Pagina's

woensdag 17 januari 2018

Morbide obesitas


De lucht was grijs en grauw.
Egale regen viel onophoudelijk en maakte diepe plassen in straten en pleinen die er troosteloos bijlagen op deze ronduit uitgeregende dag.
Het leven ging zijn gewone gangetje.
Mensen liepen gebogen onder hun paraplu's naar hun werk.
Een verre groet, een stil gebaar.
Auto's reden in zeven haasten door de straten.
Rechercheur Alain Donck had de kraag van zijn regenjas diep over zijn hoofd getrokken en liep haastig naar 't Crossaintje waar hij zoals elke ochtend met zijn partner Sarah Van Beiren afsprak voor een snel ontbijt voor ze naar het politiebureau gingen waar ze dan aan het werk gingen.
Alain trok zijn regenjas uit en hing hem aan de kapstok, net als zijn zo goed als doorweekte hoed.
Dan ging hij zitten en bestelde een kop zwarte koffie.
'Heet en straf' zoals hij altijd pleegde te zeggen.
Sarah keek hem aan, en begroette hem met zachte stem.
"Dag Alain." Zei ze.
"Dag liefje." Zei Alain. "Goed geslapen?"
"Tuurlijk." Zei ze.
"Altijd als ik voor het slapengaan aan jou denk." Voegde ze eraan toe.
Alain glimlachte, voelde het warm worden aan zijn hart.
Het eeuwige gevoel van somberheid verdween wanneer hij in haar heldere blauwe ogen keek.
Discreet legde hij zijn hand in de hare onder de tafel.
Dan kwam Dieter de zaakvoerder van 't Croissantje met een dampende kop koffie.
"Dat zal me smaken." Zei hij terwijl hij de hete drank voorzichtig liet binnenglippen.
"Wat een weer hé." Zei Sarah.
"Zwijg stil." Antwoordde Alain.
"Had vandaag liever gewoon binnengebleven.
Met een goed boek en een streepje jazz.
Maar ja, de plicht roept hé."
Hij nam zijn krant en begon erin te lezen.
Zijn oog viel op een artikel over 'de risico's op kanker bij een te hoge consumptie van rood vlees'.
"Zijn ze daar weer ja?
Met al hun dikke zever.
Als het van die dokters en dieetgoeroes afhangt eten we alleen nog konijnenvoer en drinken we plat water.
Alstublieft hé zeg."
"Ja brombeertje." Zei Sarah plagend.
"Beetje letten op je voeding, dan hoef je niet met lood in je schoenen naar de cardioloog gaan.
Wanneer was die afspraak nu ook weer?" Voegde ze er met een plaagstootje aan toe.
Alain zijn niets en schudde het hoofd.
"Meisje alstublieft.
Doe me er niet teveel aan denken.
God wat haat ik dat.
Eens in het jaar is niet meer genoeg, nu wil Dr Persoone dat ik elke zes maand op controle ga.
Als er één iets is waar ik hartkloppingen van krijg is het van het idee dat ik weer naar die rotkliniek moet ja.
God wat heb ik een hekel aan klinieken.
En nog meer aan dokters, vooral deze van het moraliserende soort.
Met hun eeuwig opgestoken vingertje."
Hij wenkte naar Dieter.
"Nog een koffie graag... Heet en straf."
"Komt in orde klonk het van achter de toonbank."
-
Op dat moment stalde een jonge kerel zijn fiets in de fietsenstalling van het politiebureau.
Hij liep naar binnen terwijl hij zijn regenjas losmaakte en hield halt bij het onthaal.
"Goeiendag juffrouw." Zei hij. "Ik had een afspraak met Commissaris Wim Van Marcke in verband met mijn overplaatsing naar dit korps."
"En uw naam is?" Vroeg Elke, de jongedame aan het onthaal.
"Holvoet. Bart Holvoet om u te dienen. En wat is uw naam."
"Noem mij maar gewoon Elke." Zei ze blozend, momentje ik bel de commissaris even.
Na een kort telefoontje kwam de commissaris gewoon naar beneden.
"Goeiemorgen." Zei hij.
"Dus u bent de jongeman die onze ploeg van rechercheurs komt versterken?"
Dat klopt," zei Bart terwijl hij de commissaris een stevige handdruk gaf.
Aaah, goed zo," zei Commissaris Wim Van Marcke. "Volgt u maar even mee naar mijn kantoor."
Bart Holvoet, 26 jaar, diploma ICT op zak en nu pas zijn opleiding voor rechercheur voltooid.
Heeft zich kandidaat gesteld om als rechercheur bij de lokale politie aan de slag te gaan en doordat Hubert Jonckheere, de oudste rechercheur van het team op pensioen gaat is er dus een plaats vrijgekomen zodat Bart Holvoet meteen aan de slag kan.
"Je hebt geluk jongeman." Zei de commissaris. "Dat er net een plaats vrij is door de pensionering  van een van onze mensen.
Hubert was een krak met computers, dus zijn opvolger zal zeer straf uit de hoek moeten komen. Maar als het interne rapport dat ik heb opgevraagd bekijk zal jou dat zeker lukken."
"Die uitdaging ga ik met plezier aan commissaris." Zei Bart zelfverzekerd.
"Dat hoor ik graag. Laten we maar meteen naar beneden gaan, rond deze tijd komen de rechercheurs gewoonlijk toe, kunnen we meteen nader kennismaken."

Terzelfder tijd.
Een supermarkt aan de rand van de stad.
Een jongeman tjokte door de rayons.
Zijn winkelkar vol cola, fastfood, diepvriespizza, voorverpakte hamburgers etc.
Zijn gezicht rood aangelopen.
Zweet parelde over zijn wangen en langs zijn neus.
"Zie diejen dikke." Wezen twee meisjes hem na.
"Hij is precies nog niet vet genoeg, moet eens zien wat er in zijn karreke zit?" Zei het ene meisje tegen het andere.
Ze giechelden van de pret.
Hadden lol met een meer dan zwaarlijvige jongeman die duidelijk niets inzat met de zichtbare gevolgen van zijn ongezonde levensstijl.
Hij liep langs de rayons met bier.
Schoof een bak Stella Artois op het rek onder zijn karretje en gooide nog twee sixpacks Chimay Bleu in het karretje tussen de diepvriespizza's en de flessen cola.
Dan waggelden hij richting kassa waar hij tijdens het aanschuiven nog verschillende soorten snoep en chocolade bars in zijn karretje legde.
Er was nog één persoon voor hem aan de kassa.
Hij begon zijn koopwaar al uit te stallen.
De meisjes sloten achteraan aan in de rij.
"Moet dat zien, moet dat zien." Zei één van de meisjes nogal luid.
"Straks ontploft hem nog!"
Beide meisjes giechelden op een zodanig irritante wijze dat het de dame voor hen irriteerde.
"Is 't plezant ja?" Vroeg ze geërgerd.
Ze wierp hen een zodanig boze blik toe dat ze niets meer durfden te zeggen.
De kassierster scande de koopwaar van de jongeman die alles meteen weer in zijn kar legde.
"Dat is dan 117 euro en 78 cent meneer zei ze."
De jongen haalde zijn portefeuille uit zijn bruine natgeregende jas en begon te zoeken naar zijn bankkaart.
Dan ineens viel hij op de grond.
Zijn winkelkar schoot achteruit en kwam met een keiharde knal tegen die van de dame die zich zo even ergerde aan de giechelende tienermeisjes die meteen begonnen te gillen toen ze het zagen gebeuren.
De jongen bleef roerloos liggen.
Een jongeman die net aan de kassa ernaast had afgerekend en met zijn volle winkelkar passeerde schoot te hulp.
"Opzij." Zei hij. "Trek die winkelkar weg en geef me wat ruimte! Ik ben ambulancier, ik weet wat ik moet doen."
Dan keek hij om zich heen.
EN BEL EEN AMBULANCE!!!!"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten