 't Marktplein na een lange werkdag die vooral bestond uit het bijwerken van de administratie.
Ze namen afscheid.
Terwijl de obers en serveersters al aan het afruimen waren.
Het uitgebreide aperitieven, het Chileense wijntje en de Irish Coffee als dessert hadden hun werk gedaan.
Pieter en Sheila knuffelden elkaar.
Dan ineens.
Drukte hij haar lippen tegen de hare.
Maar trok zich dan terug.
Sheila woelde door zijn haren.
"Doe maar lieverd." Zei ze uitnodigend.
"Ik ben vrij.
En jij ook.
Hey! We zijn toch volwassen mensen zeker?"
"De afstand." Zei hij.
"Ik ben baas en jij werkneemster.
Een goeie werkneemster, daar niet van.
Maar... De praat van de mensen, weet je wel?"
"Moeten zij toch weten." Reageerde ze.
"Ach... Ik moet me zo niet laten gaan." Zei Pieter terwijl hij beschaamd het hoofd liet zakken.
"Je schaamt je voor iets dat heel natuurlijk is." Reageerde Sheila.
Kom nu, wat is er natuurlijker dan twee mensen die iets voelen voor elkaar."
"Ge hebt gelijk." Zei Pieter.
En hij kuste haar opnieuw.
Sheila beantwoordde die kus, met een tedere doch passionele tongzoen.
Met gesloten ogen."

"Trek het gordijn even dicht." Zei Sheila terwijl ze zich aan het 'papegaaienrekken' van het ziekenhuisbed optrok.
Pieter deed het.
Dan sloeg ze haar armen rond zijn hals.
"Ik weet dat je dit wil." Zei ze.
"Kus me maar.
Doe maar."
Ze opende haar mond een beetje.
Sloot haar ogen.
Pieter kuste haar.
"God, wat ben ik blij dat ik nog leef." Zei ze, terwijl ze zich weer in het hoofdkussen liet zakken met een diepe zucht.
Dan stak Pieter van wal.
"Sheila." Zei hij.
"Ik moest zeggen van de mensen die ons hebben ingehuurd.
Dat ze meer dan tevreden zijn over jou gedreven speurwerk.
Die bos bloemen die ik meehad.
Waren van Greet, de moeder van Georgette Laelemans.
Tevens jou buurvrouw.
Dankzij jou zitten de mensen die haar naar het leven stonden achter tralies.
Alhoewel, Nicoletta Dominescu hield er wel een gebroken pols over en een knie die terug in de kom geplaatst moest worden.
Ik vroeg me meteen af of jij haar al dan niet enige technieken aanleerde.
Maar goed, alle gekheid op een stokje.
Nicoletta wilde haar inspuiten met een overdosis insuline.
Maar Georgette had het al in het snuitje en ging meteen in de aanval.
Ik heb de afluisterapparatuur geanalyseerd en er stond verdorie veel bruikbaar bewijsmateriaal op.
Vooral op de apparatuur die je plaatste aan het raam van het bureau van de directeur.
Die mocht ontslag nemen. En nee, niet omwille van zijn gesmos met Nicoletta. Maar wegens de telefoontjes die hij daarna pleegde.

De politie en het gerecht onderzoeken de zaak.
Het ziet ernaar uit dat de bedrijf waar Huize Lentebloesem deel van uitmaakt zal worden doorgelicht. Er zijn zelfs heel wat arrestaties verricht.
Puur wanbeleid.
In sommige andere rusthuizen was de toestand nog schrijnender dan hier.
Wijlen Rozette Pelckmans had een klein fortuin verzameld met het afpersen en bestelen van bejaarden.
Ook Shirley Tempels en haar familie hadden een mooi appeltje voor de dorst met dezelfde afperspraktijken.
Om nog maar te zwijgen van al die mannen die ze via chatsite's in bed lokte met de bedoeling om ze te chanteren.
De klachten blijven maar toestromen. Nu al meer dan 100."
"Die kliek is totaal verdorven." Zei Sheila.
"De verontwaardiging die ik voelde toen ik het allemaal zag en hoorde.
Zo misbruik maken van oudere mensen die zich amper nog kunnen verdedigen.
En dan zo over lijken gaan."
Sheile zweeg.
Meer dan een minuut lang.
Ze staarde naar het plafond.
Weer kuste Pieter haar.
"Ik heb je lief." Zei Pieter.
"Ik wilde dit al zolang zeggen."
"Maar je durfde niet." Viel Sheila hem in de rede.
"Als ik uit de kliniek ben.
Nodig ik je uit bij mij.
En zal ik eens koken voor jou.
Ik zal dan toch tijd genoeg hebben om er mijn werk van te maken."
Ze glimlachte en keek hem aan...
MET EEN VEELBETEKENENDE BLIK!






Geen opmerkingen:

Een reactie posten